Over het algemeen genomen weet ik voetbal op tv bijzonder goed te vermijden, maar wegens omstandigheden – ik heb tenslotte een vriend die van voetbal houdt – ontkom ik er niet altijd aan.
Mijn oprechte verbazing met betrekking tot voetbal betreft het feit dat mannen er ook zo ongelooflijk langdurig over kunnen praten. Daar waar menig relatie naar de kloten gaat vanwege gebrek aan communicatie en onbegrip voor het ingewikkelde fenomeen dat vrouw heet, lullen mannen zich een slag in de rondte als het voetbal betreft. Ademloos kan ik zitten kijken naar dat programma waarin onder anderen de heren Wilfred Genee, René van der Gijp en Johan Derksen over elkaar heen vallen met meningen, veronderstellingen en briljante strategieën.
Haantjesgedrag Het gaat bij mannen die over voetbal praten niet alleen om het geven van je mening maar vooral hoe je zo spits, grappig en gevat mogelijk de ander de mond snoert met jouw mening. De stemmen worden harder en hoger en het eindigt ermee dat iedereen door elkaar heen praat en nauwelijks oor heeft voor de ander z’n mening. Onmiskenbaar haantjesgedrag.
Dat haantjesgedrag buitenproportionele afmetingen kan aannemen blijkt wel uit het feit dat een voetbalwedstrijd met supporters van sommige clubs niet mogelijk is. Supporters haten elkaar per definitie, waarbij het niet belangrijk lijkt te zijn dat het om een spelletje gaat, gewoon lekker een balletje trappen. Ik begrijp dat je als supporter wilt dat jouw cluppie wint, maar om elkaar zo intens te verafschuwen omdat de ander voor een andere club is, is voor een vrouwenbrein als het mijne onbegrijpelijk.
We hebben het toch over een sportactiviteit? Niet meer en niet minder.
Er is voor supporters –volgens mij – geen financieel belang; dus vanwaar die agressie, dat opgefokte om de ander met een ander shirtje in elkaar te willen rammen? Wat die supporters uit het oog zijn verloren is dat de spelers op het veld zich niet zo druk maken als zij; die zijn allang blij als aan het eind van de maand het gigantische salaris wordt gestort en dan zal het ze aan de reet roesten voor welk elftal ze spelen; degene die het meest betaalt is hun club. En de supporters zich maar druk maken met hun illegale vuurwerk en opgekropte adrenaline.
Bloeddorst Er zal ongetwijfeld her en der een vrouw tussen die hooligans lopen, maar ik mag wel zeggen dat het voornamelijk mannen zijn. Briesende, snuivende, bloeddorstige mannen. Het is dat ik nog nooit bij een voetbalwedstrijd ben geweest maar ik durf te beweren dat als ik naar een ‘risicowedstrijd’ zou gaan, ik het testosteron zal kunnen ruiken. Hoe zou het zijn als vrouwen dezelfde bewijsdrang zouden hebben als mannen? Vrouwen hebben natuurlijk ook bewijsdrang, maar dat is eerder te vinden in de eigenschappen kijk eens hoe mooi, leuk of lief ik ben. Elkaar bekogelen met stenen is niet iets wat wij zo snel doen.
Wat zou er gebeuren als vrouwen zich gaan gedragen als mannen? Ik vind het best interessant om uit het oogpunt van wetenschappelijk onderzoek een groep vrouwen te organiseren die net als ik een diepgewortelde afkeer koesteren tegen Libelle-vrouwen en eigenlijk alles wat met Libelle te maken heeft. De truttigheid, het bloemetjesmotiefkarakter, de breiende-, hakende-, quiltende tuthola die ’s middags met een pot thee tevergeefs op haar kinderen zitten te wachten. Van die kijk-mij-eens-lekker-gek-zijn wijven die zeggen een fantastisch seksleven te hebben als ze één keer in de maand hun vent zo gek krijgen dat hij zich tussen het flanel van hun lange nachtjapon en verantwoorde Sloggi wurmt, en misschien doen ze één keer in het jaar wel echt lekker gek en proppen ze zich in de snollerige Hunkemöller lingerie die Sylvie Meis zo uiterst decadent aan de man weet te brengen. Van die trutjes, die in november al bezig zijn de recepten uit de Libelle en Allerhande te knippen, om toch vooral het perfecte kerstdiner op tafel te kunnen zetten. Zo’n kekke, hippe meisjesvrouw die in een spijkerjasje met zelfgebreide achtkleurige sjaal om de nek gebonden, drie kinderen in een boedelbak naar school brengt om daarna ernstige verkeersoverlast te veroorzaken door met die onhandige teringkar door het drukke verkeer naar het werk te fietsen. Niet dat ze financieel gezien moet werken, welneen, haar man verdient voldoende. Ze doet het om maatschappelijk betrokken te blijven, waarna ze op kantoor eerst even met haar zelfgebakken koekjes, het recept van Jamie Oliver uit de Libelle, rondgaat. Zo’n door de groene thee verziekte, almaar knutselende sufkut die zich na de overgang afvraagt waarom haar vent er in godsnaam vandoor is gegaan, terwijl zij zich zo braaf en hartstochtelijk heeft gestort op –dat deed ze ook voor hem- het tamponeren van de muren, het aanleggen van de kruidentuin en het sparen van het Marjolein Bastin.
Lawinepijlen Ik roep vrouwen op om ons te verzamelen op plek X waarna wij ons vervolgens begeven naar de Libelle zomerweek. Daar aangekomen zullen we die Hematrutten eens flink te grazen nemen. Ik neem lawinepijlen mee, Molotovcocktails en een ploertendoder. We drijven die wijven als een kudde makke schapen bijeen en rammen er dan lustig op los, tot het bloed aan de muren zit. Als trofee rag ik bij zo’n frigide ruitjesrok de goodiebag uit de handen waarna ik me zal bedenken –wie wil er in godsnaam met een goodiebag van de Libelle over straat?- en kots ‘m vervolgens dan maar vol. Moe en voldaan trekken wij ons terug, om joelend, gillend en lachend op weg naar huis alles dat we tegenkomen in elkaar te trappen (denk hierbij aan bushokjes, onschuldige voorbijgangers en grafzerken). We duiken een trein in en slopen vervolgens het gehele interieur en hangen de conducteur met zijn stropdas aan de noodrem. Als we vervolgens over de treinbaan elk onze kant op vluchten, weet ik zeker dat ik het zal begrijpen.