© cc-foto: campact
Dinsdag 12 juli werd er in de Eerste Kamer over CETA gestemd. De PvdA, die zich via ledencongres en in de Tweede Kamer tegen het verdrag had opgesteld, stemde in de senaat vóór het verdrag. Zes leden gingen op eigen houtje tegen de wens in van de ledendemocratie. Er zouden verzachtende omstandigheden kunnen zijn, zoals dat de partij weinig tot geen uitspraken heeft gedaan over dit onderwerp, of dat er een lang proces van duiding vooraf gegaan was aan dit besluit. Echter, van beide was totaal geen sprake van. Twee dagen voor de stemming pas maakte de fractie bekend, tegen de wens van de partijleden in, vóór het handelsverdrag met Canada te stemmen.
Op 11 juni, een maand voor de stemming, heeft de partij een motie aangenomen die breekt met de 'Derde Weg' en het neoliberalisme. Het eerste komt neer op het idee dat we met kapitalisme meer rijkdom voor iedereen kunnen realiseren, het tweede omvat het idee dat er naar zoveel mogelijk liberalisering en marktwerking gestreefd moet worden, met als gevolg dat het belang voor winst boven het belang van mensen gaat.
CETA is een verdrag dat de belangen van het grootkapitaal waarborgt, dat meer rechten geeft aan grote bedrijven om hun eigen belangen te beschermen. Belangen waar landen langs democratische weg aan zouden kunnen tornen. Denk hierbij aan een energiebedrijf als UNIPER en hoe zij van de Nederlandse staat een schadevergoeding eist wegens het sluiten van de kolencentrales die op hun beurt ons, de burgers, schaden met hun uitstoot. CETA creëert een extra mogelijkheid voor dit soort claims. Vooral voor Noord-Amerikaanse bedrijven die deze mogelijkheid nu nog niet hebben.
Deze CETA-rechten staan los van de afspraken over duurzaamheid en arbeidsrechten. Ook bestaat dit recht alleen voor bedrijven, waarbij de kosten van dit systeem ervoor zorgen dat met name bedrijven die veel kapitaal hebben hier gebruik van kunnen maken. Voor het MKB bestaat deze mogelijkheid alleen in theorie.
Het is dus geen eerlijk verdrag. Nog oneerlijker is dat NGO’s niet van hetzelfde recht gebruik kunnen maken. Hen rest alleen de optie om via de Europese Commissie een klacht in te dienen over mogelijke schendingen van duurzaamheidsafspraken. De afspraken gemaakt in CETA leveren in dat opzicht veel meer bescherming van het grootkapitaal op dan de bescherming van de belangen van duurzaamheid en arbeidersrechten.
Kortom, bedrijven krijgen er veel rechten bij ten koste van de tegenmacht van NGO’s die opkomen voor de belangen van arbeiders en klimaat. Een eerlijke strijd zal het nooit zijn als een bedrijf zich niet aan afspraken houdt en NGO’s daar wat tegen willen doen. In die zin tast het ook de wereldwijde democratische rechtsorde aan. Immers, wat als landen door de nodige maatregelen te treffen om de klimaatcrisis tegen te gaan voor het arbitrage hof gedaagd worden? Zitten politici hierop te wachten? Zullen ze de vrees voor mogelijke schadevergoedingen (zoals UNIPER hierboven eist van Nederland) zwaarder laten wegen dan het landsbelang? Zeker voor minder rijke landen een terechte vraag.
Het gehele verdrag vergroot meer de, al reeds te grote, macht van het grootkapitaal ten koste van onze rechten en democratie. Al met al een erg neoliberaal verdrag. Toen PvdA-Senator Ruud Koole tijdens het debat over dit verdrag zei dat het juist anti-neoliberaal was leverde dat hem, terecht, veel hoongelach op. Ook werd het argument opgebracht dat we in deze tijden van internationale crisis juist voor dit verdrag moeten zijn, omdat we internationaal solidair moeten zijn. Met dat laatste ben ik het helemaal mee eens. Internationale solidariteit is van groot belang, alleen zo kunnen we werken naar een wereld zonder oorlog. Maar dat gaat niet lukken als we aan onze democratie (laten) tornen en macht inleveren ten behoeve van het grootkapitaal. Het grootkapitaal dat alles op alles zet om meer kapitaal te vergaren ten koste van de mensen en leefbaarheid van onze planeet. Waarvan het allerminst zeker is dat de burgers van zowel de EU als Canada hiervan iets terugzien. De mogelijke toename van welvaartsongelijkheid en de toename in rechten en macht voor het grootkapitaal kan juist de internationale solidariteit aantasten. Bij volgende handelsverdragen zal de weerstand en het wantrouwen alleen maar groter worden, dat terwijl handelsverdragen zeker wel een positief effect kunnen hebben op ons allemaal en de internationale solidariteit, mits goed geregeld.
Het is maar de vraag of onze relatie met Canada geschaad zou worden door het verwerpen van dit verdrag. Het biedt juist een mogelijkheid voor betere verdragen waarbij de rechten van het MKB en de democratie veel beter worden beschermd. Ook heeft Canada meerdere handelsverdragen gesloten zonder zo’n eerdergenoemd claimsysteem en met een afdwingbare bescherming van milieu en arbeid. Dit laat zien dat voor Canada dit claimsysteem geen vereiste is voor handelsverdragen. Hier had tegengestemd kunnen worden.
Zo zijn er nog zat argumenten op te brengen om als progressieve en sociaaldemocratische arbeiderspartij tegen dit verdrag te stemmen. Dan heb ik nog niet eens het standpunt van de vakbonden, de arbeiders, erin meegenomen. FNV en CNP zijn faliekant tegen, ook CNV heeft zich tegen CETA uitgesproken. Milieuorganisaties en ook boeren zijn tegen dit verdrag. Het zegt wel iets als zoveel verschillende partijen zich verenigen tegen een verdrag.
Helaas is de uitslag nu permanent. Wat de leden ook doen, de stemming staat vast. CETA kan niet meer in Nederland gestopt worden, maar er is wel hoop in het buitenland. Een aantal landen hebben dit verdrag in de vriezer gezet (een tijdsdruk voor de PvdA was er dus ook niet). Hopelijk strandt het verdrag daar.
Ondertussen is het akelig stil vanuit de Eerste Kamer-fractie van de PvdA. Publiekelijk is er nog geen verklaring geweest voor de stemming, geen verantwoording naar de leden. Ook het bestuur en de Tweede Kamer-fractie blijven stil. Het lijkt erop dat ze het willen negeren, in de hoop dat hun besluit mak geaccepteerd wordt. Immers, wij, de leden, kunnen toch niets meer doen hiertegen?
Klopt. Maar we kunnen wel van ons laten horen. Dat moeten we ook massaal doen. Ik, als lid wiens vertrouwen is geschaad, heb dan ook een oproep gedaan aan de partij om dit najaar een Politieke Ledenraad te organiseren, of dit onderwerp als agendapunt op te nemen bij een Ledenraad: CETA en het besluit van de PvdA-Senatoren. Tijdens deze Ledenraad kunnen de senatoren zich verantwoorden over hun besluit en kunnen de leden zich daar over uitspreken.
De brief waarin ik daartoe oproep is hier te vinden: Ter aanvraag van CETA als agendapunt op de Politieke Ledenraad dit najaar. Er zijn 750 handtekeningen nodig.
cc-foto: campact