Oud en nieuw pensioenstelsel kunnen prima naast elkaar worden uitgevoerd

De coalitiepartijen willen met steun van de combinatie PvdA/Groen Links het nieuwe pensioenstelsel ook door de Eerste Kamer laten goedkeuren. Terwijl voor veel pensioenexperts de nieuwe wet feitelijk een gedrocht is met heel veel open eindjes. Waarvan de uitkomsten uiterst ongewis zijn en voorlopig ook blijven.

Voor- en tegenstanders van de wet zijn het met elkaar eens over het moeten hervormen van ons huidig pensioenstelsel om dat meer toekomstbestendig te maken en de koopkracht van het opgebouwde pensioen individueel beter te kunnen borgen.

Waarbij iedere deelnemer wel meer risico loopt maar geen rekening gehouden hoeft te worden met fictieve rekenrentes en dekkingsgraden om toekomstige pensioenaanspraken van toekomstige gepensioneerden veilig te stellen. Iedere deelnemer krijgt in het nieuwe stelsel namelijk zijn eigen individueel pensioenpotje dat kan groeien en renderen. Maar ook door tegenvallende beleggingsuitkomsten of lage rentes kan slinken.

Na de Provinciale Staten verkiezingen zal er een nieuwe samenstelling zijn van de senaat. Onduidelijk is nog of de stemming over de nieuwe pensioenwet nog in de huidige Eerste Kamer gaat plaatsvinden of door de nieuw benoemde senatoren na de Provinciale Statenverkiezingen van 15 maart 2023.

Met de huidige rentestand en de verwachting dat de rente nog verder zal stijgen voldoet het huidige pensioenstelsel aan het kunnen behouden van koopkracht voor gepensioneerde deelnemers. Zonder het risico op grote fiasco’s en onbeheersbare gevolgen van het omzetten van collectieve spaarpotten van pensioenfondsen in miljoenen individuele spaarpotjes.

Welke omzettingsoperatie is omgeven met onzekerheid en omvangrijke risico’s. Waar de huidige nieuwe pensioenwet geen afdoende waarborgen tegen biedt. Zo is er bijvoorbeeld een immens tekort aan arbeidscapaciteit om voor iedere individuele deelnemer zijn pensioenpotje goed en betrouwbaar te kunnen berekenen.

Haast om een pensioenhervorming geforceerd door de Eerste Kamer te moeten laten goedkeuren is er gewoon niet. Het argument dat de polder Nederland er al zo lang over heeft gesproken en gedebatteerd en dat de kogel nu maar eens door de pensioenkerk moet, kan vanzelfsprekend geen argument zijn om willens en wetens iedereen, gepensioneerden, huidige pensioendeelnemers en toekomstige pensioendeelnemers op één hoop te gooien.

De wil en wijsheid heeft tot nu toe ontbroken bij de voorstemmers van de wet in de Tweede Kamer om een land dat al geteisterd wordt door zoveel omvangrijke crisissen die niet snel kunnen worden opgelost om Nederland niet opnieuw door incompetentie van politici op te zadelen met een voorzienbare en voorspelbare omvangrijke uitvoeringscrisis bij de pensioenfondsen en rechterlijke macht in de transitie naar een nieuw pensioenstelsel.

Te hopen valt dat in de Eerste Kamer wijze senatoren de nieuwe pensioenwet alleen van toepassing verklaren voor uitsluitend nieuwe pensioendeelnemers. Waarbij het huidige stelsel van kracht blijft voor alle huidige pensioendeelnemers. Met een relatief kleine groep kan de transitiefase dan worden gestart als begin van een uiteindelijk wel zorgvuldig voorbereid en geïmplementeerd transitie-en uitvoeringsproces van een nieuw pensioenstelsel gebaseerd op individuele spaarpotjes.