De Israëlische premier Benjamin Netanyahu heeft bevolen dat de de internationale nieuwszender Al Jazeera haar journalistieke werk staakt. De regering gebruikt daarvoor een nieuwe, speciaal doorgevoerde wet die de vrijheid van meningsuiting aan banden legt. Op basis van die wet kunnen kantoren van nieuwszenders voor 45 dagen gesloten worden als de regering hen tot bedreiging van de staatsveiligheid bestempeld. Netanyahu beschuldigde de zender van "opruiing", deelname aan de aanval van Hamas op 7 oktober en het bedreigen van de veiligheid.
Initiatiefnemer van de wet is de homofobe Israëlische minister van Communicatie Shlomo Karhi die het al langer op Al Jazeera gemunt heeft. Karhi is minister namens Likoed, de partij van Netanyahu. Hij heeft onder meer ook voorgesteld illegale Israëlische nederzettingen in Gaza te vestigen.
NRC meldt dat de regering Al Jazeera afeglopen donderdag al wilden sluiten. De veiligheidsdiensten protesteerden daartegen omdat ze vreesden dat de censuur de onderhandelingen met Hamas in gevaar zouden brengen.
Al Jazeera schreef zondag in reactie dat het de sluiting „krachtig veroordeelt” en noemde het een „criminele daad die de mensenrechten en het basisrecht op toegang tot informatie schendt.” De sluiting van de lokale kantoren zal vooral effect hebben op de verslaggeving van de zender in Israël en Oost-Jeruzalem, niet op de Westelijke Jordaanoever en in Gaza, meldde een correspondent voor de Arabischtalige zender.
Al Jazeera dat zowel in het Arabisch als Engels uitzendt wordt door Israëlische regering vaak afgeschilderd als "een verlengstuk van Hamas". Overigens zonder dat daar bewijzen voor zijn. Het hoofdkantoor van de zender is gevestigd in Qatar en wordt deels gefinancierd door de regering van dat land. Qatar speelt ook een bemiddelende rol in de onderhandelingen tussen de Israëlische regering en Hamas.
In een officiële reactie noemde Al Jazeera de aantijgingen „valse beschuldigingen” en „opruiing” en schreef de zender over „systematische aanvallen” op de zender. „De beschuldigingen zullen ons niet weerhouden van onze gedurfde en professionele verslaggeving”, aldus de nieuwszender. Het Committee to Protect Journalists (CPJ), een Amerikaanse non-profitorganisatie die zich inzet voor persvrijheid, noemde de wet een „aanzienlijke bedreiging voor internationale media”, die bijdraagt aan „zelfcensuur” en „vijandigheid richting de pers”. Het Israëlische Government Press Office, verantwoordelijk voor persaccreditaties, wilde geen commentaar geven op de wetgeving.
Netanyahu beschuldigde Al Jazeera in april, nadat de wet was aangenomen, van het bedreigen van Israëls veiligheid, deelname aan de aanval op 7 oktober en het opruien tegen soldaten.