'Vrijspraak van smaadklacht komt neer op volledige rehabilitatie van documentairemaker Jelle Brandt Corstius', constateert NRC in een analyse van het dinsdag gevelde vonnis van de rechtbank. De documentairemaker was aangeklaagd door tv-producent Gijs van Dam wegens onder meer smaad. Brandt Corstius had in Trouw beschreven dat hij als jonge redacteur gedwongen was tot seks door een collega. Hij noemde daarbij geen naam maar al snel gonsde het van de geruchten en trad Van Dam zelf naar buiten en ontkende de beschuldiging. Hij startte nam vervolgens juridische stappen tegen Brandt Corstius, aanvankelijk tevergeefs maar uiteindelijk kwam het tot een zaak. Het OM eiste een taakstraf tegen de documentairemaker maar de rechter veegt alle eisen van tafel. Bij vier van de zes ten laste gelegde feiten is het oordeel vrijspraak en op twee ontslag van rechtsvervolging, wat volgens NRC op hetzelfde neerkomt. Zijn media-uitingen, vijf jaar geleden, vallen binnen de grenzen van de vrijheid van meningsuiting in het destijds hoog oplopende #MeToo-debat, oordeelde de rechter.
De rechtbank constateert dat Brandt Corstius de naam van Van Dam aanvankelijk achterwege liet, Pas toen Van Dam zelf naar buiten trad, in de talkshow Pauw, heeft hij daar op gereageerd, onder meer bij DWDD.
Van Dam krijgt te horen dat hij „de vlucht naar voren nam” en „door herhaald media-optreden” de zaak in het publieke domein hield. Een veroordeling zou er toe leiden dat Brandt Corstius „de rest van zijn leven zou moeten zwijgen of zelfs in het algemeen niet zou mogen stellen dat hij slachtoffer van seksueel misbruik is geworden”. Daarmee heeft de journalist van de rechtbank de vrijheid terug om over zijn ervaringen te spreken. Als het OM tenminste afziet van hoger beroep, wat nog niet bekend is.