Lagere middeninkomens krijgen toegang tot sociale huurwoningen

Huurders die net te veel verdienen voor een sociale huurwoning, moeten daar straks toch voor in aanmerking komen. Dat blijkt uit een plan van minister Kajsa Ollongren van Binnenlandse Zaken om de problemen op de woningmarkt aan te pakken, zo meldt NRC. Sociale huurwoningen zijn nu bestemd voor gezinnen met een maximaal jaarlijks inkomen tot 38.000 euro, maar wie daar net boven zit kan vaak een woning in de vrije sector niet betalen.

Ollongron schrijft in een brief aan de Kamer dat de inkomensgrens voortaan niet meer strikt op maximaal 38.000 euro moet liggen, maar afhankelijk wordt van de samenstelling van het huishouden. Oftewel, hoe meer gezinsleden, hoe hoger de grens. Een ander voorstel van Ollongren is dat de huren in de sociale sector voortaan gemiddeld niet meer mogen stijgen dan de inflatie en ook mogen woningcorporaties het verplicht verduurzamen van hun woningen niet meer doorberekenen aan de huurders.

Het plan om lagere middeninkomens toegang te geven tot de sociale huurwoningen, is echter verre van een oplossing voor het woningtekort. Binnen de sociale sector is nu al een tekort van zo’n 92.000 huurwoningen. Om dat terug te dringen heeft Ollongren ook aangekondigd dat corporaties meer ruimte krijgen om goedkopere huurwoningen in de vrije sector te bouwen, huizen met een maandhuur tussen de 720 euro (de maximale huurprijs van een sociale huurwoning) en 1000 euro. Die woningen zijn nu nauwelijks voorhanden.