Met veel interesse heb ik vorige week gekeken naar het programma College Tour, gepresenteerd door Twan Huys, waar het echtpaar Knoops te gast was. Ik ben gewoonlijk nogal sceptisch over strafadvocaten die al gauw recht lijken te praten wat krom is en die degenen met de meeste macht en centen het beste verdedigen en hen dus eerder vrij weten te pleiten. Maar het echtpaar Knoops wist mij door hun principiële standvastigheid hoop te bieden op een advocatuur met een stevige morele basis.
Twan Huys was of speelde advocaat van de duivel door vanuit de invalshoek van suggestieve onderzoeksjournalistiek het echtpaar het vuur aan de schenen te leggen, maar zowel mevrouw als de heer Knoops hielden hun rug recht. Hoewel onderzoeksjournalisten ontegenzeggelijk belangrijke zaken naar buiten hebben gebracht, wordt door de media te vaak een verdachte bij voorbaat al veroordeeld, of een veroordeelde bij voorbaat vrijgesproken. Deze neiging werd door het echtpaar Knoops terecht aan de kaak gesteld. Een interessante zaak in dit verband zijn de problemen rond oud-Kamervoorzitter Arib. Zelfs een kwaliteitskrant als de NRC kon het niet laten om vermeende aantijgingen als feiten te presenteren om de actie en reactie van Arib te kapittelen.
Het is duidelijk dat lang bevochten verworvenheden in de rechtspraak zoals hoor en wederhoor, en iemand is pas schuldig als de strafrechter definitief uitspraak heeft gedaan, blijkbaar niet in de media worden gehanteerd. Inmiddels is het heel gewoon dat ook opiniemakers uit het niets de meest onzinnige meningen wereldkundig maken zonder zich ook maar even af te vragen welke verantwoordelijkheid men heeft (Baudet, Ongehoord Nederland). Bovendien worden mensen vaak afgerekend op geruchten zonder dat er sprake is van goed onderzoek of een gedegen onderbouwing. Dat alles is niets nieuws, maar door de invloed van de sociale media wordt de schade die aan personen wordt toegebracht wel steeds groter. En volgens mij is het zo dat vooral rechtse partijen kunnen roepen en suggestieve praatjes de ether insmijten zonder daarop aangesproken te worden, terwijl linkse partijen er keihard op worden afgerekend. En opvallend is dat onze minister-president lachend overal mee weg lijkt te komen.
Het lijkt alsof de ethische uitgangspunten die in journalistieke opleidingen een belangrijke plek zouden moeten krijgen steeds minder relevant worden. In onze marktgerichte samenleving lijken de belangrijkste journalistieke principes eerder te zijn: krijg ik aandacht, stimuleert mijn berichtgeving de kijkcijfers of de verkoopcijfers, krijg ik genoeg likes? Ik wil een pleidooi houden voor minder praatprogramma’s en meer kwaliteitsjournalistiek. Ook Twan Huys mag zich dat aantrekken, want ik vond zijn optreden dit keer niet sterk. Normaal ben ik beter van hem gewend.