Het openbaar ministerie gaat in hoger beroep in de corruptiezaak tegen Richard de Mos. Twee weken geleden werd de Haagse politicus vrijgesproken door de rechtbank in Rotterdam. Ook zijn medeverdachten werden vrijgesproken, met uitzondering van een man die tot vier maanden voorwaardelijk werd veroordeeld voor wapenbezit.
In een verklaring schrijft het openbaar ministerie: “Het OM zet deze stap om de wettelijke termijn voor hoger beroep veilig te stellen. Het vonnis wordt op dit moment nog bestudeerd. Het gaat om een complexe strafzaak met maatschappelijke impact, dit vraagt om een zorgvuldige afweging ten aanzien van het hoger beroep. Hiervoor heeft het OM meer tijd nodig.”
De Mos reageert verbolgen op de stap van het OM. “Wij betreuren het ten zeerste dat het openbaar ministerie de stad Den Haag nog langer politiek wil gijzelen. Daarmee is het OM ziende blind en horende doof voor de gevoelens in de samenleving.”
Het OM constateerde dat De Mos' partij donaties had ontvangen van bevriende ondernemers die vervolgens hulp kregen bij (nacht)vergunningen en vastgoedprojecten. De rechtbank oordeelde echter dat er geen sprake was van “kwade bedoelingen”. Volgens rechtbankvoorzitter Jacco Janssen is het niet vreemd dat donateurs proberen lokale politici te beïnvloeden. Hij verweet het OM een “erg rigide” blik. “Ondernemers moeten niet worden afgeschrikt door een mogelijke verdenking van corruptie.”