Onder de huidige omstandigheden spreken over een NAVO-lidmaatschap van Oekraïne en Georgië zou zeer onverstandig zijn.
Spanningen aan de grens tussen Rusland en Oekraïne hebben geleid tot nieuwe onderhandelingen over ontwapening en conflictbeheersing. Laten we van de nood een deugd maken en werken aan stevige afspraken om oorlog te voorkomen.
De Russische machthebbers hebben zware eisen op tafel gelegd; Poetin wil feitelijk dat alle NAVO-troepen aan de grenzen van Rusland vertrekken. Ook wil hij de garantie dat Oekraïne en Georgië nooit lid worden van de NAVO. Het past bij de intimiderende machtspolitiek die Poetin al jaren hanteert – niet alleen tegenover zijn tegenstanders in het binnenland, maar ook richting zijn buurlanden. Onacceptabel, want Oekraïne en Georgië zijn soevereine landen. Hoe graag Poetin ook wil, Back to the future zit er niet in.
De VS en de EU benadrukken dat landen zelf beslissen of zij lid worden van de NAVO. Poetin houdt vol dat het Westen heeft beloofd om de NAVO niet in oostelijke richting uit te breiden. Dat laatste is overduidelijk wel het geval. Het getuigt van een gevaarlijk triomfalisme om die zorg te negeren. Onder de huidige omstandigheden spreken over een NAVO-lidmaatschap van Oekraïne en Georgië zou dan ook zeer onverstandig zijn.
Intussen wordt Oekraïne zwaar bewapend met hulp vanuit het westen. Er is reeds voor honderden miljoenen aan militaire westerse steun geleverd, met name voor training en wapens. In november vorig jaar sloten de VS een nieuw akkoord met een extra bijdrage van 60 miljoen dollar. Aan de oostgrens heeft Poetin circa 100.000 troepen gemobiliseerd, klaar om het land binnen te vallen.
Deze wapenwedloop is levensgevaarlijk; één verkeerd schot kan de vlam in de pan doen slaan. Een oorlog moet koste wat het kost voorkomen worden.
Wat is wijsheid in deze gespannen situatie? Wat ons betreft kijken we naar eerdere afspraken gericht op ontspanning en ontwapening, zoals het Handvest van Parijs uit 1990 waarin het einde van de Koude Oorlog werd vastgelegd. Het Handvest wijst op de democratie als basis en benadrukt de soevereiniteit van staten en het recht op veiligheid. De Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa (OVSE) ziet daarop toe.
Wat ons betreft nemen we de uitgangspunten van dit Handvest als grondslag bij de lopende onderhandelingen. Drie punten zijn van belang:
1. Voorkom een oorlog; inzetten op de-escalatie en een politieke oplossing. 2. Landen zijn soeverein; Rusland moet zich terugtrekken uit alle landen waar zij zich illegaal bevinden, zoals Oekraïne en Georgië. 3. Inzetten op onderhandelingen over ontwapening en afbouw van militaire activiteiten. Kernwapens worden verwijderd.
Deze onderhandelingen moeten uitmonden in nieuwe afspraken – in lijn met het Handvest van Parijs. Daarbij moet collectieve Europese veiligheid centraal staan. De OVSE – de organisatie die zich bij uitstek bezighoudt met conflictpreventie en wapenbeheersing – krijgt een leidende rol. Europese landen spelen vooralsnog een marginale rol in de onderhandelingen die nu plaatsvinden. Al zitten zij niet aan tafel, zij kunnen wel hun stem laten horen. Als we een nieuwe oorlog willen voorkomen, is dat het minste dat we kunnen doen.