Nederlanders krijgen meer en zwaardere pijnstillers, minister maakt zich zorgen

Het gebruik van zware, verslavende pijnstillers loopt uit de hand en moet worden teruggedrongen. Minister Bruins voor Medische Zorg is van plan daar werk van te maken. Het gaat daarbij om sterk verslavende middelen als oxycodon en fentanyl, zogeheten opioïden. Die worden door artsen vaak makkelijk voorgeschreven en het is voor patiënten een koud kunstje herhaalrecepten te krijgen.

Voor de urgentie waarmee de minister het groeiende gebruik van opioïden wil aanpakken, hoeft alleen maar naar de Verenigde Staten gekeken te worden. Daar kampt men al jaren met de zogenoemde opioid crisis. Alleen al in 2017 kwamen meer Amerikanen om het leven door een overdosis opioïden dan door vuurwapens of verkeersongelukken. ‘Het gaat hier niet om aspirientjes, maar om zeer zware en vaak verslavende middelen,’ verduidelijkt de minister.

Vooral het gebruik van oxycodon in Nederland is sterk gestegen. Waren er in 2008 nog 93.000 gebruikers van het middel, in 2018 waren dat er al ruim 485.000. Het fentanylgebruik steeg in dezelfde periode van 65.000 gebruikers naar 111.000. Een van de redenen dat de middelen vaker worden voorgeschreven is de vergrijzing, maar ook de aandacht voor pijnbestrijding bij artsen en in de maatschappij speelt een rol. En hoewel de middelen voor dat laatste uitstekend geschikt zijn, lukt het gebruikers vaak niet om zonder hulp ook weer af te bouwen. Het aantal mensen dat uiteindelijk op de spoedeisende hulp of in het ziekenhuis belandt als gevolg van overmatig gebruik van de middelen, is de laatste jaren ook gestegen.

Behalve de minister gaan ook artsen en apothekers inzetten op het terugdringen van opioïdengebruik. Zo komt er betere voorlichting en zal meer onderzoek gedaan worden naar de werking en gevolgen van het gebruik van de middelen.