Intensieve landbouw grootste oorzaak voor massaal verdwijnen vogels

Boeren gaan er graag prat op dat ze voor de natuur zorgen maar dat geldt zeker niet voor boeren die intensieve landbouw plegen met gebruik van grote hoeveelheden kunstmest en bestrijdingsmiddelen. Deze vorm van landbouw wordt door Nederlandse boeren het meest toegepast en betekent dat het land onleefbaar wordt gemaakt voor veel vogelsoorten. Het is dan ook de belangrijkste oorzaak voor de enorme terugval in de vogelstand. In de afgelopen 40 jaar is het aantal vogels in Europa met meer dan een half miljard afgenomen. Dat is vrijwel exact vast te stellen omdat vogels al decennia geteld worden door vrijwilligers. Daardoor is ook duidelijk in welke gebieden de vogels verdwijnen, schrijft The Guardian.

Een team van 50 onderzoekers heeft de gegevens uit 28 Europese landen die sinds de jaren ‘80 zijn verzameld geanalyseerd. Daaruit blijkt onomstotelijk dat intensieve landbouw het leefgebied van de vogels vernietigt. Door het gebruik van chemische middelen worden insecten uitgeroeid en die vormen de belangrijkste voedselbron voor vogels als bijvoorbeeld de gierzwaluw en gele kwikstaart.

Het onderzoek brengt de gevolgen in kaart voor 170 vogelsoorten van vier door de mens veroorzaakte ontwikkelingen: intensieve landbouw, ontbossing, verstedelijking en klimaatverandering. Vogels op het boerenland hebben het het zwaarst te verduren, hun aantal werd met een afname van 56,8 procent in vier decennia meer dan gehalveerd. De stand van stadsvogels ging met meer dan een kwart, 27,8 procent, achteruit en in het bos bedroeg de teruggang 17,7 procent.

De verstedelijking draagt bij aan het uitroeien an vogels doordat kleine groene gebieden die van levensbelang zijn voor vogels worden opgeofferd voor bebouwing. Daar komt bij dat industriële bouwtechnieken vogels amper de kans bieden om nesten te bouwen.

Klimaatverandering treft de vogels ook. Soorten die goed gedijen bij koude temperaturen zijn met bijna 40 procent afgenomen. Vogels die hechten aan warm weer verdwenen aanzienlijk minder, met zo’n 17,1 procent.

De resultaten tonen dat de tendens om voedselproductie op te voeren gepaard gaat met enorme gevolgen voor de natuur, stelt de Britse vogelbescherming. De onderzoekers zelf zeggen: “Deze publicatie draagt bij aan de grootste politieke en technische uitdaging waar de Europese landbouw voor staat, de strijd om een hoge productiviteit door intensieve landbouw te combineren bescherming van de leefomgeving en de resultaten zijn daarom cruciaal voor beleidsmakers, wetenschapper en het deel van de burgers dat zich zorgen maakt om biodiversiteit en wereldwijde veranderingen.”