Ruim drie miljoen mensen in de Democratische Republiek Congo (DRC) verkeren in ernstig levensgevaar als gevolg van aanhoudende hongersnood. Onder hen zijn honderdduizenden kinderen. Zij zullen de komende maanden niet overleven als er niet snel hulp op gang komt in het door conflicten geteisterde Afrikaanse land. Daarvoor waarschuwt David Beasly, directeur van het Wereldvoedselprogramma (WFP) van de Verenigde Naties.
In augustus 2016 braken er in de centraal gelegen DRC-provincie Kasaï gevechten uit tussen rebellen en de regeringstroepen van president Joseph Kabila. Die gevechten werden heviger nadat de ambtstermijn van Kabila eindigde in december en hij weigerde op te stappen. De gevechten hebben zich inmiddels verspreid over nog eens vijf provincies. Duizenden mensen kwamen door het geweld om het leven, zo’n vier miljoen Congolezen sloegen op de vlucht.
Volgens David Beasly heeft het WFP krap 1 procent van de benodigde middelen om de bevolking van de DRC te hulp te schieten. Hij waarschuwt ervoor dat het regenseizoen in aantocht is, waardoor veel vluchtwegen onbegaanbaar worden en nog meer mensen vast komen te zitten in ellendige omstandigheden: ‘Als we nog een paar weken wachten op geld voor voedsel, is niet te overzien hoe verschrikkelijk de situatie wordt. We hebben hulp nodig, en wel nu meteen.’