Regiodeals maken miljoenen beschikbaar om te investeren in ‘aandachtswijken’. De vraag is alleen: hoe zorg je dat die investeringen het leven van bewoners echt verbeteren? Wat zou er gebeuren als we die miljoenen met name zouden investeren in de bewoners?
De afgelopen maanden verschijnen opnieuw onderzoeken en vele artikelen over ‘achterstands-‘ of ‘kwetsbare’ wijken. Vijftien burgemeesters roepen het kabinet op te werken aan een actieplan. Eenzaamheid, depressie en werkeloosheid. De kloof tussen de ‘haves’ en de ‘have not’s’ wordt almaar groter. Yuppenparadijzen, cocktail drinkende burgers in dure pakken aan de ene kant en groeiende rijen burgers bij voedselbanken en kringloopwinkels aan de andere.
Wanneer wijken op de agenda staan worden de bulldozers vaak al besteld, er wordt druk gelobbyd voor allerlei plannen en dure vernieuwing. Maar wat als we dit keer eens zouden investeren in de bewoners? ‘De werkelijke rijkdom van een natie is gelegen in haar bevolking,’ zei de Pakistaanse econoom Mahbub ul Haq ooit. Hoe zorgen we dat iedereen een leven kan opbouwen in overeenstemming met menselijke waardigheid? Hoe ontsluiten we ieders talent?
Uit een recent onderzoek van Circusvis blijkt dat de veerkracht in de regio Haaglanden opvallend groot is in vergelijking tot andere wijken. Veerkracht staat voor de mate waarin een buurt in staat is een toename van kwetsbare bewoners op te vangen. In Moerwijk kom je er al snel achter dat bewoners actief betrokken zijn bij hun leefomgeving. Je raakt er spontaan in gesprek met jong en oud, die nieuwsgierig zijn naar wat je er komt brengen. In vergelijking met een in zichzelf gekeerde villawijk een verademing, een heuse krachtwijk.
Het is natuurlijk mooi wanneer bewoners veerkrachtig zijn en zelf problemen oplossen. Maar al te veel geloof in de zelfredzaamheid is misplaatst. Zeker, informele netwerken maakten afgelopen jaar overuren, burgers in de krachtwijken hielden de zaak vrijwillig draaiend terwijl beleidsmedewerkers ver weg thuis betaald achter de Zoom zaten. Wie start bij de wens de positie van bewoners te verbeteren moet ze vooral toegang tot het systeem gunnen. Alleen: hoe beklim je een ladder waarvan de onderste sporten structureel ontbreken? De ‘armoedeval’ houdt mensen in de bijstand. En bewoners raken niet in staat financieel voor zichzelf te zorgen en zitten veelal gevangen in vrijwilligheid.
De afgelopen jaren voerden we een actie-onderzoek uit waaruit telkens dezelfde dynamieken van ongelijkheid naar voren komen. Professionals worden betaald ingehuurd en wijkbewoners moeten ‘geactiveerd’ worden, terwijl ze zelf heel goed weten wat er in de wijk speelt en nodig is. Gemeente Den Haag heeft hiervoor zelfs weloverwogen beleid. Er mogen van aangevraagde subsidies geen vrijwilligersvergoedingen worden uitgekeerd aan de bewoners in de wijk. De allerarmsten moeten ‘vrijwillig’ meedoen terwijl ze de kennis bezitten waar anderen die niet in de wijk wonen aan verdienen. Zo gaat het geld telkens rond in dezelfde zakken van advies- en onderzoeksbureaus.
Wat is er wel nodig? Het begint allemaal met ontmoeten. Willen we elkaar weer ontdekken dan hebben we spontane ontmoetingen nodig die de basis leggen voor een gesprek van mens tot mens, voor urgente samenwerking.
Daarnaast gaat het over mogelijkheden scheppen. Mogelijkheden die uitgaan van gelijkwaardigheid en inzicht geven in wat je kan betekenen voor elkaar. Gek genoeg hebben we nog nooit iemand ontmoet die niets kon of niets wilde. De Amerikaanse filosofe Martha Nussbaum reikt een contratheorie aan die ons nieuwe richting kan geven. Haar ‘capability’-benadering gaat uit van kansen, levenskwaliteit, fundamentele sociale rechtvaardigheid en keuzevrijheid. Niet verworven ‘capabilities’ zijn vaak het gevolg van discriminatie of ongelijkheid.
Hoe maken we die onderste sporten van de ladder? Stel bewoners in staat als eigenaar onderdeel uit te maken van het betaalde systeem. Investeer in talent en bijvoorbeeld in het landelijke netwerk van professionele sleutelpersonen die als dienende leiders al decennia lang wijk en stad veelal vrijwillig versterken. Overheden en gemeenten maken gretig gebruik van hun diensten vaak zonder fatsoenlijke betaling. Draai dit om. Stel sleutelpersonen in staat financieel voor zichzelf te zorgen en communiceer hiermee naar de gemeenschappen erachter een boodschap van gelijkheid, erkenning en waardering.
We horen telkens weer dat de ‘menselijke maat’ terug moet komen. Daar is niets abstracts aan. Het is iets waar we allemaal iedere dag opnieuw vorm aan kunnen geven. Door elkaar te ontmoeten, over en weer te bevragen vanuit nieuwsgierigheid in de wetenschap dat ieder iets kan en wil betekenen. Laten we elkaars inzet over en weer waarderen, ook financieel. Voor wat, hoort wat.