Rondom Internationale Vrouwendag wordt vaak de balans opgemaakt. Zondag is er weer zo’n dag. In tal van bijeenkomsten wordt er (vaak door hogeropgeleide en kansrijke vrouwen) over vrouwenthema’s gesproken, variërend van het nieuwe feminisme tot internationale solidariteit. Solidariteit is zeker een groot goed, omdat daardoor wordt voorkomen dat we met z’n allen terechtkomen in verdeeldheid en vijandschap.
Veerkracht Wie goed kijkt ziet ook andere pijnlijke zaken die om aandacht schreeuwen. Er zijn bijvoorbeeld genoeg bijstandsvrouwen die tegen allerlei grenzen aanlopen die verhinderen dat ze aan het werk komen. Door echtscheiding, werkeloosheid, mishandeling of geldproblemen is hun zelfvertrouwen weggeslagen en verdwijnt de emotionele veerkracht om ondanks alles toch te proberen om vooruit te komen. Een alleenstaande moeder die ieder dubbeltje moet omdraaien en na een gebroken nacht opstaat om haar kinderen naar school te brengen, zal geen energie meer hebben om aan haar persoonlijke ontwikkeling te werken, laat staan om daarvoor te netwerken. Maar juist netwerken leidt dan tot nieuwe kansen en dus tot vooruitgang. Vooral hogeropgeleide en andere kansrijke vrouwen kunnen hier het verschil maken. Dit geldt trouwens ook voor mannen met hun befaamde Old Boys netwerk.
Kansrijk en kansarm Hogeropgeleiden en andere kansrijke mensen hebben toegang tot middelen waarmee ze hun situatie kunnen veranderen. Het blijft opvallend te moeten vaststellen dat, hoewel maar 20% van de Nederlandse bevolking hoogopgeleid is, zij toch steeds degenen zijn die de maatschappelijke thema’s agenderen en in de publieke opinie de toon zetten. De kansrijke en goed geschoolde mensen onder ons hebben bovendien ook nog eens het geld om professionele kennis in te huren. Ze huren bijvoorbeeld een job coach in wanneer ze van baan willen veranderen of een headhunter. Dat vergroot de kans op een baan sterk, maar je moet het wel kunnen betalen.
Hogeropgeleiden zijn vaak met andere dingen bezig dan lageropgeleiden. Zij proberen bij de delicatesse-afdeling van de Albert Heijn hun avondmaaltijd aan te vullen, terwijl de bijstandsvrouwen alleen maar op zoek zijn naar de afgeprijsde basisvoedingsmiddelen. De ervaring leert dat deze vrouwen zich eerder zorgen maken om elementaire zaken zoals zorg- en huurtoeslag en een zakelijke afspraak moeten cancelen omdat ze geen oppas kunnen betalen.
De verbinding Hoewel de hierboven genoemde werelden enorm van elkaar lijken te verschillen, kunnen ze elkaar toch heel goed versterken. Hier kan solidariteit op een simpele manier in de praktijk worden gebracht. Allebei de groepen kunnen door onderlinge contacten kennismaken met een wereld die ze amper kennen en zo genezen van allerlei vooroordelen. Dit kan bijvoorbeeld door af en toe een praatje met elkaar te maken, een keertje bij elkaar op bezoek te gaan, elkaar om advies te vragen of juist goede raad te geven: dat alles kan wonderen teweeg brengen. De ervaring leert dat het veel moed en doorzettingsvermogen vereist om zulke verbindingen tot stand te brengen.
Een voorbeeld van waar dit in Breda al gebeurt, is het Brood en Rozenproject van de gelijknamige stichting. In dit project coachen goed opgeleide vrouwen bijstandsvrouwen. Ze praten niet alleen met hen, zij stellen ook actief hun netwerk voor hen open. Ze helpen hen met meer zelfvertrouwen na te denken over wat ze willen en welke baan bij ze past. “Soms is het donker in het leven van ‘mijn bijstandsvrouw’, ik vind het een eer dat ik als coach haar kan laten zien hoe het licht aan kan.” De bijstandsvrouwen lopen in het bedrijfsleven ook een netwerkstage, komen in contact met nieuwe werkgevers, ze vergroten hun wereld. Maar het project snijdt aan twee kanten. Omgekeerd leren de coaches ook van de bijstandsvrouwen. Zoals een van de coaches die bestuurder bij een multinational is het zei: “Het coachen heeft mijn leven verrijkt, ik heb nu verbinding met een kant van de maatschappij die ik hiervoor niet kende.” Zo breng je dus nieuwe verbindingen tot stand. Zondag, tijdens een grote netwerkbijeenkomst in Breda, krijgen de bijstandsvrouwen van Brood en Rozen in aanwezigheid van locoburgemeester Bob Bergkamp hun felbegeerde certificaat als bekroning voor hun harde werken.
Dit artikel stond, in het kader van Internationale Vrouwendag, op 7 maart 2015 in Dagblad BN de Stem