Lachgasgebruik neemt toe: 'Mensen zien het niet als drugs'

Steeds meer jongeren zijn de afgelopen jaren lachgas gaan gebruiken, dat blijkt uit onderzoek van het Trimbos Instituut. Hoewel er door het inademen van lachgas afkomstig uit stalen slagroompatronen geen direct risico voor ernstige gezondheidsincidenten bestaat, komen negatieve effecten komen wel voor. Het kabinet wil daarom onderzoeken of de verkoop van de patronen – die overal vrij verkrijgbaar zijn – aan minderjarigen aan banden kan worden gelegd. Minister Bruins (VVD) en staatssecretaris Blokhuis (CU) van Volksgezondheid bekijken of er een vrijwillige leeftijdsgrens kan worden ingevoerd voor de verkoop van het lachgas. Evenals een maximum aantal patronen dat per keer mag worden verkocht.

Onderzoekster Ninette van Hasselt vindt het vooral zorgelijk dat sommige gebruikers zo jong zijn en dat een kleine groep het middel vaak gebruikt:

We weten nog onvoldoende wat dit doet met een opgroeiend brein.

De Volkskrant schrijft over de medische risico’s van lachgas:

Er zijn risico’s verbonden aan lachgas. Zo kan tijdelijk zuurstoftekort ontstaan. Gebruikers kunnen hoofdpijn krijgen, duizelig en misselijk worden. Ook kunnen ze tijdelijk bewusteloos raken. Bij zwangerschap kan het gevaarlijk zijn voor de baby. Bij maanden- of jarenlang bijna dagelijks gebruik kan vitamine B12-tekort en zenuwschade ontstaan.

8 procent van alle scholieren tussen de 12 en 16 jaar zou weleens of vaker lachgas hebben gebruikt. Ruim 2 procent van ondervraagde scholieren stelde de afgelopen maand lachgas te hebben genomen. Van de hbo- en mbo-studenten tussen de 16 en 18 heeft 17 procent weleens lachgas gebruikt. Zo blijkt uit recent Trimbos-onderzoek.

Sophie, een studente van 23 die meestal twee ballonnen neemt bij het uitgaan, legt in de Volkskrant uit waarom de drempel voor gebruik zo laag is:

Mensen zien het niet als drugs. Vriendinnen van mij die nooit drugs gebruiken, doen wel ballonnetjes. Omdat het na een minuut weer weg is, hoef je geen angst te hebben dat je nog urenlang in een bad trip zit.

Cc-foto: Sebastiaan ter Burg