Logo Joop
De opiniesite van BNNVARA met actueel nieuws en uitgesproken meningen

Plaats dat slavernijmonument voorlopig maar in het stadhuis van Vlissingen

  •  
01-07-2023
  •  
leestijd 3 minuten
  •  
1516 keer bekeken
  •  
10732317225_bfbbc2fb48_k

© cc-foto: Pieter Edelman. Het wapen van Zeeland aan de gevel van Fort Zeelandia in Paramaribo

Eén ding is duidelijk: de bekladders van het burgermonument ter herdenking van de slavernij in Nederland beheersen hun talen niet. Er staat: 'De media is de vijand', terwijl het taalkundig moet zijn 'De media zijn de vijand'.

Ook het Latijn – ongetwijfeld in een poging Thierry Baudet de loef af te steken – is onjuist, zoals Joop al aantoonde. Het was een poging een uitspraak van Julius Caesar te citeren na de in 45 vóór Christus door hem gewonnen slag bij Munda in Zuid-Spanje. Waar dat precies ligt, is onduidelijk maar het moet niet zo ver van Sevilla zijn geweest. Met de overwinning had Caesar een burgeroorlog definitief en totaal gewonnen. Hij kon nu zijn dictatuur definitief vestigen. "Hoc voluerunt" ('Dit hebben zij (zelf) gewild'), zei hij na het bloedbad. Een jaar later deed hij een nog legendarischer uitspraak. "Et tu Brute." 'Ook jij Brutus', net nadat hij in de senaat door een stel politici was neergestoken die het constitutionele systeem wilden herstellen.  

Aan de kant van Caesar vocht het beroemde Vijfde Legioen Alaudae (Leeuweriken). In 69 na Christus brachten Julius Civilis en zijn opstandige Bataven deze Leeuweriken zware verliezen toe maar het legioen ging pas definitief ten onder in 86 na Christus toen het door de Daciërs bij Tapae (Zeicani, Transsylvanië) in een hinderlaag werd gelokt.

Bij Munda al maakten de Leeuweriken niet het verschil. Dat deed koning Bogudes van Mauretanië met zijn ruiterij. Hij was een berber. Koning en strijders hadden ongeveer dezelfde genen als het merendeel van de Nederlanders met een Marokkaanse achtergrond. Zonder Bogudes en zijn berbers had Caesar nooit gewonnen. Dan had hij een heel andere uitspraak moeten verzinnen dan hoc voluerunt. Zonder het te willen riepen de racistische vandalen in Vlissingen een gebeurtenis in herinnering waar hedendaagse mocro-Nederlanders trots op mogen zijn.

In 2070 zijn de blanken in de minderheid, zo stelt een ander kladschrift op het monument. Dit getuigt van weinig zelfvertrouwen bij de daders. Om het op zijn Surinaams Nederlands te formuleren: zij weten kennelijk hun tollie niet te gebruiken en zij verwachten dat evenmin van hun kleurgenoten.

Daarmee is duidelijk wat de daders kenmerkt: zij zijn geheel uit minderwaardigheidscomplexen opgetrokken. Zij vertrouwen niet op zichzelf en hun kracht. Zij zijn niet in staat tot patriottisme en een volwassen liefde tot het land. Dan immers zouden zij ook de ongunstige, de akelige kanten van onze gedeelde geschiedenis een plaats weten te geven in hun denken. In plaats daarvan maakt dit destructieve neigingen los. Zij bekladden niet dat monument maar vooral zichzelf. Het is overigens dezelfde onzekerheid die je ziet in het gezicht van een Pepijn van Houwelingen of een Gideon van Meijeren. Hun uitspraken komen voort uit onzekerheid, niet uit overtuiging. Net als deze actie.

Ondertussen is het Vlissingse slavernijmonument aan de openbare weg niet veilig. He verdient na herstel een betere plek. Het Stadskantoor heeft een prachtige ontvangsthal voor het publiek, waar het – ook qua omvang – goed tot zijn recht zou kunnen komen. Mooi zou ook een plaatsje in de raadzaal zijn zodat bestuurders en volksvertegenwoordigers het constant onder ogen hebben.

Voor het overige ben ik van mening dat het toeslagenschandaal niet uit de publieke aandacht mag verdwijnen en de affaire rond het Groninger aardgas evenmin.

Beluister Het Geheugenpaleis, de wekelijkse podcast van Han van der Horst en John Knieriem over politiek en geschiedenis. Nu: Poetins pensioen.

cc-foto: Pieter Edelman 

Delen:

Praat mee

Onze spelregels.

0/1500 Tekens
Bedankt voor je reactie! De redactie controleert of je bericht voldoet aan de spelregels. Het kan even duren voordat het zichtbaar is.