Al jaren waarschuwden deskundigen dat er een grimmige pandemie zou komen. De vraag was niet of, maar wanneer. Het kabinet Rutte heeft niet naar deze waarschuwingen geluisterd.
Merkwaardig hoe ook bij intelligente, hoogopgeleide publicisten het woord ‘babyboomers’ een rood waas voor de ogen kan creëren. Ik heb het uiteraard niet over Ira Helsloot, Marianne Zwagerman of de kelderschimmel uit de Quote -stal, maar over mensen met het kaliber en de verdienste van Sheila Sitalsing, Ewald Engelen en Heleen Mees.
Ziet Engelen door dat waas heen ook nog de neoliberale economie die de verschillen in inkomen en vermogen gestaag laat groeien, voor sociaaldemocratische economen als Mees vormen ‘piekbabyboomers’ met een eigen huis kennelijk het grootste maatschappelijke probleem.
Wat mij erg tegenviel van Mees’ column in dezen is dat ook zij de demagogische mythe van het oude, dorre hout reproduceert: ‘Hoewel het virus voor de meeste mensen onder de 65 jaar niet veel meer is dan een griep, is het hele openbare leven stilgelegd omdat de ic’s anders de aanvoer van coronapatiënten boven de 65 jaar niet aankan.’ Volgens het RIVM zijn er echter ook andere risicogroepen. Alleen al vierhonderdduizend COPD-patiënten telt Nederland volgens het CBS. En die dat zijn echt niet allemaal 65-plussers. Hoe vaak reppen de media wel niet van 65-minners die een half jaar na hun ‘genezing’ van corona nog steeds ernstige klachten hebben. Neen, die hebben gewoon een griepje gehad.
Ik heb er daarom een hard hoofd in dat onze sociaaldemocratie haar neoliberale veren werkelijk gaat afschudden. Net als VVD’ers, CDA’ers en D66’ers heeft ook zij het nog steeds over enerzijds ‘de samenleving’, anderzijds ‘de economie’, alsof dat gescheiden grootheden zijn. Zo spreekt ze ook van ‘ondernemers’ en ‘de cultuur’, alsof musea, orkesten en schouwburgen geen ondernemingen zijn.
De neoliberale samenleving, dat zijn de burgers die directe en indirecte belasting moeten betalen en een hoge directe en indirecte prijs moeten ophoesten voor de energietransitie – dure alternatieven voor gas; horizonvervuiling met windmolens en zonneparken. De neoliberale economie, dat zijn de bedrijven die juist verdienen aan windmolens en zonneparken, ondernemingen die volgens haar terecht zo weinig mogelijk belasting proberen te betalen. Die onbelemmerd moeten groeien. Deze economie is het terrein waarop de markt moet werken, niet de behoeften van de burger. Waarin de burger een consument is, maar ook een potentiële overtreder.
Mees’ stellingname tegen ‘ de babyboomers’, demografisch overigens een zeer heterogene groep – kijk eens naar die 75-jarige postbezorgers – ademt ook een typisch sociaaldemocratisch calvinisme. Van mensen die – om met Multatuli te spreken – driehoog achter wonen en met weerzin spreken over de decadente ‘rijken’ van tweehoog voor. Nooit over de villabewoners, laat staan die van paleizen. Neen, dezulken zijn immers door God boven ons gesteld.
Het probleem dat Mees aankaart, de steeds slechter wordende financiële positie van vooral millenials, is deel van een veel groter probleem en dat is de toenemende (mondiale) ongelijkheid in inkomen en vermogen. Een proces dat zich al decennia voltrekt – onder andere gekenmerkt door structurele bezuinigingen – en niet opeens in de coronatijd zichtbaar wordt. Je zou kunnen zeggen dat het Nederland van maart 2020 te vergelijken viel met een supermarkt waarvan een flink aantal schappen al leeg was.
Want ook voor de coronacrisis klaagden deskundigen over de alarmerende leesachterstand van kinderen en over het feit dat ze de halve dag op hun scherm kijken in plaats van fysiek contact met hun vriendjes onderhouden. Dat kinderen uit kwetsbare groepen sowieso een onderwijsachterstand hebben. Dat kinderen van welvarende ouders via dure bijlessen toegang kunnen krijgen tot de gymnasia.
Ook al voor 2020 bestonden er lange wachtlijsten en grote personeelstekorten in de zorg, evenals schaarste aan medicijnen. De oorzaak? Wederom overheidsbezuinigingen. In 2010 waren er bijvoorbeeld 2800 IC-bedden, juni vorig jaar 1350, minder dan de helft, opgeschaald naar 1700 tijdens de tweede golf. In dezelfde periode zijn zes ziekenhuizen gesloten. Veel andere hebben hun specialismen beperkt.
Last but not least. Al jaren waarschuwden deskundigen dat er een grimmige pandemie zou komen. De vraag was niet of, maar wanneer. Het kabinet Rutte heeft niet naar deze waarschuwingen geluisterd.
Het is de overheid die bedrijven in staat stelt om op grote schaal flexwerkers in te zetten in plaats van medewerkers met een vast contract. Het is de overheid die het bedrijfsleven en rijke particulieren allerlei fiscale privileges geeft. Die bijvoorbeeld de ‘sterftaks’ heeft verlaagd. Die exorbitante honoraria en vergoedingen aan het staatshoofd toebedeelt en hem vrijstelt van belasting. Die Tata Steel, andere bedrijven en boeren toestaat om allerlei milieuwetten te overtreden. Het is de overheid die KLM, Schiphol, Booking.com en de grote boeren zakken met geld toewerpt, maar zzp-ers – ‘eigen keuze, toch?’ – of mensen uit de cultuursector – ‘een hobby, immers!’ – in de kou laat staan.
Het zou verstandig zijn dat kiezers hiermee rekening houden bij hun stem op 17 maart.
Mees’ redenering ‘de babyboomers hebben het geld en de morele plicht om de jongste generaties te compenseren’ zou je ook kunnen toepassen op mensen met een vaste baan, ‘die hebben een veilige positie en dus de morele plicht om zzp’ers….’ Of ‘de grote bedrijven hebben…’ ‘De boeren hebben…’ Symptoombestrijding.
Toenemende ongelijkheid Het probleem van de toenemende ongelijkheid moet dan ook op een heel andere manier worden bestreden. Neem Mees’ voorbeeld van de woningsector. De hypotheekaftrek die hogere inkomens bevoordeelt, word – te langzaam, weliswaar – afgebouwd. Maar bestrijd het scheef wonen, een schrijnend probleem. Deze dagen berichten de media over huurders bij woningbouwcorporaties die een of meer koopwoningen bezitten, een Friese huurder zelfs 59!
Er zijn dure pied-à-terres in de Amsterdamse binnenstad waarvan de eigenaar slechts een paar dagen per jaar gebruik maakt. Welvarende stadbewoners kunnen zich tijdens de lockdown in hun weekendhuizen terugtrekken, die door de week leeg staan. Misschien blijkt die trek naar het platteland een structureel verschijnsel, waardoor woningen voor veel autochtonen aldaar onbetaalbaar worden. Laat dus schaarste niet over aan de markt, maar verdeel de woningruimte naar redelijkheid en behoefte. Het ‘bezit’ van een woning moet een g econditioneerd recht worden. Via vergunningen bijvoorbeeld.
Er valt voorts een wereld te winnen met een fair belastingstelsel. De werkelijke vervuiler die betaalt. De rijken en de multinationals die ontduiking en ontwijking onmogelijk worden gemaakt. Belastingvlucht betekent verlies van hun faciliteiten in Nederland. Omhoog de successierechten en belastingen op winsten met aandelen.
Daarnaast een basisinkomen en hogere minimumlonen. Vaste contracten. Verbod op zwart werk, tenzij – de hulp – de werknemers daarvan de dupe zouden worden. Meer invloed bij werknemers – indien relevant, ten koste van aandeelhouders – op de manier waarop hun bedrijven en instellingen functioneren. Meer afspiegeling van de diverse groepen Nederlanders, ook in de vertegenwoordiging.
Calvinisten als Mees zullen in deze situatie smullen. De werkelijk rijke boomers moeten immers zeer veel veren laten en 75-jarigen bezorgen voortaan alleen post en kranten als ze dat voor de lol doen.
Radicale hervormingen van het woningbezit en de belasting zijn iets van middellange termijn.
Kortetermijndenken is nooit goed, daarom zouden sociaaldemocratische economen zich moeten beraden op de kaalslag die zal ontstaan in de puinhopen na de coronacrisis. Wie krijgen de hardste klappen en hoe valt dat te voorkomen?
Maar wanneer iemand mij vraagt wat we wel op korte termijn zouden kunnen doen?
De sectoren waarvan de omzet het afgelopen jaar is gegroeid – postbedrijven, bouwmarkten, supermarkten, webbedrijven (bol.com is van Albert Heijn) het geld en de morele plicht om de zwaar getroffen sectoren te compenseren?