Oud-burgemeester Jan Hoekema (D66) van Wassenaar kreeg bij het vroegtijdige vertrek uit zijn ambt ten onrechte extra wachtgeld mee. Dat schrijft NRC. Ook mocht Hoekema nog een jaar na zijn afscheid als burgemeester in de ambtswoning blijven wonen. De afspraken hierover werden in het geheim gemaakt. Na vragen van de krant heeft de oud-burgmeester besloten het geld terug te storen.
Hoekema was sinds 2007 burgemeester van Wassenaar, maar stapte eind 2016 op na een vertrouwensbreuk tussen hem en de gemeenteraad. Hij werd opgevolgd door oud-VVD-Kamerlid Charlie Aptroot, met wie Hoekema de afspraak maakte dat zijn wachtgeld tot aan zijn AOW-leeftijd werd aangevuld tot “100 procent van de bezoldiging”, oftewel, een periode van tien maanden. Daarnaast besloot de gemeente Wassenaar om Hoekema’s pensioenpremie aan te vullen, werden de gemaakte juridische kosten vergoed en mochten hij en zijn vrouw – PvdA-fractievoorzitter in de Eerste Kamer Marleen Barth – tegen een lage huur in de ambtswoning blijven wonen: 1400 euro per maand voor een woning met een marktwaarde van bijna 2 miljoen euro. Volgens NRC probeerde Barth nog 400 euro korting op die huur te bedingen voor de periode dat Hoekema geen werk had.
NRC achterhaalde de afspraken via de Wet openbaarheid van bestuur (Wob). Hoekema en Barth probeerden in eerste instantie openbaarmaking tegen te houden door naar de voorzieningenrechter te stappen, maar zagen daar vorige week alsnog van af. Volgens Hoekema was de extra uitkering bedoeld om het verlies van inkomsten te compenseren, maar is dat niet langer nodig nu hij waarnemend burgemeester van Langedijk is. Ook zegt hij tegen de krant:
"Door vragen van NRC ben ik gaan nadenken en heb ik voor mijzelf de conclusie getrokken dat ik het geld ga terugstorten. Het hoeft niet, maar de context waarbinnen ik tegen de overeenkomst aankijk is veranderd."
Burgemeester Aptroot laat weten dat met de afspraak een lange juridische strijd is voorkomen, waarvan de kosten uiteindelijke vele malen hoger zouden komen te liggen dan nu het geval is geweest. ‘Dit bedrag leek ons verstandig en redelijk,’ aldus Aptroot.
Volgens juristen is de met Hoekema gesloten overeenkomst echter wel degelijk tegen de Gemeentewet. Zo zegt hoogleraar staatsrecht Douwe Jan Elzinga van de Rijksuniversiteit Groningen:
"De extra financiële afspraken zijn niet in overeenstemming met de wettelijke regelingen. Ik ken geen politici die om dit soort aanvullingen op hun wachtgeld vragen. Wethouders doen het niet, ministers niet – dus burgemeesters zouden dat ook niet moeten doen."