Juist wat Nederland Nederland maakt, doet ons volharden in dit onverstandige coronabeleid.
Door: Michael Blok en Jaap Stronks
De afgelopen week is de roep om een koerswijziging in het coronabeleid luider geworden. Veel mensen willen begrijpen waarom Nederland nog steeds koerst op gecontroleerde verspreiding (“mitigation”) terwijl de meeste andere landen nu mikken op “containment”, het zoveel mogelijk stoppen van het virus. Waarom blijft Nederland achter?
Met het Nederlandse beleid kijken we aan tegen jarenlange op-en-neer maatregelen die ingrijpen in het dagelijks leven en de economie zuurstof ontnemen. Landen die snel containment oppikten, of het altijd al deden, kennen een veel lagere sterfte en kunnen nu voorzichtig maar gestaag weer het dagelijkse leven oppikken, tot zelfs het nachtleven aan toe. Iets wat tot minstens einde 2020 in Nederland ondenkbaar zal blijven. Toch houdt het kabinet strak koers.
Het is niet dat containment nu onmogelijk is geworden, want het kabinet houdt zelf expliciet die optie open. Het kan dus wel, maar het gebeurt niet. Er is geen werving voor contactonderzoekers, er wordt bijna niet getest en toch wordt er nu snel versoepeld. Daarmee is de overheid meer gecommitteerd dan ooit mitigation. Als dat zo uniek en onverstandig is, waarom dan?
De eerste vraag is waarom het kabinet niet aan containment wíl doen. Dat zullen dezelfde redenen zijn als in maart (toen premier Mark Rutte het beleid officieel maakte), en dat is het uitvoeren van het griepdraaiboek waarin de economie openhouden de kern is. Leden van het Outbreak Managament Team lijken containment onmogelijk te achten. Er is ook een gezonde weerzin om op een ingeslagen weg rechtsomkeert te maken. Een weerzin die zeker versterkt zal worden door de angst voor gezichtsverlies. Ook is een griepdraaiboek moeilijk aan te passen in een complex zorgstelsel. De bureaucratie werkt dat tegen. Een flink budget zou naar contactonderzoek door GGD’s moeten gaan, en wie gaat dat betalen?
Het zou natuurlijk kunnen dat de Rijksoverheid het echt beter weet, en toegang heeft tot betere informatie dan de rest van de wereld. Maar de sterftecijfers in de absolute wereldtop liegen niet, en de voorspellingen van een grote economische depressie ook niet. En tientallen landen hebben met contactonderzoek de pandemie al grotendeels doen verdwijnen. Als de site van het RIVM wordt vergeleken met de wetenschappelijke consensus van de Wereldgezondheidsorganisatie WHO en internationale topwetenschappers, lijkt het er eerder op dat de overheid minder weet dan andere landen.
Nederland laat veel overheidstaken over aan instituten, stichtingen en bedrijven, en neemt vaak collectief beslissingen. Zo verdwijnt maar al te vaak ook heldere verantwoordelijkheid, en daarmee is het makkelijker voor de premier, ministers, RIVM, OMT, zorgverzekeraars, GGD’s, gemeentes, werkgevers en zorginstellingen om niet de drang te voelen om in actie te komen om het land voor erger te behoeden.
De tweede kernvraag is hoe het kabinet door mág op de gekozen weg, ondanks de negatieve gevolgen ervan. Het buitenland maakt zich zorgen over Nederland, en België kritiseert openlijk de Nederlandse aanpak. Onze buitengrenzen zijn nu al gesloten voor uitgaand niet-noodzakelijk verkeer, wat onze economie niet lang volhoudt. Een Europese aanpak zal er moeten komen, maar landen zijn nog teveel met zichzelf bezig om Nederland tot koerswijziging te dwingen.
De Tweede Kamer is al sinds midden maart vrijwel stil over containment en heeft het kabinet geen strobreed in de weg gelegd. De Kamer stemde zelfs unaniem in met de opening van de basisscholen, ondanks dat aan géén van de eisen die het eigen Outbreak Management Team in maart daarvoor stelde voldaan was. De Kamermotie van 22 april over massaal contactonderzoek opschalen is genegeerd door het kabinet, en de Kamer pikt het.
Onze politieke cultuur neutraliseert de oppositie vaak door “samen aan problemen te werken”. De ronde tafels (“polderen”) over loonmatiging, vrouwenemancipatie en klimaatbeleid hebben milieu, vrouwen of werknemers niet veel bescherming, macht of geld opgeleverd, maar wel overheidshandelen gelegitimeerd en oppositie gemarginaliseerd. Er is niet één hoofdredactioneel commentaar geweest in een dagblad dat opriep tot containment, en feitelijk zijn “containers” volledig gemarginaliseerd.
Zolang het kabinetsbeleid populair is gaat het door. Die populariteit is niet een gegeven, want internationaal heeft containment nu al veel succes, en weinig stemmers zien graag 100.000 Corona-doden en een jarenlange “jojo-lockdown” met zware economische neergang tegemoet. Tegelijkertijd zou een koerswijziging duidelijk maken hoezeer Nederlandse eigenaardigheden (polderen, verantwoordelijkheid spreiden, vertrouwen in de overheid, trots op ons georganiseerde landje) ons hier treffen. Dus misschien is het voor veel mensen de weg van de minste weerstand om het kabinetsbeleid te blijven steunen.
Ondanks de bovenstaande barrières is containment zó aantrekkelijk en binnen bereik dat het te hopen blijft dat het kabinet snel zal besluiten nu niet serieus maatregelen te versoepelen.
Michael Blok en Jaap Stronks zijn woordvoerders van de actiegroep Containment Nu! die ook de petitie Testen Testen Testen! organiseerde.