Lewis Hamilton kreeg al op zeer jonge leeftijd te maken met racisme. “Ik werd op mijn zesde gepest”, vertelt de 38-jarige Formule 1-coureur in de podcast On Purpose die maandag online is gegaan. Andere scholieren gebruikten het n-woord om hem uit te schelden en gooiden bananen naar hem.
Op de middelbare school kreeg Hamilton te maken met een racistisch schoolhoofd. “Van de 1200 kinderen waren er zes of zeven zwart. Met drie zwarte leerlingen moesten we ons voortdurend bij hem melden. Hij had het op ons voorzien, vooral op mij.” Hamilton vond het moeilijk om zijn ervaringen thuis aan te kaarten. “Ik wilde niet dat mijn vader zou denken dat ik niet sterk genoeg was”, vertelt de Britse coureur.
In de zomer van 2020, op het hoogtepunt van de Black Lives Matter-protesten, nam Hamilton het initiatief voor een antiracismeprotest bij de Formule 1. Hamilton knielde voorafgaand aan een race. Hij had een Black Lives Matter-shirt aan. Anderen droegen een shirt met de opdruk ‘End racism’. De meeste andere coureurs knielden ook. De in België geboren en in Monaco woonachtige Max Verstappen was een van de weinige coureurs die bleven staan.