Psycholoog en universitair docent Jan te Nijenhuis doet vandaag een oproep in het Parool om de IQ-scores van politici openbaar te maken. In het bizarre pleidooi roemt hij de hoge intelligentie van nazi-kopstukken, de vermeende hoogbegaafdheid van Rutte en Baudet en noemt hij Emile Roemer ongeschikt als premier vanwege zijn vermeend lage IQ. Een op zijn zachtst gezegd bijzondere keuze van voorbeelden, vooral als je zijn andere uitspraken en publicaties erbij pakt.
Geheime conferentie over rasverbetering Vorig jaar stelde University College London (UCL) een spoedonderzoek in naar een geheime jaarlijkse conferentie over ‘intelligentie’ en eugenetica, waar Jan te Nijenhuis ook spreker was. Eugenetica of ‘rasverbetering’ is de 19e eeuwse leer die ervan uitgaat dat sommige mensen genetisch inferieur zijn aan anderen en dat de mensheid erbij gebaat zou zijn om de voortplanting van die mensen te beperken. Eugenetisch beleid zorgde er wereldwijd voor dat er op grote schaal mensen werden gediscrimineerd en gesteriliseerd. In de Tweede Wereldoorlog werd genocide gepleegd op Joden, Roma en LHBTQ-mensen uit eugenetische overwegingen, waarna de leer uit de serieuze wetenschap verdween.
Het onafhankelijke studentenblad London Student onthulde dat de bijeenkomsten die georganiseerd werden door emeritus professor James Thompson onder meer werden bijgewoond door prominente neonazi’s als Emil Kirkegaard , die eerder schreef dat pedoseksuele handelingen met slapende kinderen moeten kunnen. De extreemrechtse Richard Lynn , die openlijk pleit voor het ‘geleidelijk elimineren’ van ‘populaties van incompetente culturen’ sprak meerder keren op de conferentie. In 2015 sprak Jan te Nijenhuis op de conferentie en wel over ‘ Spearman’s hypothesis ‘. De these dat gemeten IQ-verschillen tussen witte en zwarte mensen positief correleren met de ‘ g factor ‘ ofwel algemene intelligentie.
Kritiek Dat was in 2015, maar bij zijn promotie aan de Universiteit van Amsterdam in 1997 was er al veel kritiek te horen op zijn conclusie:
"Het gemiddelde niveau van cognitieve vermogens in de groep allochtonen is lager dan het gemiddeld niveau in de groep autochtonen… Amerikaans onderzoek liet al zien dat zwarte Amerikanen het gemiddeld slechter doen op de arbeidsmarkt door groepsverschillen in algemene intelligentie. Toch wordt dit in de Nederlandse literatuur vrijwel nooit genoemd als een van de mogelijke oorzaken van de hoge werkloosheid onder allochtonen."
Hij lijkt daarmee te verwijzen naar het omstreden boek van Charles Murray en Richard Herrnstein uit 1994, The Bell Curve, waarin ‘aangetoond’ zou worden dat zwarte mensen minder intelligent zijn dan witte mensen.
Een van de vakgenoten die afstand nam van de conclusies van Te Nijenhuis is prof.dr. P. Drenth, voorzitter van de vakgroep arbeids- en organisatiepsychologie aan de Vrije Universiteit in Amsterdam. Hij verklaarde toen aan de Volkskrant:
"Geen enkele test is vrij van culturele invloeden. Zelfs het begrip intelligentie is dat niet… Ik zou zeggen dat een verschil in wat hij intelligentie noemt, eerder aanleiding is voor het aanstellen van kandidaten in lagere functies. Het hoeft helemaal geen oorzaak te zijn van werkloosheid. Zelf zou ik concluderen dat achter die relatief hoge werkloosheidscijfers een te sterk discriminerend beleid schuilt van werkgevers en overheid… Veel psychologische testbureaus en psychologen die allochtonen onderzoeken, zijn zich juist onvoldoende bewust van de culturele gevoeligheid van de tests die ze gebruiken. De kans dat de uitslag verkeerd wordt geïnterpreteerd, is dan groot. Een Iraanse vrouw die in Nederland in drie jaar de universiteit afmaakt en niettemin scoort op havo- of mavo-niveau, heeft kennelijk een test gekregen die geen intelligentie meet. Dat moet men leren erkennen."
Francis Galton Bovendien pleit Te Nijenhuis voor een zeer beperkte visie op intelligentie. In 2015 zegt hij in de Volkskrant :
"Om ‘echte’ intelligentie te meten, moeten we niet kijken of adolescenten kunnen spellen of abstraheren, vindt Te Nijenhuis. Dan meet je kunstmest-effecten. Echte intelligentie – oftewel de kwaliteit van de pootaardappel – meet je volgens hem het beste door de snelheid van het brein te meten. Daar werd in 1884 door Francis Galton een heel simpele test voor ontwikkeld: het meten van de reactietijd. Er gaat een lampje branden en de proefpersoon moet zo snel mogelijk een knop indrukken. En wat blijkt? De reactiesnelheid van de mens is sinds de 19de eeuw met 194 gezakt naar 275 milliseconden. Zo bezien is onze intelligentie gemiddeld sinds de victoriaanse tijd flink gezakt: met 14 punten."
Hij citeert Francis Galton, grondlegger van de eugenetica , die zelf ook zeer bezorgd was over het afnemen van menselijke genialiteit. Potentiële intelligentieverschillen tussen bevolkingsgroepen komen voortdurend terug in de publicaties van Te Nijenhuis. De psycholoog publiceert naast de gebruikelijke vakpublicaties ook in omstreden uitgaves als Mankind Quarterly – door de Amerikaanse mensenrechtenorganisatie Southern Poverty Law Center omschreven als ‘the racist pseudo-scholarly Mankind Quarterly’ – waarin openlijk gepleit wordt voor een rentree van de eugenetica. Zijn papers hebben titels als:
“Does cultural background influence the intellectual performance of children from immigrant groups?”
“Group differences in mean intelligence for the Dutch and third world immigrants”
“Spearman’s hypothesis tested on European Jews vs non-Jewish Whites and vs Oriental Jews: Two meta-analyses”
“Solving the puzzle of why Finns have the highest IQ, but one of the lowest number of Nobel prizes in Europe”
“Spearman’s hypothesis tested on Black adults: A meta-analysis”
“Spearman’s hypothesis not supported? Three meta-analyses of Black and White prisoners, Northeast Asians, and Arabs and Jews”
Yernaz Ramautarsing Nadat Yernaz Ramautarsing begin vorig jaar in opspraak kwam door zijn uitspraken over ras en IQ , verdedigde Te Nijenhuis hem op radio 1 in het EO-programma van Tijs van den Brink. Hij stelde dat er wel degelijk intelligentieverschillen zijn tussen volkeren en beschuldigde minister Ollongren ervan haar mening op te willen leggen aan de wetenschap.
In een opiniestuk op TPO lichtte hij dit verder toe:
"Hoe groot zijn de IQ-verschillen binnen Nederland? Autochtone Nederlanders hebben een gemiddeld IQ van 100. In mijn onderzoek kwam naar voren dat Roma (Zigeuners) een gemiddeld IQ van 74 hebben. Surinamers, Antillianen, Marokkanen, en Turken hebben een gemiddeld IQ van ongeveer 85. Chinese Nederlanders hebben een gemiddeld IQ van 105 en Joden hebben een gemiddeld IQ van 112."
"Niet alleen democratisch gekozen politici hebben een hoog IQ. De nazikopstukken werden, voordat velen in Neurenberg ter dood werden veroordeeld, getest en een groot deel bleek hoogbegaafd te zijn: Arthur Seyss-Inquart had een IQ van 141 en Hermann Göring een van 138. Franz von Papen scoorde 134. Van Adolf Hitler zijn geen IQ-scores bekend, maar hij stond bekend als een snelle denker. Wil je als leider een linkse, rechtse, dan wel fascistische droom realiseren, dan heb je een hoog IQ nodig."
In zijn stuk noemt hij premier Rutte en FvD-leider Thierry Baudet “zonder enige twijfel hoogbegaafd”.
Afbeelding: Internet Archive Book Images, page 122 of “The science of eugenics and sex life, the regeneration of the human race ..” (1914)