Woensdag publiceerde de Nationale Ombudsman zijn rapport over mijn arrestatie in het UMC Utrecht. Als verslaggever van Zembla wilde ik verslag doen van een lezing daar, maar eindigde ik in een politiecel, die pas na zes uur weer openging. Dat ik aan deze onverkwikkelijke klucht een strafblad heb overgehouden, is volgens de ombudsman onterecht. Zijn rapport is een draai om de oren voor het OM en goed nieuws voor de persvrijheid. De (nieuwe) ziekenhuis woordvoerder feliciteerde me zojuist met de uitspraak. Hij hecht aan een “constructieve relatie met journalisten”. Waarvan akte.
Het Openbaar Ministerie heeft de uitspraak "in beraad", zo liet hun woordvoerder mij net weten. Volgens mij is de kwestie niet zo ingewikkeld. De ombudsman roept het OM op om de sepotcode te veranderen in “ten onrechte als verdachte aangemerkt”. Dat is de enige manier om mijn strafblad ("justitiële aantekening") ongedaan te maken. Dat het OM dat (bijna 4 jaar lang) heeft geweigerd, vindt de ombudsman "onbegrijpelijk".
Ik was in het UMC Utrecht omdat de terminaal zieke patiënt Adrienne Cullen daar een "openbare lezing" over patiëntveiligheid zou geven. De zaal zat vol pers. De inmiddels overleden vrouw had mij persoonlijk uitgenodigd, maar ik mocht van de woordvoerder niet naar binnen, want "er is altijd gedoe met jou". Daar bedoelde hij waarschijnlijk mee dat ik samen met collega Norbert Reintjens vier verhalen had gemaakt over ernstige misstanden binnen het UMCU, zoals verzwegen dodelijke calamiteiten en een schrikbewind van het KNO-afdelingshoofd.
De woordvoerder kwam met een voorstel: ik mocht weliswaar niet bij de lezing aanwezig zijn, maar ik kon mevrouw Cullen wel na afloop in de hal van het ziekenhuis interviewen. Ik besloot op dit voorstel in te gaan. Maar toen de bijeenkomst was afgelopen en mijn cameraman zich prepareerde voor het gesprek dat we wilden opnemen, kwamen er twee beveiligers op ons af. Zonder toelichting werd ons bevolen om te vertrekken. Dat weigerde ik. En dus werd ik (hardhandig) aangehouden en overgedragen aan de politie.
Het OM heeft zich in deze zaak nogal dubbel opgesteld. De officier van justitie besloot mij niet te vervolgen. De arrestatie was onnodig, vond het OM, maar ik was toch schuldig aan huisvredebreuk omdat ik niet vrijwillig vertrok toen beveiligers mij sommeerden het ziekenhuis te verlaten. Hoewel deze vordering volgens het OM "ongelukkig" was, had ik daar wel naar moeten luisteren. Dat ik een interview-afspraak had en mij volledig aan de huisregels van het ziekenhuis hield, doet daar volgens het OM niks aan af.
Volgens het OM was het niet noodzakelijk dat ik daar op dat moment aanwezig was. Er waren immers genoeg andere media. Met alle respect voor mijn collega’s van o.a. het Journaal, maar die deden niet al drie jaar onderzoek naar de angstcultuur in het UMCU.
Het is niet aan het OM om te bepalen of mijn aanwezigheid journalistiek relevant was. Waar bemoeien ze zich mee? De ombudsman zegt nu "dat journalisten er op moeten kunnen vertrouwen dat het OM maximaal gewicht toekent aan het belang van vrije nieuwsgaring wanneer een journalist in zijn werk wordt beschuldigd van lokaalvredebreuk. Daarvoor is met name aanleiding als er geen deugdelijke reden blijkt te zijn geweest om de journalist de verdere toegang te ontzeggen, maar er sprake is van een misverstand, of erger: een aanleiding is geconstrueerd om een kritische en/of onwelgevallige journalist verder werken onmogelijk te maken."
Ik ben zo blij met deze onderkoelde en tegelijk vlijmscherpe constatering van de ombudsman. Niet alleen omdat mijn reputatie wordt gezuiverd, maar vooral omdat hij benadrukt dat de rechten van journalisten in het geding zijn. Je kunt de waakhonden niet zomaar een schop onder hun kont geven als het je niet aanstaat dat ze bij jou komen snuffelen.
Het OM deed - tot ongenoegen van de ombudsman - ook schamper over mijn vrees dat ik vanwege mijn strafblad geen visum zou kunnen krijgen. Dat zou volgens het OM wel meevallen. Een goede onderbouwing gaf het OM niet. Van deze gemakzuchtige houding maakte de ombudsman ook gehakt. En nu afwachten wat het OM gaat doen. Ik zou het wel weten, maar ja, ik kan deze keer niet zeggen dat ik onpartijdig ben als journalist.
Komende week publiceert de VVOJ (vereniging van onderzoeksjournalisten) mijn essay waarin ik – samen met de woordvoerder die mij liet arresteren – uitgebreid terugblik op deze confrontatie. Wat ging er mis en wat kunnen wij ervan leren?