De ‘tucht’ van de afstandelijke en calculerende aandeelhouder heeft geleid tot kortzichtigheid en een verslechtering van de positie van de werknemer
‘De topbestuurders moeten de belangen van alle betrokkenen bij een bedrijf in beschouwing nemen.’ Het is het eerste punt van de ‘Accountable Capitalism Act’ die de Amerikaanse senator Elisabeth Warren heeft voorgesteld. Om dat te bereiken en de machtsbalans te herstellen kijkt Warren nadrukkelijk naar Europa en wil ze een einde aan het eenzijdige aandeelhoudersbelang. Er is echter één probleem: ook in Europa is het Angelsaksische model doorgedrongen.
De machtsbalans in bedrijven is uit het lood geslagen. Winsten groeien stelselmatig harder dan lonen; aandeelhouders zijn verzekerd van dividend terwijl werkenden flexibel moeten zijn; de multinationals en miljonairs betalen steeds minder belasting terwijl de werkenden opdraaien voor blunderende bankiers; Google en Facebook behoren tot de grootste bedrijven ter wereld omdat gebruikers gratis voor ze werken. Zo dreigt de 99% van werkenden te verliezen van 1% van het grote geld en ‘big data’.
De politiek is op afstand van bedrijven gebleven, ondanks overduidelijke misstanden. Zo verdiende Fred ‘fast Freddy’ Hassan miljoenen aan Organon in Oss , waar 2145 mensen hun baan verloren, en ontving Rijkman Groenink 26 miljoen bij de ondergang van ABN Amro. De aandeelhouder regeert en bepaalt.
Nog onlangs heeft Paul Polman, topman van Unilever, de harde les geleerd dat het veel makkelijker is een minister-president tot in zijn vezels te overtuigen dan de aandeelhouders achter zich te krijgen. Bij een poging tot een vijandige overname door Heinz-Kraft heeft hij het streven naar een duurzame onderneming moeten bijstellen om een nieuwe poging te voorkomen: door te snijden in bedrijfsonderdelen en door de winstmarges op te schroeven. Bij de overnamepoging is het dubbele hoofdkantoor een handicap gebleken, maar het plan om het hoofdkantoor in Nederland te vestigen, is naar de prullenbak verwezen, door aandeelhouders. En tegenstribbelen tegen de beloning is hem eveneens niet gelukt; inmiddels verdient hij 287 keer meer dan de gemiddelde werknemer bij Unilever.
HEMA heeft zich van het Angelsaksische model weten te bevrijden, doordat de Nederlandse Marcel Boekhoorn het Engelse Lion Capital heeft uitgekocht. Bij het nieuws hierover kan een economisch nationalisme hebben doorgeklonken, gecomplementeerd met rookworsten en tompoezen. Hoewel het nog te vroeg is om te weten of Boekhoorn erin slaagt het bedrijf definitief af te schermen van winstbejag en aandeelhouderskapitalisme, is de opluchting onder werknemers en franchisenemers goed voor te stellen. Een ondernemer die goed geworteld is in ons land en emotioneel betrokken bij het bedrijf is veruit te verkiezen boven een investeringsfonds dat op afstand is en calculerend te werk gaat.
De ‘tucht’ van de afstandelijke en calculerende aandeelhouder heeft geleid tot kortzichtigheid en een verslechtering van de positie van de werknemer, door de nadruk op meetbare maatstaven als winst en aandeelhouderswaarde. Die begrippen stonden in 1992 in 13 procent van de jaarverslagen van grote Nederlandse ondernemingen; in 2006 was dit in maar liefst 75 procent van de jaarverslagen het geval.
De ontwikkelingen bij Unilever en Hema zijn goede illustraties van de redenen die Elisabeth Warren aanvoert. Te vaak staan de werknemers en de samenleving buiten spel en buiten beeld bij de belangrijke strategische beslissingen die de bestuurders van grote bedrijven moet nemen, terwijl diezelfde bedrijven veel te danken hebben aan inspanningen door die werknemers en aan investeringen door samenlevingen in onderwijs, infrastructuur en rechtsstaat.
Zelfs een eerlijk deel van de belastingen bijdragen, nodig om die investeringen te financieren, lijkt te veel gevraagd: het grootbedrijf lijkt te denken dat belastingen betalen voor de dommen is en verzint schimmige constructies om winstbelasting te ontwijken. Ook Jeremy Corbyn neemt duidelijk afstand van het aandeelhouderskapitalisme. In zijn toespraak tot het Labour-congres heeft hij gepleit, evenals Elisabeth Warren, voor werknemersvertegenwoordigers in het bestuur van bedrijven. De ironie is dus dat juist vanuit de Angelsaksische landen het Angelsaksische model onder vuur komt te liggen.
Om niet Amerikaanser dan Amerika te zijn moet juist op het Europese continent een begin komen, met meer medezeggenschap voor werknemers, een einde aan de rampzalige bonussen voor bestuurders, en een doorleefde maatschappelijke verantwoordelijkheid van bestuurders en aandeelhouders. Alleen dan is te voorkomen dat de 99%, die moet werken voor de kost en die niet zonder collectieve voorzieningen als onderwijs en zorg kan, aan het kortste eind trekt. Om te zorgen dat hun stem gehoord wordt, moet de politiek weer durven de rol van markmeester op zich te nemen. Laten we het kapitalisme van de kapitalisten redden.
Paul Tang werkt aan een nieuwe Linkse Agenda. Een agenda die de strijd aangaat tegen de macht van het grote geld en Big Data. De 99% van de werkenden dreigt het af te leggen tegen de 1% rijksten. De winsten stijgen harder dan de lonen. Er zijn aandelenbonussen voor de topbestuurder en flexcontracten voor de gewone werknemer. Het is hoog tijd om ons hiertegen te verzetten!