'Mensen zijn klaar met een kabinet dat ziekenhuizen laat sluiten, huurwoningen in de verkoop zet, de belasting voor multinationals verlaagt of afschaft terwijl ze de btw verhoogt'
Eind oktober klapte het ‘sociale’ overleg tussen bazen, kabinet en vakbonden over de pensioenen. De FNV maakt zich op voor een politieke confrontatie met dit kabinet. Dit is goed nieuws, maar wat is de agenda van Rutte III? En hoe bouwen we tegenmacht op?
Het Financieele Dagblad kopte na het uiteenvallen van het overleg ‘onmacht in de polder’ en schreef dat de vakbonden een ‘gouden kans op een historische akkoord’ zouden hebben laten liggen. Als we het optreden van de arbeidersbeweging kunnen beoordelen aan de hand van de reactie van haar klassenvijand heeft de FNV het goed gedaan door uit het pensioenoverleg te stappen. NRC legde de schuld vooral bij de linkse partijen die Rutte III een nederlaag wilden bezorgen en het FD bij de ‘militante achterban’ van de FNV. Deze laatste lijkt een belangrijkere rol te hebben gespeeld.
FNV-leden voerden de afgelopen maanden stevige acties tegen de afbraak van het pensioenstelsel, door onder andere de bezetting van partijkantoren en uitzendbureaus en door op 8 september 3000 mensen te mobiliseren in Amsterdam. Kortom: de vakbondsleiding had een probleem gehad als zij akkoord was gegaan met de voorgestelde verslechteringen.
Maar arbeidsrust is een groot goed voor de heersende klasse. Het Nederlandse bedrijfsleven had daarom liever gezien dat de FNV was meegegaan met de verslechteringen. Rutte heeft de neoliberale hardliner Koolmees daarom opgedragen om, onafhankelijk van de bonden, met een nieuw plan te komen voor de pensioenen. Dit betekent een politieke confrontatie met de FNV op straat en op de werkplekken.
De FNV laat er geen gras over groeien: binnen drie dagen mobiliseerde zij meer dan duizend kaderleden voor een actiebijeenkomst in Utrecht. Een indrukwekkende opkomst, maar door de leugens en de partijdige informatie door het kabinet en de werkgevers wordt deze urgentie nog niet breder gedragen. Terecht gaf FNV-voorzitter Han Busker aan dat de bond nu een belangrijke rol heeft om mensen te informeren over wat er op het spel staat.
Keuzes Een belangrijk beginpunt hierbij is om vast te stellen dat de pensioenen weliswaar onzekerder worden, maar dat dit een gevolg is van bewuste politieke keuzes. Doordat er nu bijvoorbeeld gewerkt wordt met de marktrente – in plaats van een lange termijn gemiddelde – kunnen uitkeringen niet meegroeien met inflatie. De invoer van het casinopensioen in 2011 betekende dat de inleg van werkende mensen vaststaat, terwijl het uiteindelijke pensioen onzeker is.
Het uiteindelijke doel van de heersende klasse is om het pensioenstelsel te privatiseren zoals ze eerder ook het ziekenfonds hebben vervangen door een systeem van private zorgverzekeraars. Op die manier leggen verzekeraars de hand op de pensioenpotten á 1600 miljard euro. De inzet van Rutte III was daarom om van een collectief pensioenstelsel te gaan naar individuele pensioenpotjes. De pensioenvoorziening wordt hiermee een individueel probleem dat moet worden ondergebracht bij op winst gerichte bedrijven in plaats van een collectieve voorziening.
In onderhandelingen zette de FNV hier terecht een streep door, maar de onderhandelaars dreigden wél akkoord te gaan met de afschaffing van de doorsneepremie. Dit is een pijnlijke concessie aan de bazen en een stap naar privatisering. De doorsneepremie is er juist zodat werkende mensen als ze jong zijn relatief meer afdragen – er staat op de lange termijn meer rente tegenover – zodat ze als ze oud zijn niet meer premie hoeven af te dragen. Door de flexibilisering zou dit onhoudbaar zijn geworden.
Flexibilisering Jarenlang was de BV Nederland de drijvende kracht achter het groter wordende aantal zzp’ers en mensen met een nul-uren contract. Dit heeft ook de organisatiegraad van de vakbond aangetast. Nu wordt deze flexibilisering door de bazen aangegrepen om een stap te zetten naar de privatisering van het pensioenstelsel. Dit laat zien waarom de strijd voor een goed collectief pensioen ook de strijd vóór een pensioenregeling voor ZZP’ers moet zijn en tegen verdere flexibilisering.
Het is daarom goed dat de FNV uit de onderhandelingen is gestapt. We moeten opkomen voor een goed, zeker en geïndexeerd pensioen, in plaats van deze nóg onzekerder te maken. De campagne voor een fatsoenlijk pensioen kan een richtpunt vormen voor de woede tegen Rutte III. Mensen zijn klaar met een kabinet dat ziekenhuizen laat sluiten, huurwoningen in de verkoop zet, de belasting voor multinationals verlaagt of afschaft (Shell) terwijl ze de btw verhoogt.
Rutte III zal zich proberen te verschuilen achter het feit dat politieke stakingen verboden zijn. Maar in Utrecht stelde FNV-hoofdbestuurder Elsinga terecht dat er in feite sprake is van een nationale pensioen-cao. Het is dit kabinet dat zal proberen een neoliberale economische agenda er door te duwen. Politiek en economie zijn dus niet te scheiden. Het stakingswapen moet een centrale rol spelen in het opvoeren van de druk, maar dit moet ook beargumenteerd worden.
Het is daarom erg goed dat havenwerkers en politie in Rotterdam hebben aangekondigd om op 13 december 66 minuten het werk neer te leggen. Dit kan de opmaat vormen voor een landelijke en algemene werkonderbreking in de aanloop naar de Provinciale Statenverkiezingen. Alleen een beweging die stakingsactie op de werkplekken combineert met het bouwen van netwerken met groepen zoals studenten, docenten en huurders kan ook op electoraal niveau de machtsverhoudingen weer naar links verschuiven.