'In dit pijnlijke proces heb ook ik fouten gemaakt. Maar ik heb nooit getwijfeld dat Joost zich in mijn uitlatingen had kunnen vinden'
In januari jongstleden werd ik geïnterviewd door Nathalie Huigsloot voor het Volkskrant Magazine. Aanleiding was het verschijnen van Gerrit, een boek dat ik schreef over mijn aan ALS overleden jeugdvriend. In een periode van twee jaar verloor ik vijf mannelijke vrienden van mijn eigen leeftijd, en op onze leeftijd, rond de vijftig, hakt dat er best in.
Achteraf Een van die vrienden was Joost Zwagerman, en hij komt ook in het boek voor, met medeweten van de uitgever. Ik was niet de behandelaar van Joost ten tijde van zijn dood, ik beschouwde hem als een goede vriend. En hij mij ook, vermoed ik. De interviewster vroeg mij of ik wist dat zijn vriendin Maaike zwanger was. Ik antwoordde bevestigend, omdat ik wist dat de schrijver Jeroen Brouwers dit al eerder publiek had gemaakt in Vrij Nederland. Ik had dit beter niet kunnen doen, moet ik achteraf vaststellen. En ik had zeker niet moeten speculeren over de rol van depressie bij zijn zelfdoding. Dat was te verwarrend. Uit de reacties bleek dat men vond dat een psychiater dit niet hoort te doen. En die mening deel ik. Maar: ik sprak als vriend en als nabestaande, geenszins als zijn psychiater. Van een beroepsgeheim was in ieder geval geen sprake rond zijn overlijden. Door deze misvatting werd ik aan de publieke schandpaal genageld, onder meer door Youp van ’t Hek in zijn wekelijkse column in NRC Handelsblad.
Op aanraden van diverse vertrouwelingen heb ik toen niet gereageerd. Wel heb ik gekwetste nabestaanden van Joost per e-mail uitgenodigd het er nog eens over te hebben. Zonder ooit enige reactie te krijgen.
Bijzaak Wat schetst mijn verbazing dat de toenmalige vriendin van Joost Zwagerman ruim negen maanden later nog eens naar mij uithaalt onder verwijzing naar mijn beroep, opnieuw in datzelfde magazine. Ze citeert me niet alleen onjuist, ze gaat ook voorbij aan het feit dat ik eerst en vooral een nabestaande van Joost ben. Dat ik van beroep psychiater ben is bij het verlies van een vriend slechts bijzaak, lijkt me.
De moeder van het vierde kind van Joost is ongetwijfeld nog harder getroffen door het verlies van haar partner. Ik voel niet de behoefte om publiek commentaar te leveren op haar verdriet. Maar mij slechts opvoeren als een psychiater die een relatie zou zien tussen haar zwangerschap en zijn ongelukkige dood is onwaar en onvolledig. De keus voor haar zwangerschap maakte hij bij zijn volle verstand. Dat de zoon van Joost en Maaike later via mijn uitlatingen in de media zou moeten vernemen hoe zijn vader is gestorven was absoluut mijn bedoeling niet. En het lijkt me eerlijk gezegd ver gezocht. Dat Maaike en anderen wellicht vinden dat ik het kind schade heb toegebracht spijt mij zeer.
In dit pijnlijke proces heb ook ik fouten gemaakt. Maar ik heb nooit getwijfeld dat Joost zich in mijn uitlatingen had kunnen vinden. Hij was een groot pleitbezorger van openheid over zelfdoding, al was het maar om daarmee wellicht iemand anders te kunnen redden. Die overtuiging deelden we vele jaren, we publiceerden bijvoorbeeld beiden al meer dan tien jaar geleden een boek over dit onderwerp, en ik geloof dat ik in zijn geest handel door niet terughoudend te zijn in publieke uitlatingen over dit beladen onderwerp.
In dit bericht gaat het over zelfdoding. Mocht je daar vragen over hebben of behoefte te hebben om er over te praten, bel 0900-0113 of bezoek 113.nl.