Nederland zit in een wooncrisis en een klimaatcrisis dreigt. Het kabinet staat erbij en kijkt ernaar. Uit de nieuwe doorrekeningen van het klimaatakkoord blijkt dat de belangrijkste klimaatdoelen niet worden gehaald. Bovendien zijn het juist de laagste inkomens die er het hardst op achteruit gaan. Ook door de wooncrisis worden juist mensen met een laag en gemiddeld inkomen het hardst geraakt. Niet alleen worden er te weinig woningen gebouwd, de woningen die we hebben – met name huurwoningen – worden steeds slechter. Uit nieuw onderzoek blijkt dat 1 op de 3 kinderen in Nederland in een ongezond huis woont. En vorige week bleek dat als we niets doen het aantal huishoudens dat de energierekening niet kan betalen oploopt van 650 duizend naar 1,5 miljoen huishoudens. Nu het kabinet miljarden overhoudt is dit hét moment om te investeren in het verbeteren en energiezuinig maken van deze slechte woningen.
Het is een nationale schande dat 420.000 kinderen opgroeien in een ongezond huis. In de regio Haarlem heeft maar liefst 40% van de sociale huurwoningen schimmel, in en rondom Amsterdam 35,8%, en ook de regio’s noord Fryslân, Groningen, Den Haag en Rotterdam scoren boven de 30%. Een realiteit waar astma, eczeem en luchtweginfecties een veel grotere rol spelen dan bij kinderen die in een gezond huis leven. Steeds meer huurders komen hiertegen in opstand. De minister moest, zoals voorgesteld door de SP, met een actieplan tegen schimmel komen. Dat plan werd deze week gepresenteerd. Hoewel minister Ollongren de aanpak van schimmel nu prioriteit noemt is haar aanpak vrijblijvend en onvoldoende. Ze richt zich alleen op steden en geeft huurders geen zeggenschap om de aanpak van schimmel af te dwingen. De minister erkent in haar plan dat wanneer schimmelwoningen direct worden verduurzaamd er 2 vliegen in één klap worden geslagen. Dit is zeer wrang want haar subsidiepot om huurwoningen te verduurzamen is helemaal leeg.
De afgelopen jaren waren het steeds de mensen met de laagste inkomens die – relatief – het meeste betaalden voor klimaatbeleid, terwijl grote vervuilers als Shell werden ontzien. Ook de lusten kwamen niet bij de mensen met lage en middeninkomens terecht: 80 procent van de klimaatsubsidies voor huishoudens kwamen terecht bij mensen met de hoogste inkomens. De regering beloofde dat dit met het klimaatakkoord zou verbeteren, maar niets is minder waar. Er is bijvoorbeeld 11,4 miljard klimaatsubsidie beschikbaar voor vervuilende biomassa, maar het kabinet heeft voor volgend jaar nog geen euro over voor het verduurzamen van sociale huurwoningen. Dit legt een bom onder het draagvlak voor klimaatbeleid.
Dit kan en moet anders. We kunnen tegelijkertijd de wooncrisis en de komende klimaatcrisis bevechten én zorgen dat lage en middeninkomens daarvan profiteren. De SP zal daarom de komende weken – wanneer de Tweede Kamer spreekt over de begrotingen wonen en klimaat – met het voorstel komen om al voor komend jaar 750 miljoen te reserveren om direct de slechtste huurwoningen te verbeteren en te verduurzamen. Ook stellen wij voor om 700 miljoen euro vrij te maken om woningeigenaren met een laag en gemiddeld inkomen te steunen. Dit moet een opmaat zijn om de komende jaren versneld al onze woningen te verbeteren en te zorgen voor betaalbare en duurzame nieuwbouw. Wanneer we deze woningen verbeteren en verduurzamen zorgen we voor: 1. een beter en gezonder huis, 2. energiearmoede terugdringen en voorkomen , 3. we halen klimaatdoelen, 4. de gaskraan kan sneller dicht en 5. we creëren banen. Wanneer we ook zorgen dat op geschikte daken collectieve zonnepanelen komen zorgen we bovendien voor 6. meer duurzame energie, 7. meer zeggenschap van huurders over energie en 8. minder afhankelijkheid van grote energiebedrijven. Acht keer winst. Hoe kunnen regeringspartijen hier nou tegen zijn?