De boeren kunnen binnenkort hun omgekeerde vlaggen wel opbergen. Ook hun tractoren zullen ze voortaan waarschijnlijk weer kunnen gebruiken om mest uit te rijden of voor andere professionele activiteiten. Want hun belangenorganisaties zijn blij met het stikstofrapport van Johan Remkes.
Nou ja, blij… Agractie is ‘gematigd positief’. En LTO Nederland heeft het gedachtegoed van de vaste VVD-invalkracht met een zesje beloond. Een zes minnetje om precies te zijn. Maar ook met een magere zes ben je geslaagd, dus dat klinkt hoopvol. Morgen weten we of het kabinet de aanbevelingen van zijn gewezen informateur overneemt. Volgens mij komt het goed. Mission completed, zou je kunnen zeggen.
Daar zag het een paar maanden geleden, toen het kabinet Remkes aanwees als bemiddelaar, allemaal niet naar uit. De boeren waren woedend over wat hun boven het hoofd hing. Ze voerden harde acties en dreigden voortdurend met nog veel hardere acties. Ze vielen stikstofminister Christianne van der Wal thuis lastig, blokkeerden wegen, dumpten er afval, stichtten brandjes en zorgden zo voor een verkeerschaos.
Met Remkes wilden ze in eerste instantie helemaal niet praten. Was hij niet de auteur van de veelgesmade nota ‘Niet alles kan overal’ uit 2020, waarin hij het kabinet opriep er nog een paar tandjes bij te zetten in het stikstofbeleid? Van zo’n man viel toch niets goeds te verwachten?
Maar Remkes blijkt met zijn nieuwe rapport de juiste snaar geraakt te hebben. ‘Wat wel kan’ heet het stuk, en dat is een titel die de boeren veel liever horen.
In de tekst maakt de bemiddelaar duidelijk bereid te zijn tot een zekere soepelheid. In 2030 moet de stikstofuitstoot volgens het regeerakkoord gehalveerd zijn, maar Remkes vindt dat het kabinet niet onder alle omstandigheden hoeft vast te houden aan die datum. In 2025 en 2028 zou geëvalueerd dienen te worden of dat tijdpad wel haalbaar is. Remkes is niet zo dom om – in navolging van CDA-leider Wopke Hoekstra – 2030 ‘niet heilig’ te noemen. Maar daar komt zijn advies in feite wel op neer.
Nog warmere gevoelens roept de 71-jarige ex-vicepremier op met de sympathie die hij plotsklaps voor de agrariërs koestert. Hij loopt in zijn rapport werkelijk over van begrip voor deze beroepsgroep. Om dat te onderstrepen verwijt hij het kabinet ‘een zwalkend beleid’ en ‘miscommunicatie met de boeren’.
Afgelopen zondag gooide hij daar in het tv-programma Buitenhof nog een schepje bovenop. Hij betitelde het als ‘absurd’ dat de bewindslieden hem nodig hadden gehad om de kar uit de modder te trekken. Hadden ze dat klusje niet zelf kunnen klaren?
Niet alleen de boeren reageerden blij verrast op de toon van Remkes. Ook de regeringscoalitie – plus een deel van de oppositie – is zeer te spreken over diens werkstuk. Het kabinet zou al heel dom moeten zijn om nu ‘nee’ te zeggen tegen de voorstellen.
Misschien dat er onder druk van de ‘boerenpartijen’ CDA en ChristenUnie nog een beetje gemorreld zal worden aan het plan om binnen een jaar 500 tot 600 ‘piekbelasters’ (woord van het jaar?) uit te kopen of te verplaatsen. Remkes heeft al laten doorschemeren dat hij ook hier genegen is een oogje dicht te knijpen. Maar waarom zou je eigenlijk nog moeilijk doen als de landbouwwereld ook zo al tevreden is?
Remkes heeft de boeren weten te paaien en de onrust die zij veroorzaakten gesust. En dat terwijl hij de kabinetsplannen zo op het oog grotendeels overeind heeft gehouden. Wie had dat mogelijk geacht? Het lijkt wel of je naar een googeltruc kijkt en je afvraagt: hoe doet ie dat in vredesnaam?
Als de natuurbeschermers over een paar jaar maar niet de kreet van voetbalcommentator Herman Kuiphof hoeven te herhalen. Die zei toen Duitsland in de roemruchte WK-finale van 1974 een doelpunt maakte: ‘Zijn we er toch weer ingetuind.’