Vorig jaar was opnieuw een dodelijk jaar voor klimaatactivisten. Voor zover bekend werden wereldwijd 196 mensen vermoord in hun strijd tegen de fossiele industrie, illegale houtkap of mijnbouw of protest tegen de overheid. Dat blijkt uit het nieuwe, jaarlijkse rapport van de Britse organisatie Global Witness. Ook in Europa, waar geen dodelijke slachtoffers vielen, wordt er steeds harder opgetreden tegen klimaatactivisten.
Het gevaarlijkste continent voor klimaatactivisme was vorig jaar opnieuw Zuid-Amerika waar 70 procent van de moorden plaatsvond, vooropgegaan door Colombia. Daar werden 79 mensen vermoord vanwege hun strijd tegen de vernietiging van hun leefomgeving. Naast Colombia werden de meeste activisten vermoord in Brazilië, Honduras en Mexico. Een groot deel van de slachtoffers (43 procent) viel onder de inheemse bevolking. Daarover schrijft NRC:
Die wordt bij besluitvorming over hun leefgebied en over het land van hun voorouders stelselmatig genegeerd. Uit onderzoek blijkt juist dat in gebieden die zij beheren de biodiversiteit groter is dan elders, dankzij hun traditionele kennis van de natuur en hun methodes om die te beschermen.
In Brazilië is het aantal moorden op klimaatactivisten wel afgenomen ten opzichte van een jaar eerder. Onder de vorige president, de rechtsextremist Jair Bolsonaro, werd openlijk jacht gemaakt op klimaatactivisten die protesteerden tegen de uitverkoop van het Amazonegebied door de overheid. Ook op de Filippijnen, het enige niet Latijns-Amerikaanse land in de top, loopt het aantal moorden terug sinds de genocidale maniak Rodrigo Duterte (2016-2022) er niet meer aan de macht is.
West-Europa
Regeringen in West-Europa staan vaak vooraan om met hun vinger te wapperen richting het geweld tegen klimaatactivisten. Hoe hypocriet die houding is, blijkt uit een maandag gepubliceerd rapport van de Amerikaanse belangengroep Climate Rights International. Daarin staat dat westerse democratieën, waaronder ook Nederland, op grote schaal de vrijheid van meningsuiting en het recht op vreedzaam protest schenden. Dat gebeurt onder meer door het nemen van steeds strengere maatregelen tegen klimaatactivisten, volgens Climate Rights een schending van fundamentele mensenrechten.
Hoezeer die rechten onder druk staan bleek dinsdag maar weer. Het Openbaar Ministerie maakte bekend dertien klimaatactivisten van Extinction Rebellion (XR) te vervolgen voor het blokkeren van de A10 bij Amsterdam. Die acties waren gericht tegen het investeringsbeleid van ING. XR wil dat de bank de banden verbreekt met bedrijven uit de fossiele industrie die aan de voet staan van de klimaatcrisis.
Climate Rights wijst op de dubbele standaard die landen als Nederland hanteren omdat de repressie in contrast staat met de scherpe kritiek die de landen uiten op soortgelijke methodes bij autoritaire regimes. Volgens het rapport worden “harde en tegelijk vaag gedefinieerde maatregelen” gebruikt tegen vreedzame klimaatactivisten, zoals lange gevangenisstraffen, preventieve hechtenis en strafrechtelijke vervolging voor relatief kleine overtredingen. Andere landen waar dit gebeurt zijn bijvoorbeeld Duitsland, Frankrijk, Zweden en het Verenigd Koninkrijk. Ook Australië en de Verenigde Staten krijgen er flink van langs.
De vervolging van Nederlandse XR-activisten door het OM doet denken aan het Verenigd Koninkrijk. Daar werden vijf klimaatactivisten veroordeeld voor celstraffen van vier tot vijf jaar wegens hun betrokkenheid bij klimaatprotesten op een snelweg rond Londen. Het was de eerste keer dat activisten in het Verenigd Koninkrijk zo hard gestraft werden voor vreedzaam protest. In Duitsland kreeg een demonstrant 22 maanden cel zonder vervroegde vrijlating voor deelname aan een zitstaking, een kleinschalige blokkade.
NRC schrijft:
Volgens Brad Adams, directeur van Climate Rights International, moeten klimaatactivisten juist als bondgenoten worden beschouwd in de strijd tegen de klimaatcrisis „en niet als criminelen”. Overheden hoeven het niet per se eens te zijn met de strategieën van activisten om toch hun demonstratierecht te erkennen en te beschermen, vindt Adams. Climate Rights International roept regeringen daarom op om repressieve maatregelen tegen vreedzaam protest terug te draaien en prioriteit te geven aan de bescherming van fundamentele rechten.