Logo Joop
De opiniesite van BNNVARA met actueel nieuws en uitgesproken meningen

Is een burgeroorlog in ons land te voorkomen?

  •  
18-07-2022
  •  
leestijd 7 minuten
  •  
8201 keer bekeken
  •  
boerendistributiecentrum

Momenteel verblijf ik in Porto en het valt me op dat hier best veel drugsdealers rondlopen op straat. Sinds ik hier ben, ben ik al zeker twintig keer aangesproken door mannen die me vragen of ik cocaïne, wiet of hasj wil kopen. Vaak zeg ik nee en soms maak ik een praatje en bekijk ik hun spullen. Iets kopen doe ik sowieso niet, maar de interesse maakt zowel de dealer als mij vrolijk. Gisteravond danste ik zelfs even met zo’n man. 

Vervelend zijn ze dus niet, maar wel een overlast voor de stad. “Ze zijn niet van hier,” zei mijn Portugese kapper een paar dagen geleden al. “Ze komen uit Afrika of Frankrijk om hier hun troep te verkopen, maar Portugezen kopen het niet veel. Ze komen dus voor de toeristen en nu is het extra druk omdat er festivals en dansfeesten in de buurt zijn.” Ik luisterde naar de kapper en wist niet goed hoe ik moest reageren. Het is altijd gevaarlijk om bepaald gedrag aan een bevolkingsgroep te koppelen en je in zo’n debat mengen is al snel op eieren lopen. Racisme en stigmatisering liggen dan meteen op de loer. Dit terwijl het goed is om je af te vragen waarom bepaalde bevolkingsgroepen bepaald gedrag vertonen. 

Marokkaanse en Algerijnse jongeren worden in Frankrijk bijvoorbeeld nogal gediscrimineerd en als het hen niet lukt om een reguliere baan te vinden omdat ze overal worden afgewezen, is het niet gek dat ze andere inkomstenbronnen zoeken. Zo ging dat eeuwen geleden ook met joodse mensen. Vanwege antisemitisme mochten ze geen lid worden van gildes en omdat dit nodig was om een vak uit te mogen oefenen, begonnen ze voor zichzelf of gingen ze de handel in. Later werd hen collectief verweten dat ze daar succesvol in zijn en kwam er een nieuwe golf van antisemitisme op omdat joodse mensen te rijk en invloedrijk zouden zijn. Afkeer werd toen ineens afgunst. Je zou kunnen zeggen dat dit een effect is van eerdere uitsluiting. Over die uitsluiting hebben we het doorgaans niet meer. Maar wel over de effecten, dus over het gedrag van de groep. Dat leidt natuurlijk nergens toe. En het leidt ook nergens toe dat bepaalde politieke partijen bevolkingsgroepen categorisch in een hoek blijven trappen. 

Ik ging het gesprek hierover met de kapper niet aan. Ik meng me sowieso minder in het publieke debat. In mijn beleving is de redelijkheid uit het het debat en ik vrees dat ons land, en wellicht ook Europa en de Verenigde Staten, daardoor uit elkaar valt. De onderbuik regeert namelijk. In de aanloop naar de Franse Revolutie was dit ook zo en toen was de volkswoede uiteindelijk niet meer te temmen. Het volk trok massaal naar Versailles om het hoofd van de koning en koningin te eisen en politici hobbelden daar op hun paarden achteraan om van de volksopstand nog enigszins een logisch verhaal proberen te maken. We zien dit nu bij partijen als Forum voor Democratie en de PVV die van de onvrede van mensen hun politieke geluid maken. Ze haken aan op onvrede, voeden onvrede, presenteren zich als een beter alternatief, maar komen met geen enkele oplossing. Ze willen ook geen oplossing, want onvrede is hun bestaansrecht. Dat onderscheidt ze op een negatieve manier van andere partijen. Ze gebruiken onvrede niet om dingen te verbeteren. Volgens Menno ter Braak is dit het kenmerk van fascisme. Hij schreef daar in de jaren dertig van de vorige eeuw al over in zijn pamflet ‘het nationaalsocialisme als rancuneleer’ toen in Duitsland Hitler aan de macht kwam en in Nederland mensen met Hitler’s NSDAP sympathiseerden en de NSB oprichtten.

Hoewel deze partijen geen oplossingen willen en de mensen het vooral fijn en leuk willen hebben komen ze wel met allerlei theorieën op de proppen. Zo is het in die kringen de laatste jaren populair om met Spengler aan te komen en onheilspellende boodschappen te verkondigen over de ‘ondergang van ons avondland’. Spengler probeert in zijn vuistdikke boek ‘de ondergang van het avondland’ uit de jaren tien en twintig van de vorige eeuw aan te tonen dat iedere beschaving fases heeft van opkomen, bloeien, vergaan en verdwijnen. Op tal van terreinen beschrijft hij die fases en de ondergang zou steeds ingang gezet worden door andere lossere zeden en vrijere kunst. Aanhangers van Spengler menen dit nu te zien in de emancipatie van vrouwen en homoseksuelen, in het ontstaan van andere gezinssamenstellingen, in de expressieve kunst, de popmuziek, de architectuur en noem maar op. Onze cultuur zou veel te vrij zijn geworden, waardoor iedere samenhang en binding verdwijnt. Daarom pleiten ze voor een heldere rolverdeling van man en vrouw, figuratieve kunst, functionele architectuur en een geschiedenis die ons bindt. Ze maken van een vrije en dynamische samenleving het liefst weer een gestructureerde, statische en dus overzichtelijke samenleving omdat ze bang zijn dat de samenleving anders uit elkaar valt. 

Andere mensen uit de zogenaamde protestgroep komen op de proppen met Hannah Arendt en haar burgerlijke ongehoorzaamheid. We zagen dit vooral tijdens de protesten tegen de coronamaatregelen. Ze gebruikten die tekst van Arendt om lak te kunnen aan de maatregelen, maar lijken te vergeten dat Arendt emoties geen argument vindt in een debat. Als je iets niet fijn of niet leuk vindt dien je dat te onderzoeken bij jezelf om vervolgens met redelijke argumenten met elkaar van gedachten te kunnen wisselen. Nu roepen mensen, bijvoorbeeld boeren of mensen die van feestjes houden, dat ze de stikstofplannen of coronamaatregelen niet fijn of niet leuk vinden en eisen ze dat de overheid het beleid aanpast zodat alles weer leuk en fijn is. Zo werkt dat niet. Bij Arendt gaat burgerlijke ongehoorzaamheid over wetten die onrechtvaardig zijn, maar bij de huidige opstandelingen wordt de vraag naar rechtvaardigheid helemaal niet gesteld. Ze willen dingen simpelweg niet en het zal hun zorg zijn dat daardoor het milieu verziekt wordt of het zorgpersoneel door de hoeven zakt. Het lijkt allemaal louter egoïsme en het gebrom van een onderbuik, zonder dat iemand nog wenst te onderbouwen waarom hij vindt wat hij vindt of voelt wat hij voelt. En politieke partijen haken hier dus op in door over een kwaadaardig regime te spreken, met tribunalen op de proppen te komen en onderzoek, onderwijs, rechtspraak, media en politieoptredens in twijfel te trekken. Daarmee wordt de hele rechtsstaat ondermijnd en inmiddels lijkt dit niet meer te herstellen. De instrumenten die mensen moet informeren, inspireren of bijsturen zijn namelijk vleugellam gemaakt door het gezaaide wantrouwen. Het is dus wachten tot het misgaat. 

De redelijke en genuanceerde burgers zijn nog altijd ruim in de meerderheid, maar een groep van pakweg 25.000 man kan het hele land plat leggen. Met veel minder mensen lukt dat nog. Dat zagen we bijvoorbeeld bij de protesten van de boeren in Nederland, maar ook bij de bestorming van het Capitol in de Verenigde Staten. De demonstranten zijn met minder en proberen het land te ondermijnen omdat het niet meer democratisch zou zijn. Een grotere incongruentie is bijna niet denkbaar.

Zo lig ik een beetje te denken in deze Portugese nacht. Tot eind vorig jaar deelde ik dit soort gedachten in opiniestukken, maar ik doe dat zelden nog. De toon in de reacties werd te hard, de boodschap steeds ongenuanceerder en bovendien bespeurde ik in veel reacties kritiek, woede en afbraak en geen hoop of ingrediënten om iets op te bouwen. Daardoor ben ik zelf de hoop ook wat verloren en meer op afstand gaan kijken wat er in dit land, en de wereld, gebeurt.

Zo zag ik hoe de boeren de afgelopen maand het land afbraken. Ze zijn het niet eens met milieumaatregelen en houden zich daarom op bij het huis van een minister, blokkeren snelwegen en steken overal hooibalen in de fik. Ik vind dat asociaal en drammerig gedrag. Dit gaat weer om wat niet leuk is voor henzelf en niet om wat goed is voor het land. Begin jaren zeventig van de vorige eeuw kwam de Club van Rome al met het rapport ‘einde aan de groei’ en sindsdien heeft het overgrote deel van de politiek, het bedrijfsleven en ook de agrarische sector alleen maar geloofd in efficiëntie en de markt en gestimuleerd dat alles moest groeien. Ook de stallen, waardoor boerderijen fabrieken werden en boeren leveranciers voor de wereldmarkt. En als er werd gesproken over het milieu of klimaatdoelstellingen riepen ondernemers en (rechtse) politici dat dit slecht was voor de economie en de werkgelegenheid. Het geld ging voor het welbevinden en zorg voor de planeet zat de vrije marktwerking in de weg. 

Nu vijftig jaar later herhalen wetenschappers en (linkse) politici dat er echt een einde aan de groei moet komen en dat de groei de laatste decennia zo is doorgeslagen dat de nadelige effecten voor planten, dieren en insecten zo groot zijn dat de groei deels moet worden teruggedraaid. Dat is misschien pijnlijk voor de boeren, maar ze weten dit al jaren. Met steun van - en onder druk van - overheid en banken nemen ze al jaren halve maatregelen. Nu is het tijd voor hele. 

Zo simpel is het, maar de boeren blijven hun zin doordrijven en schuwen geweld niet om die zin te krijgen. Het lijkt wel een burgeroorlog en als dit zo doorgaat met alle onvrede op vele terreinen wordt het een burgeroorlog. Zeker als er bepaalde politici olie op het vuur blijven gooien. Ik ben benieuwd hoe dit nog te stoppen en te keren is. Daar ga ik over nadenken. Of niet. Eerst koffie en een broodje en dan Porto weer in.

Delen:

Praat mee

Onze spelregels.

0/1500 Tekens
Bedankt voor je reactie! De redactie controleert of je bericht voldoet aan de spelregels. Het kan even duren voordat het zichtbaar is.