Voer als politieke partijen gesprekken met angstige mensen waarbij het luisteren en invoelen voorop staat.
Door de coronapandemie geloven steeds meer Nederlanders in ‘complottheorieën’. Met name extreem-linkse en extreemrechtse kiezers zijn eerder vatbaar voor de theorieën die het huidige social mediatijdperk sneller verspreid worden dan het coronavirus zelf. Helaas vervalt een beperkt aantal van hen in gewelddadig gedrag. Zij verpesten het voor de anderen die serieus gehoord en begrepen willen worden. Wanneer zetten politici de eerste stap om naar deze mensen en hun angsten te luisteren?
Angst regeert “Het percentage van mensen die geloven dat er een samenzwering schuilgaat achter het coronavirus, zegt iets over hoe angstig en kwetsbaar mensen zich vandaag de dag voelen”, aldus politicoloog André Krouwel. “In tijden van crisis zoek je bescherming. Je ziet dan dat de groep die openstaat voor complottheorieën aan ‘complexiteitreductie’ doet om de wereld om zich heen te kunnen begrijpen.” Klinkt logisch. Wat minder logisch is, is de manier waarop de meeste politieke partijen op deze groeiende groep mensen reageren. Ze worden weggezet als gekkies en wappies en er wordt niet of nauwelijks naar hun inhoudelijke standpunten geluisterd. Deels terecht, omdat enkelen gewelddadig worden, dreigen met geweld of vervallen in antisemitische en racistische retoriek. Deze mensen verdienen dan inderdaad een inhoudelijk stevig weerwoord en in geval van geweld, strafrechtelijke vervolging. Tegelijkertijd zijn het juist volksvertegenwoordigers die zouden moeten luisteren naar wat mensen zeggen en daarbij de vaardigheid hebben om door grote woorden en emoties heen te prikken. Want deze mensen hebben serieuze angsten die alleen maar groter worden door politici die hen negeert en kleineert. Wat deze serieuze angsten en daaruit voortkomende legitieme vragen zoal zijn? Ik noem er graag een aantal.
Hoe is het coronavirus nu precies ontstaan? Welke andere virussen kunnen er in de toekomst nog komen als covid-19 verdwenen is? Waar en wanneer eindigt dit?
Waarom zou alles ineens beter worden als er een vaccin is? Hoe weten we of zo’n vaccin geen nare bijwerkingen heeft?
Hoe zien de verhoudingen eruit tussen de farmaceutische industrie en de politiek? Hoe weten we zeker dat er geen belangenverstrengeling plaatsvindt?
In hoeverre gaan de coronamaatregelen in tegen fundamentele mensen- en grondrechten? Heiligt het doel alle middelen of is er ergens een grens?
Waarom maakt de overheid niet meer werk van mensen- en kinderhandel en kindermisbruik?
Waarom wordt het fenomeen van ‘ritueel misbruik’ niet serieus genomen?
Welke informatie is er bekend over het bestaan van buitenaardse intelligente wezens en dito onverklaarbare fenomenen en hoe gaan overheden daarmee om?
Sociale media bepalen veel, te veel Deze vragen komen deels voort uit de informatievoorziening die mensen via (sociale) media ontvangen. We weten dat een steeds groter deel van deze informatie en nieuws wordt gemanipuleerd door verfijnde algoritmes van immorele, kapitalistische techbedrijven en deels ook vreemde mogendheden, zoals Rusland, die baat hebben bij verdeeldheid en polarisatie in de westerse samenleving. Het is daarom bemoedigend te zien dat er steeds meer politieke en maatschappelijke aandacht is voor de negatieve bijeffecten van sociale media op de beeldvorming en het gedrag van de moderne mens. Strengere wetgeving is noodzakelijk om goed voor het behoud van onze samenleving en democratische rechtsstaat te zorgen.
Luisteren naar angsten van bezorgde burgers Terug naar de angsten en vragen van complottheoretici. Toen grote groepen mensen, gevoed door allerlei angsten, hun stemkeuze maakten voor partijen als de LPF, PVV en FvD, kozen veel traditionele partijen er vervolgens voor om zich te verdiepen in deze angsten, vooral op het gebied van immigratie en integratie. Ze gingen luisteren naar de ‘bezorgde burger’, deden onderzoek en pasten hun eigen standpunten aan. Deels om electorale redenen, deels omdat ze daadwerkelijk van mening waren veranderd. Datzelfde fenomeen zien we echter (nog) niet als het om de huidige angstige of ‘bezorgde’ burgers gaat in relatie tot de bestrijding van gevaarlijke virussen, kindermisbruik en ritueel misbruik door bijvoorbeeld satanisten. Zij worden primair weggelachen, terwijl de bovengenoemde vragen redelijk zijn en gesteld mogen worden. Door blind en doof te zijn voor de angsten van de ‘gekkies’ die achter Lange Frans aanlopen, worden de vooroordelen van deze mensen juist en waarschijnlijk onbedoeld bevestigd: politici zijn niet oprecht in mij geïnteresseerd en stellen zich vrij elitair en verheven op boven de rest van de samenleving.
Verbinding maken met angstige burgers Wat is dan nu het alternatief? Voer als politieke partijen gesprekken met angstige mensen waarbij het luisteren en invoelen voorop staat. Het is nu tijd voor empathische politici die zonder te oordelen luisteren en de gesprekspartner oprecht beter willen begrijpen. Een tweede stap is om nog meer inzicht te geven in de opties die het kabinet heeft om tot coronamaatregelen over te gaan. Het is voor veel mensen niet volgen en ondoorgrondelijk hoe Rutte-III tot besluitvorming komt en welke rol het OMT en anderen precies spelen. De kwetsbare, menselijke kant van dit proces en alle begrijpelijke twijfel mag en kan beter worden gedeeld. Transparantie is sowieso geboden bij de aanpak van de coronapandemie, al blijven populistische politici en (sociale) media die de overheid ex-ante en principieel wantrouwen een serieus risico. Een derde stap betreft het vraagstuk van mensenhandel, kindermisbruik en ritueel misbruik. Om bij het laatste te beginnen; de Tweede Kamer nam onlangs een motie aan waarmee de regering opdracht heeft gekregen om onafhankelijk onderzoek te laten verrichten naar ‘georganiseerd sadistisch misbruik van kinderen’. Directe aanleiding is het onderzoek dat Argos deed naar dit fenomeen onder de noemer ‘ritueel misbruik’. Zoals Argos laat zien, kan Nederland bij dit vraagstuk een voorbeeld nemen aan Duitsland en het als een serieus fenomeen beschouwen en de strafrechtelijke aanpak geven die het verdient. Mensenhandel en kindermisbruik behoren tot het werkveld van de Nationaal Rapporteur Mensenhandel. Hij constateert in essentie veel dezelfde zaken als de angstige complottheoretici betogen. Het kabinet zou met deze rapporteur in gesprek kunnen gaan over hoe de Rijksoverheid deze vormen van mensenrechtenschendingen nóg effectiever kan aanpakken én voorkomen.
En zo zijn er nog meer mogelijkheden om op de individuele maatschappelijke vraagstukken in te gaan. De kunst is om complexe en doorgeschoten integratieve complottheorieën te segmenteren; opdelen in behapbare en logische elementen. Anders gezegd: complottheoretici serveren een zevengangendiner graag in één keer en doen alsof het voorgerecht en nagerecht met elkaar in verband staan. Politici doen er goed aan om op elke losse gang in te gaan en om zo de complexiteit te vervangen door redelijkheid en behapbaarheid.
Luisterend oor en open hart En er zijn wellicht nog meer manieren om serieus en met respect met mensen om te gaan die oprecht angstig zijn. En ja, ook na het voeren van een oprechte en open dialoog en het in de praktijk brengen van al deze manieren blijft er een groep wantrouwende complottheoretici over. Het zijn er naar mijn verwachting dan echter wel een stuk minder dan nu. Deze harde kern laat zich niet (meer) verleiden tot andere inzichten. Dat is dan hun keuze. Zolang ze dat binnen de kaders van onze rechtsstaat doen, mag en kan dat natuurlijk. Maar er is nog een groep twijfelaars voor rede vatbaar. Maar die bereiken we niet met Lubach-video’s en denigrerende tweets. Die bereiken politici alleen met een luisterend oor en een open hart.