© cc-foto: Human Nature
Onlangs schreef filosofe Stine Jensen het artikel ‘Respecteer het wezen van de openbare school’ in de NRC. In haar artikel vol misvattingen maakt Jensen van moslimleerlingen een probleem die op school het gebed wensen te verrichten vanwege hun “eisen” die “ongepast” zijn en getuigen van weinig “respect”. Ze koos voor haar kind bewust een openbare school “omdát religie op openbare scholen geen rol speelt”. Door moslimleerlingen ruimte voor gebed te faciliteren “dring je religie op” en “torn je aan de kern, de missie en het wezen van het openbaar onderwijs”, is Jensens stellige overtuiging.
Dit zijn nogal grootse uitspraken gebaseerd op de moedwillige vergissing dat openbaar onderwijs vrij zou zijn van religie. Een diep gekoesterde wens van Stine Jensen, waarmee ze openbare scholen de wet stelt, zonder ook maar enigszins rekening te houden met die wet. De onderwijswetgeving wil namelijk dat openbare scholen zich niet streng seculier, maar juist religieus en levensbeschouwelijk neutraal opstellen, als een ware ontmoetingsplek met respect voor verschil. Door toegankelijk te zijn voor alle kinderen met eerbiediging van ieders godsdienst of levensovertuiging en door leerlingen te laten kennismaken met andere culturen en achtergronden met aandacht voor de godsdienstige, levensbeschouwelijke en maatschappelijke waarden zoals die leven in de Nederlandse samenleving. En wanneer voldoende ouders het wensen, is er zelfs ruimte voor godsdienstlessen.
Voorkom een islamofoob onderwijsklimaat
Iemand die “de basisprincipes van de openbare school niet wil tolereren” kan volgens Stine Jensen zijn heil elders zoeken. De facto wil ze dat moslimleerlingen vertrekken naar een islamitische school om vervolgens de loftrompet te steken over de ontmoetingsfunctie en het inclusief karakter van openbare scholen: “Kinderen van allerlei achtergronden ontmoeten elkaar in de klas en op het schoolplein. (…) waar je iemand tegen het lijf kan lopen die anders is dan jij”.
Anders-zijn is prima, maar moslims vormen de ongewenste ander die je liever niet tegen het lijf loopt, klinkt de witte streng seculiere hegemonie. En mocht je het met haar niet eens zijn, dan speel je de “islamofobie-kaart”. Dit makkelijke verwijt van islamofobie-kaart spelen, getuigt van weinig realiteitszin. Feit is dat 55% van moslims te maken kreeg met discriminatie, stelt het SCP. Feit is dat iemand met een islamitisch-klinkende naam 60% minder kans maakt op de arbeidsmarkt dan iemand met een Nederlands-klinkende naam. Feit is ook dat scholen niet vrij zijn van islamofobie. Een ruime meerderheid van docenten (61%) op het voortgezet onderwijs was getuige van geweld en grievende opmerkingen over moslims.
Onder een groot deel van de leerkrachten, docenten en schoolleiders in het basisonderwijs en voortgezet onderwijs heerst het beeld van de ‘mislukte integratie’, vanwege zogenoemde verschillen tussen westerse en niet-westerse waarden en normen, de rol van religie en de onwil om te integreren. En meer dan de helft van leerlingen met onder meer Turkse en Marokkaanse roots ervaarde discriminatie door klasgenoten en docenten, in de vorm van negatieve bejegening en ongelijke behandeling zoals een te laag advies of beoordeling. Door de pijlen stevig te richten op moslimleerlingen, draagt Stine Jensen bij aan een islamofoob onderwijsklimaat.
Wezen van het geloof is meer gelaagd
Jensen kleineert gelovigen door hun gelovig-zijn louter als een “keuze” en hun wensen als “consumentistisch” te bestempelen. Vanuit een streng seculiere positie valt dit misschien zo simpel te stellen, maar dat is niet de kern van geloof. Een filosoof zou beter in staat moeten zijn om in te zien dat wezen van het geloof meer gelaagd is en geen simplistische benadering verdient. Achter geloven schuilt een dieperliggende overtuiging en verbondenheid, voorbij de oppervlakkigheid en vluchtigheid die termen als “keuze” en “consumentistisch” pretenderen. Onder moslims leeft zelfs de overtuiging dat de aanleg voor aanbidding van en verbintenis met God van nature aanwezig is.
Openbare scholen hoeven deze overtuigingen niet te omarmen om tóch het wezen van geloof te respecteren, middels ruimte voor gebed. Al is het omdat het gebed niet mag worden verboden. Dan is het wijzer dat aantrekkelijke ruimtes, in plaats van drukke of afgelegen onveilige en onhygiënische plekken, worden gebruikt voor het gebed. Dit komt tevens ten goede aan de emancipatie en zichtbaarheid van moslims. Diverse hoger onderwijsinstellingen en andere (overheids)organisaties faciliteren deze ruimtes al.
Wie de basisprincipes van de openbare school niet wil tolereren, kan Godzijdank een eigen school starten
Een uitnodiging aan de Stines van deze wereld om niet je streng seculiere overtuiging op te dringen en het openbaar onderwijs met rust te laten. Laat moslimleerlingen in hun waarde en draag niet bij aan een islamofoob en antireligieus klimaat. Respecteer het wezen van de (geloofs)wet. En sticht desnoods een eigen bijzondere areligieuze school, geheel gestoeld op de seculier-levensbeschouwelijke grondslag. Godzijdank is daar ruimte voor.
cc-foto: Human Nature