Een bedrijf dat zich schuldig maakt aan landroof, milieuschade en schendingen van de mensenrechten verdient ons spaargeld niet
Banken weten dat er steeds meer vraag is naar duurzaam beleggen. Uit onderzoek van de Morningstar blijkt dat 75 procent van de investeerders hiervoor interesse toont. Dat staat echter in schril contrast met de interesses van financiële adviseurs: slechts een povere 15 procent van hen vindt duurzaam beleggen belangrijk. Al te vaak wordt duurzaam investeren dan ook gebruikt als greenwashing of window dressing: mooie praatjes zonder dat de investering echt duurzaam is.
Een schrijnend voorbeeld is de nieuwe financiering door ING van het door en door foute palmoliebedrijf SOCFIN. Mensenrechten? Bewoners belanden in de cel. Milieu? Eeuwenoud regenwoud gaat tegen de vlakte. Corruptie? Tiert welig. Voor duurzaamheid staan alle seinen op rood. En toch wil ING dit bedrijf een nieuwe lening geven van 15 miljoen. Als dat doorgaat, mag er wel een dikke vette streep door de duurzaamheidspraatjes van de ING. Een betere optie: Zet die lening stop, en maak echt werk van duurzaamheid.
Palmolie Twee jaar geleden gingen milieu- en mensenrechtenorganisaties het gesprek aan met ING over de financiering van SOCFIN. Dit Belgisch-Luxemburgse bedrijf legt megaplantages voor palmolie aan in Azië en Afrika. SOCFIN heeft in Sierra Leone tweederde van een complete provincie volgeplant met oliepalm. De organisaties onthulden dat de lokale bevolking terecht is gekomen in een zee van oliepalmen. Alles zijn ze kwijt: hun landbouwgrond, hun bos, hun inkomsten. Voedsel en schoon water is amper meer te vinden. En wie protesteert, loopt kans achter de tralies te verdwijnen. Een duidelijk teken aan de wand was ook de uitspraak van de Belgische rechter. Op 29 juni 2018 veroordeelde die de voorzitter van SOCFIN en vier managers van de groep voor corruptie. Investeringen in een bedrijf dat zo de natuur vernielt en levens van mensen verwoest zijn nooit duurzaam. En ING weet het. Toch kiest de bank niet voor duurzaamheid, maar voor het grote geld.
Bankgeheim ING zegt zich te houden aan internationale afspraken, zoals die van de Wereld Bank. Juist die Wereldbank weigerde in 2016 een lening van 150 miljoen euro aan SOCFIN, omdat het bedrijf niet voldeed aan deze internationale afspraken. ING wist dit, maar staat toch weer op het punt een lening te geven van 15 miljoen euro aan hetzelfde palmoliebedrijf. ING weigert bovendien om vragen van maatschappelijke organisaties over SOCFIN te beantwoorden. Daarbij wordt systematisch een beroep gedaan op het ‘bankgeheim.’ Wat doet ING om nieuwe schandalen bij SOCFIN te voorkomen? ‘Bankgeheim.’ Wat zijn de eisen die aan het bedrijf worden gesteld? ‘Bankgeheim’. Hoe zijn problemen uit het verleden aan gepakt? ‘Bankgeheim.’ Wie gaat dat allemaal controleren? ‘Bankgeheim.’
Bankgeheim is een stopwoordje geworden om alle vragen te ontwijken. Volkomen onterecht, want een bank kan altijd met zijn klant afspreken om dit soort informatie wél te mogen delen. Veel andere banken doen dat ook. Vooral als ze tróts zijn op de bedrijven die ze hun geld toevertrouwen. Als mijn eigen spaargeld voor zulke leningen worden gebruikt, wil ik als klant weten wat daarmee gebeurt.
Daarom roepen wij ING op om de palmolie-industrie niet langer te financieren en om de nieuwe palmolielening aan SOCFIN te stoppen. Een bedrijf dat zich schuldig maakt aan landroof, milieuschade en schendingen van de mensenrechten verdient ons spaargeld niet. ING, als zelfs je eigen seinen op rood staan, trap dan ook op de rem. Dan komen je mooie duurzaamheidspraatjes misschien nog eens écht van de grond.
Dit opiniestuk schreef Rolf Schipper (Milieudefensie) samen met Sebastien Mortier (FairFin) en Florence Kroff (FIAN Belgium).