Een kwart eeuw geleden stond Nederland nog bekend als een open samenleving en een toevluchtsoord voor iedereen die zich thuis bekneld voelde door een verouderd en irrationeel stelsel van normen en waarden, een natie die hypocrisie en zondenbesef ver achter zich had gelaten. Het was een brandpunt van sex drugs and rock ’n roll.
Uithoek Dat is nu anders. Terwijl elders in de wereld het roken van wiet wordt vrijgegeven maakt de politie een verbeten jacht op plantages zodat alleen de professionals uit de internationale misdaadscene overeind weten te blijven (en hoe!). Een nieuwe preutsheid krijgt het land langzaam maar zeker in zijn greep. Vreemdelingenhaat is salonfähig geworden en als het CBS met cijfers aantoont dat de misdaad daalt, wordt de bekende statisticus en wiskundige Wierd Duk onmiddellijk de talkshows ingehaald om dat allemaal te ontkennen. Nederland is bezig zijn vertrouwde plek in de achterhoede weer in te nemen: een uithoek waar alles vijftig jaar later gebeurt en men zich achter de dijken feliciteert dat men niet zo zondig en slecht is als die lui in Parijs of New York. En van de zo geroemde verzorgingsstaat is ook niet veel meer over zoals iedereen weet die er een beroep op doet en een enorme bureaucratie van neezeggers en uitstellers aantreft.
Willem Jacobus kardinaal Eijk is een boegbeeld van dit nieuwe Nederland. Hij deed dezer dagen een felle aanval op paus Franciscus, omdat die geen Prinzipienreiter is maar in zijn beleid ruimte wil laten voor wat van geval tot geval menselijk is en van liefde getuigt. De kardinaal eist dat hij duidelijke regels stelt zodat allerlei onbehoorlijkheden zoals protestantse vrouwen die hun katholieke echtgenote naar de communiebank volgen, niet meer voorkomen. Onze vaderlandse prins der kerk ziet een ‘afdrijven in de richting van afvalligheid van de waarheid’.
Bloed van Christus Waar gaat het precies om? Katholieken geloven – moeten geloven zou kardinaal Eijk liever zeggen – dat tijdens de consecratie – hoogtepunt van de Heilige Mis – brood en wijn definitief veranderen in het lichaam en bloed van Christus, ook al blijft de schijn van brood en wijn aanwezig. Terug veranderen kan niet meer. Protestanten denken daar anders over. Volgens hen blijven brood en wijn brood en wijn maar als je er na de consecratie van neemt, dan is toch Christus aanwezig. Kardinaal Eijk wil niet dat iemand met zulke denkbeelden de communiebank nadert. De Duitse bisschoppen hebben onlangs op een vergadering vastgesteld dat je er zo streng en hoekig niet over mag denken. Negen dissidenten onder hen wendden zich daarop tot paus Franciscus met het verzoek orde op zaken te stellen maar deze adviseerde de Duitse bisschoppen er nog eens met zijn allen over door te praten. Eijk veroordeelt dat streng. De paus had volgens hem een duidelijke aanwijzing moeten geven: geen protestanten aan de communiebank want dat is in strijd met de kerkelijke leer. Punt uit.
Het is de kardinaal ten voeten uit. Hij is van de rechtlijnigheid en het handhaven. In de jaren zestig liepen de Nederlandse katholieken na een lange zeer dogmatische periode een tijd lang voorop als het ging om een open en menselijk geloof waarin het ging om de geest en niet om de letter van de wet. Kardinaal Eijk is bezig de laatste resten daarvan de Nederlandse kerk uit te drijven. Zijn episcopaat wordt gekenmerkt door conflict en ruzie. Wie zich niet precies aan de regeltjes houdt, wordt opzij geschoven en kaltgestellt. Wat mevrouw Verdonk destijds beloofde, weet kardinaal Eijk binnen de Nederlandse katholieke kerk waar te maken.
Hij is een scherpslijper van het soort dat tegenwoordig in Nederland de agenda lijkt te bepalen. Wat dat betreft staat hij op één lijn met salafistische imams, boetpredikers van het merk Buma, ondergangsfilosofen à la Sid Lukassen, opiniemakers als Leon de Winter en Bert Brussen, of de redacteuren van GeenStijl. Ook kardinaal Eijk is een kampioen van het gesloten, angstige en in zichzelf gekeerde Nederland dat zich aan het vormen is als laf antwoord op de uitdagingen van deze tijd. Een navelstaarderige maatschappij waarin dogmatici elkaar continu de maat nemen en iedereen naar beneden trekken die aan de andere kant van de schutting kansen ziet in plaats van bedreigingen.