Onderduikers en oorlogshelden
• 24-10-2015
• leestijd 2 minuten
Nu ik volwassen ben, vraag ik het me nog steeds weleens af: of ik mijn eigen leven op het spel zou zetten voor een vreemde
Toen ik op de middelbare school zat, en les kreeg over de verschrikkingen van de jaren 40, heb ik me weleens afgevraagd of ik het zou hebben gedurfd… onderduikers in huis nemen. Mensen die op de vlucht zijn voor een regime dat ze wil vermoorden, verstoppen in je eigen huis.
Soms jarenlang. Mensen die je niet kent, van een ander geloof, helpen om ze het leven te redden. Met gevaar voor eigen leven, want als er ook maar één iemand achter komt dat jij mensen in je huis verscholen hebt, dan wordt niet alleen jouw onderduikers opgepakt, maar jij zelf ook. Ik fantaseerde dat ik zo’n held zou zijn, die dát voor een wildvreemde zou overhebben.
Nu ik volwassen ben, vraag ik het me nog steeds weleens af. Of ik mijn eigen leven op het spel zou zetten voor een vreemde. Als ik eerlijk ben, denk ik dat ik het niet zou doen. Te gevaarlijk. Teveel gedoe ook. Sorry.
Wellicht zou ik het wel doen als er wat minder op het spel zou staan.
Dat ik bijvoorbeeld niet zelf zou worden gefusilleerd als mijn onderduiker zou worden ontdekt. Of als de onderduiker niet per se bij mij in huis zou hoeven, maar bijvoorbeeld in een gebouw in de buurt zou kunnen overnachten. En dat ik hem niet zelf elke dag (stiekem) eten hoef te brengen, maar dat dit centraal zou kunnen worden geregeld.
Als ik onder die omstandigheden een onderduiker zou kunnen helpen, ja, tuurlijk. Dan zou ik dat wel doen.
Maar ja, als je het op zo’n manier gaat aanpakken kan iederéén wel een oorlogsheld zijn.