Toen ik vanochtend het NOS-gebouw binnenliep zag ik hem meteen staan. Niet dat ik hem ken, maar ik wist dat het niemand anders kon zijn.
De Taalstaat is een radioprogramma over taal en muziek, gepresenteerd door Frits Spits. Vandaag was ik er voor de derde keer te gast, dit keer om het te hebben over Piet Paaltjens, een 19e-eeuwse dichter. Samen met o.a. Spinvis en De Kik zette ik zijn werk op muziek, een superleuk project. Gisteravond wees iemand me op twitter erop dat Ruut Weissman ook was uitgenodigd. Meteen had ik een knoop in mijn keel.
Ruut Weissman, de acteur die als docent van de toneelschool in Amsterdam decennialang meisjes seksueel intimideerde. In 2015 schreef ik al eens een artikel voor Vrij Nederland over (onder anderen) hem en zijn illustere collega Jappe Claes, die inmiddels overal ontslagen is. Gisteravond las ik een misselijkmakend relaas op facebook van celliste Michelle Courtens, die in 2015 door hem werd lastiggevallen. Wat moest ik doen? De kans was groot dat ik Weissman zelf niet zou spreken of tegenkomen in de studio, maar toch, maar toch… ik wees de redactie op het verhaal, en ging slapen.
Toen ik vanochtend het NOS-gebouw binnenliep zag ik hem meteen staan. Niet dat ik hem ken, maar ik wist dat het niemand anders kon zijn. Samen werden we door een redacteur van het programma naar boven gebracht. In de lift zag ik hem kijken en zich afvragen waarom ik hem strak aankeek maar me niet voorstelde. Boven werd ik apartgenomen door de redacteur. ‘Sorry, we wisten hier echt niks over… heel vervelend. Frits heeft besloten om het zelf aan te kaarten tijdens het gesprek.’
In de regieruimte zaten we te wachten. Weissman, zijn assistent, en ik. Ik ging meteen naast de regisseur zitten, met mijn laptop open aan zijn bureau, met mijn rug naar Weissman toe. Frits kwam even naar buiten om hallo te zeggen, en vertelde Weissman dat hij zich gedwongen voelde om hem te vragen naar de verhalen over seksuele intimidatie. ‘Nou, dan kan ik beter gaan’, reageerde Weissman op hoge toon. Frits kalmeerde hem, en hij bleef. Terwijl we wachtten zat Weissman achter me te mompelen dat hij “die nonsense wel aankon”. Ik voelde langzaam hoe ik woedend werd. Ik zat te trillen op mijn stoel.
Toen Frits Spits hem vroeg naar de verhalen, reageerde Weissman in een korte opsomming van alle clichés die dit soort types doorgaans gebruiken: “Er is niks van waar… ik werk met honderden vrouwen en als eentje zoiets zegt… het is heel jammer voor mij… het is laster… ik heb misschien het woord “geil” gebruikt, maar in een heel andere context…” Naarmate ik langer luisterde werd ik steeds kwader. Dit kon ik echt, echt, ECHT niet laten gaan.
Toen ik zelf de studio in liep trilde ik zo dat ik mijn bekertje water niet eens recht kon houden. Het is echt lang geleden dat ik zo nerveus en kwaad was. Ik vond het zo rottig om Frits te moeten overvallen en van zijn programma af te laten wijken. Meteen in het begin van het gesprek viel ik hem in de reden en deed mijn zegje. Ik hoopte maar dat ik niet te nerveus klonk en ging daarna snel weer over op Piet Paaltjens, waar ik eigenlijk voor kwam.
Na afloop van het gesprek zei Frits dat hij zich voor het blok gezet voelde, maar het wel goed vond. En dat ik waarschijnlijk geen idee heb hoe ranzig mannen onder elkaar zijn wanneer het over vrouwen gaat. Nou, dat begin ik inmiddels te ontdekken, en het is inderdaad niet fraai.
Ik ben heel blij dat ik mijn steentje heb kunnen bijdragen aan #MeToo, een beweging die goddank echt momentum begint te krijgen. Overal zitten mannen te zweten, en ik kan niet anders dan hopen dat ze tot inkeer komen.