Dit was niet meedenken, maar tegendenken. Niet bouwen, maar slopen.
Sylvana Simons diende tijdens het laatste corona-debat een snoeiharde motie in tegen het kabinet. Ze verwijt Rutte en zijn kompanen dat ze een strategie hebben gekozen voor het ‘gecontroleerd laten uitrazen’ van het virus, waarbij ‘het virus zich dient te kunnen verspreiden zolang als de IC-capaciteit dit toelaat, met groepsimmuniteit als bijgevolg en constateert dat niet het zoveel mogelijk indammen en het voorkomen van besmettingen het doel van de beleidsstrategie is en dat deze strategie de volksgezondheid ernstig heeft geschaad, meer dan 30.000 doden tot gevolg heeft gehad, potentieel honderdduizenden Nederlanders langdurig ziek heeft gemaakt en de economie, werkende mensen, mensen uit risicogroepen, jongeren en vele anderen enorme fysieke, financiële en mentale schade heeft toegebracht. Ze stelt dat het kabinet door deze strategie niet in staat is geweest het virus in te dammen én we in een vierde besmettingsgolf zijn beland. Al met al keurt ze met deze motie de coronastrategie van het virus laten uitrazen af, roept ze de regering op met deze strategie te breken en gaat ze over tot de orde van de dag.’
Rutte was furieus over deze motie en terecht. Simons en haar partij BIJ1 zijn te prijzen om hun fanatisme en het aan de kaak stellen van zaken waar mensen overheen kijken of zich niet eens bewust van zijn, zoals min of meer subtiele vormen van racisme en discriminatie of taalgebruik dat achterhaald en – dikwijls onbedoeld – kwetsend is. Met deze motie slaat ze de plank echter finaal mis.
Rutte stelt terecht dat het kabinet en duizenden wetenschappers, artsen, verpleegkundigen en verzorgenden al anderhalf jaar hun best doen om dit coronavirus het hoofd te bieden en dat het pijnlijk en haast onbeschoft is nu te stellen dat deze mensen 30.000 doden op hun geweten hebben. Dat is ook enorm pijnlijk. Meer dan dat. Simons heeft nu makkelijk praten. Rutte had het nooit goed kunnen doen. Waarschijnlijk was haar motie nog heftiger geweest als hij de strategie van Trump en Bolsonaro had gekozen en er nu – zoals in de VS en Brazilië – een veelvoud aan slachtoffers te betreuren waren geweest.
Daarbij gaat het vrijwel nergens helemaal goed. In Zuid-Afrika werden de maatregelen door een rechter versoepeld nadat een groep als Viruswaarheid een rechtszaak had aangespannen en daarna liep het aantal slachtoffers hoog op. In India ging het mis, Frankrijk en Engeland schommelen steeds tussen versoepelingen en aanscherpingen en landen als Rusland en Wit-Rusland zeggen succesvol te zijn, maar daar sjoemelen ze aantoonbaar met de cijfers. Simons lijkt dus nogal wat naïef als ze denkt dat het allemaal veel beter had gekund in dit land. We zouden een uitzondering in de wereld zijn.
Verder is de motie verre van congruent. Simons verwijt het kabinet immers tegelijkertijd dat ze te weinig hebben gedaan om de verspreiding van het virus in te dammen én dat mensen en de economie geschaad zijn door de maatregelen. Ik ben dan benieuwd hoe Simons het zelf aangepakt zou hebben. Had zij het land in een complete lockdown gegooid om de verspreiding te voorkomen? Had ze het land open gehouden om de economie niet te schaden? Had ze iets kunnen bedenken waardoor het virus in bedwang gehouden werd en tegelijkertijd de economie kon floreren? Had ze een isolatie kunnen voorstellen waarbij sommige mensen niet eenzaam werden, jongeren niet uit beeld raakten en de theaters en horeca open hadden kunnen blijven? En had ze bij dit alles weerstand kunnen bieden aan een groeiende groep mensen die het gezeik zat waren, hun vrijheid terug wilden en van geen enkele maatregel wilden weten?
Ik ben benieuwd naar de gedachten die door Simons’ hoofd gingen toen zij deze motie opstelde. Het lijkt nu een typisch document van een beste stuurvrouw die aan de wal staat en die iedere koers van de schipper op zee afkeurt. Nogal makkelijk. Populistisch ook. Het volk zal smullen van alle verwijten: de lockdown pakte verkeerd uit, de versoepelingen pakten verkeerd uit en Simons wekt de indruk dat zij het allemaal beter had kunnen doen zonder doden, zonder langdurig zieken en zonder schade aan de economie. Daarmee maakt zij zichzelf tot de beste premier die we nooit gehad hebben of tot een sporter die een wedstrijd won die nooit gespeeld is. Nogal makkelijk allemaal en pijnlijk en diskwalificerend voor de mensen in de uitvoering.
De motie van Simons is haast een vorm van utopisch denken. Een geloof in een aanpak in een wereld die volledig te beheersen is. Het is een technisch-instrumentele benadering van de werkelijkheid. Systeemdenken waar we juist verlangen naar een gerichtheid op de leefwereld en de menselijke maat. Die menselijke maat was er niet in deze motie. In geen enkel opzicht. Dit was niet meedenken, maar tegendenken. Niet bouwen, maar slopen. Niet verdiepend, maar oppervlakkig veroordelend. Een motie die inlevingsvermogen ontbeert. Een motie waar niemand iets aan heeft.