Het aanhoudende, niets ontziende geweld tegen Gaza moet gevolgen krijgen, betoogt Thomas van Gool van PAX. Ten minste moet Nederland elke vorm van militaire samenwerking met Israël beëindigen.
Ruim een jaar na aanvang van de Israëlische oorlog tegen alles en iedereen in Gaza is er weliswaar minder aandacht voor in de media, maar gaat het bloedvergieten onverminderd voort. Nog altijd worden dagelijks tientallen Palestijnen gedood, veelal op gruwelijke wijze.
De cijfers zijn schrikbarend. Meer dan 43.000 Palestijnen zijn gedood, in meerderheid vrouwen en kinderen. Zo’n drie kwart van alle gebouwen in Gaza, waaronder talloze scholen en ziekenhuizen, is beschadigd of zelfs helemaal vernietigd. Vrijwel iedereen van de ruim twee miljoen inwoners van de kuststrook is ontheemd, tevergeefs op zoek naar veiligheid.
Israël zet honger in als oorlogswapen. Mede als gevolg hiervan is het werkelijke dodental nog veel hoger. Naar (conservatieve) schatting staan tegenover elke directe dode door geweld nog eens vier indirecte doden, vanwege alle ontberingen die met oorlog gepaard gaan. Wellicht zijn er dus al meer dan 200.000 Palestijnen gedood, bijna tien procent van de bevolking van Gaza.
We zijn getuige van de vernietiging van Gaza, waarin het ene na het andere dieptepunt wordt bereikt: de meeste VN-medewerkers gedood, de meeste gezondheidswerkers gedood, de meeste journalisten gedood.
Hierom oordeelde het Internationaal Gerechtshof, de hoogste rechter ter wereld, dat genocide mogelijk plaatsvindt in Gaza. De rechters achtten dit, in januari al, plausibel. Inmiddels is er meer bewijs voor genocide, zeker nu het noorden van de kuststrook (opnieuw) etnisch gezuiverd wordt.
Het is logisch dat aanklager Khan van het Internationaal Strafhof arrestatiebevelen wil. In mei stelde hij voldoende bewijs te hebben om de Israëlische premier Netanyahu en, inmiddels voormalig, minister van Defensie Gallant te vervolgen. Ook wil hij arrestatiebevelen tegen, inmiddels gedode, kopstukken van Hamas, die verantwoordelijk waren voor de aanval van 7 oktober vorig jaar, toen honderden Israëlische burgers werden gedood.
Meer en meer wordt het oorlogsgeweld in Gaza geëxporteerd naar andere delen van het Midden-Oosten. Israël voert grootschalige aanvallen uit op de illegaal bezette Westelijke Jordaanoever en heeft 3000 mensen in Libanon gedood. Daar is het inmiddels ook een grondinvasie gestart en worden zelfs VN-troepen aangevallen. Ook wordt Jemen gebombardeerd en Syrië, en onlangs Iran. Geregeld resulteren Israëlische aanvallen in grote verwoesting en burgerdoden. Hezbollah in Libanon, de Houthis’s in Jemen en Iran hebben ook doelen in Israël aangevallen.
Al het onrecht in Gaza (en elders) zou aanleiding moeten zijn voor de politiek om op te treden, om respect voor het internationaal recht af te dwingen en burgers te beschermen. Maar dat gebeurt niet. De Nederlandse regering heeft afgelopen jaar geen enkele maatregel willen nemen tegen de Israëlische regering. Even leek het erop, in mei, dat de aanval op de zuidelijke stad Rafah voor het vorige kabinet een rode lijn was. Maar ondanks gedreig met ‘politieke gevolgen’ en de uitspraak van het Internationaal Gerechtshof dat Israël het offensief in Rafah moest stoppen, werd niet gehandeld.
Van de huidige regering is helaas nog minder te verwachten. Alhoewel minister van Buitenlandse Zaken Veldkamp het later ontkende, stelde hij in juli dat hij misschien een ‘minder uitgesproken’ koers zal varen. En minister van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp Klever bagatelliseerde in september dat mensenrechtenschendingen in Gaza plaatsvinden. Ze sprak van ‘vermeende’ schendingen.
De enige maatregel die wel is genomen, het beëindigen van leverantie van onderdelen voor F-35-gevechtsvliegtuigen vanuit Nederland, is het gevolg van een rechterlijke uitspraak. De regering legt zich hier echter niet bij neer, omdat het wil blijven leveren. Bovendien: Nederland levert, vooral via de VS, nog steeds onderdelen voor deze vliegtuigen, waarmee Israël Gaza (en Libanon) bombardeert.
Vanwege de verwoesting van Gaza is het volstrekt onbegrijpelijk dat Nederland nog altijd militair samenwerkt met Israël – samenwerking waar zowel de Adviesraad Internationale Vraagstukken als de Nederlandse bevolking erg kritisch op is. Naast export naar Israël is er ook import van wapens uit dat land, voor honderden miljoenen euro’s. Met deze import wordt de wapenindustrie, die de oorlogsmisdaden in Gaza mogelijk maakt, gespekt. Verder is er kennisuitwisseling tussen de Nederlandse krijgsmacht en die van Israël en trainen Nederlandse militairen in Israël, en andersom. Nederland staat bovendien op het punt om een defensieverdrag met Israël te sluiten, waarmee de aanwezigheid van militairen op elkaars grondgebied wordt geregeld, wat intensievere samenwerking vergemakkelijkt.
Aankomende weken spreekt de Tweede Kamer over defensie, wapenhandel en buitenlandbeleid. Het is zeer te hopen dat het parlement het regeringsbeleid dan corrigeert, zodat artikel 90 van onze grondwet – ‘de regering bevordert de ontwikkeling van de internationale rechtsorde’ – geen dode letter blijft. Elke vorm van (mogelijke) medeplichtigheid bij de vernietiging van Gaza moet stoppen. Ten minste is nodig dat elke vorm van militaire samenwerking per direct wordt beëindigd.