De problemen beginnen pas als de politieke elite onzeker wordt en gaat twijfelen aan haar eigen functioneren.
Een partij die nooit aan de macht is geweest, kan het zich veroorloven om gouden bergen te beloven. Ze kan zich ongestraft verliezen in retoriek die het bestaande politieke bestel onderuit haalt en kwalificeert als ‘een stel prutsers’. Ze kan zeggen: stem op ons, en wij lossen alle problemen als de bliksem op. Als de sociaaleconomische omstandigheden er rijp voor zijn, of als de goegemeente allerlei andere narigheid aangepraat wordt, trappen hele volksstammen daar in.
Als de politieke elite overtuigd blijft van de democratische principes en het nut van een democratisch systeem, is er nog weinig aan de hand. De problemen beginnen pas als die politieke elite onzeker wordt en gaat twijfelen aan haar eigen functioneren en de democratische essentialia. Die ontwikkeling is in Nederland gaande, met de Fortuynrevolte als opstartfase, langzaam maar zeker culminerend in de huidige PVV-hysterie. Het is een proces dat potentieel ernstige gevolgen heeft.
In zekere zin is ook de SP altijd zo’n partij geweest. Er zijn dan ook ontegenzeggelijk enkele parallellen te trekken tussen de SP en de PVV: het trappen tegen het politieke establishment, de identificatie met ‘de gewone man’, de ontbrekende regeringsverantwoordelijkheid, de altijd latent aanwezige verongelijktheid over de behandeling door de politieke elite, een weinig democratische partijstructuur (Marijnissen zal het ontkennen) en het sterke leiderschap. Immers: wat zou de SP zijn geworden zonder Jan Marijnissen, en wat zou de PVV zijn zonder Geert Wilders?
Waar de SP zich echter op belangrijke punten heeft losgemaakt van haar ideologische oorsprong (het Marxisme) heeft de PVV de denkbeelden van Fortuyn niet alleen overgenomen, maar to the next level gebracht. Waar Fortuyn nog een soort Janmaat-light was, is Wilders een Fortuyn 2.0. Wilders is grof en onbeschoft naar collega-Kamerleden en bestuurders, bedient zich van het met veel ophef de wereld in slingeren van onwaarheden, halve waarheden en houdt informatie achter die hem niet in de kraam te pas komt, zoals de conclusie van het onderzoeksbureau dat had uitgezocht wat de gevolgen voor een Nexit zouden zijn. Die conclusie luidde dat er aanvankelijk sprake zou zijn van armoede en chaos, maar dat we daar op den duur wellicht uit zouden kunnen opkrabbelen. Wilders schermde alleen met de onzekere lange termijneffect en promoveerde die tot eindoordeel.
Het virtuele electorale gewin dat de PVV boekt met haar anti-Europese agenda is een exponent van wat ik de Europese Paradox zou willen noemen. Het inspelen op de populistische onvrede met de EU en haar functioneren is voornamelijk voorbehouden aan partijen met een uiterst linkse of een uiterst rechtse signatuur. Intellectueel en rationeel is er, ondanks de moeilijkheden die er ook zijn, van alles te zeggen vóór een Europese Unie. Je ziet dan ook dat de intelligentsia zich vaak uitspreekt vóór de EU. Het probleem is, dat een groot deel van de rest van de bevolking een EU op nationalistische, irrationele en emotionele gronden afwijst. (Ze schrijven ons de wetten voor, ze pikken onze banen in, we willen de gulden terug, etcetera.) Je kunt die geluiden een hele tijd negeren, maar uiteindelijk gaat die discrepantie toch wringen. Dat uit zich vervolgens bij verkiezingen, (want de natiestaten zijn parlementaire democratieën) waardoor bijvoorbeeld in de Nederlandse situatie de PVV op 35 zetels staat, omdat Henk en Ingrid graag stemmen op een club met een anti-Europese agenda.
Ik noem het de Europese Paradox, omdat je de facto precies het tegenovergestelde bereikt van wat je met een EU wilt bereiken. Bovendien doemt in het verlengde daarvan een ander probleem op: het gevaar dat extremistische clubs als Front National, de PVV of Vlaams Belang aan de regeringstouwtjes gaan trekken, met alle gevolgen van dien.
Een deel van deze problematiek heeft de EU aan zichzelf te danken, niet in de laatste plaats omdat de noodzaak tot hervormingen wel uitgesproken wordt, maar niet in de praktijk wordt gebracht. Frans Timmermans heeft bijvoorbeeld als vicevoorzitter van de Europese Commissie helemaal niets gedaan op dat gebied, terwijl hij juist daar voor is aangesteld. Als het dan goed misgaat (Brexit) kun je wel in het Europarlement voor eigen parochie gaan staan schreeuwen , (applaus voor jezelf!) en dat vervolgens trots delen op je machiavellistische Facebookpagina, maar daar schiet je niks mee op. Ondertussen blijven de anti-EU partijen in de natiestaten groeien, en dat is een gevaarlijke ontwikkeling, zowel voor de afzonderlijke landen als voor de Europese eenheidsgedachte.