Logo Joop
De opiniesite van BNNVARA met actueel nieuws en uitgesproken meningen

Ik ging met een tegenstander naar de A12-blokkade van Extinction Rebellion

  •  
23-09-2023
  •  
leestijd 13 minuten
  •  
31358 keer bekeken
  •  
IMG_1193

Je kent dat waarschijnlijk wel, dat iemand uit je - sociale media - vriendenkring ineens een standpunt verkondigt waarvan je denkt “Huh? Jij?” Dat had ik vorige week op Facebook. Alfred van den Heuvel, een acteur die ik naast zijn werk alleen via likes en DM’s kende maar een sympathieke kerel vind, uitte plots in een post harde kritiek op Extinction Rebellion. Ik reageerde daar verbaasd op, de reacties gingen over en weer en zoals zo vaak op sociale media, bracht de discussie ons niet dichter bij elkaar maar werd juist het tegenovergestelde bereikt.

Alfred zei - ik vat het even scherp in mijn eigen woorden samen - dat activisten naar zijn inziens goedkope meningen verkondigen, hypocriet zijn en alleen maar anderen hun wil op willen leggen. Ik vind dat dan weer borrelpraat en dat wilde ik hem ook zeggen maar hij stelde in zijn reply nog iets anders: “Het zou me spijten als dit onze socmed.-vriendschap zou kosten want je weet hoe ik over je denk, maar het zij zo. Ik laat jou iig. niet los want je bent een man naar mijn hart. Mijn mening bijstellen doe ik al mijn hele leven, dus hier ga ik ook wel weer anders tegenaan kijken.” Dat waren de woorden van de Alfred die ik kende. Sympathiek en belangstellend. Dus ik ging niet opnieuw tegen hem in maar reageerde met “Ga een keer mee naar de blokkade. Dan kunnen we zien of je beeld klopt. Dit is een serieus aanbod.”

Hij zei ja.

Maandag troffen we elkaar op Den Haag CS, voor het eerst in levende lijve. We schudden elkaar even hartelijk als onwennig de hand en gingen meteen op expeditie naar de beruchte A12 die verderop in de stad ligt, een wandeling van een minuut of 10. “Wat er ook gebeurt, doe wat de politieagenten zeggen en wordt niet boos op hen, want ze pakken je zo op,” waarschuwde ik hem uit voorzorg. En ook om de dramatische spanning nog een beetje op te voeren.

Rebellen

Alfred vertelde dat hij in Parijs de beroemde rellen van Mei ‘68 had meegemaakt. “Heb jij daar aan meegedaan?” vroeg ik vol ontzag want ik ken meer rebelse types die naar de Franse hoofdstad waren gereisd om mee te schrijven aan de wereldgeschiedenis. “Nee, ik zag het alleen maar. We waren op schoolreis.”

Tevoren had ik me voorgenomen dat ik er niet op uit was Alfred te bekeren of anderszins te overtuigen. Mocht hij bij zijn mening blijven dan zou ik dat respecteren. Ik wilde hem alleen maar laten zien hoe het er aan toe gaat bij de dagelijkse blokkade. Dat is namelijk amper te bevatten als je het niet zelf ziet. Niet dat journalisten slecht verslag doen maar de A12-blokkade en wat er rond gebeurt is totaal iets anders dan andere acties.

We liepen langs de Koekamp en ik vertelde over hoe zorgvuldig de actie is georganiseerd. Zo heeft in principe iedereen die meedoet met de blokkade een training gevolgd. Dat is niet alleen om te weten wat ze wel en niet moeten doen maar zo leren de mensen elkaar ook kennen. Om dat verder te bevorderen zoekt iedereen een buddy in de groep, zodat je niet alleen komt te staan. Of dat gevoel krijgt. Dat is niet onbelangrijk. De blokkade mag er op de beelden dan wel vrolijk uitzien, het is in de praktijk een vrij heftige gebeurtenis om te ondergaan. Niet alleen vanwege het waterkanon en de onvermijdelijke arrestatie maar ook het op de weg gaan zitten, het wachten, het nooit weten wat er gaat gebeuren of hoe het afloopt. Je kunt zo maar dagenlang in een cel belanden.

We liepen door een parkachtige omgeving. Onder een paar bomen langs het pad naar de snelweg stonden enkele tientallen rebellen met elkaar te overleggen. We hielden even halt. Ik legde Alfred uit dat het niet allemaal blokkeerders waren maar ook supporters die straks langs de kant blijven staan en dat mensen soms pas op het laatste moment beslissen of ze het een of het ander doen.

We lieten de activisten met rust en trokken verder richting de A12, de eerste politiebusjes verschenen in zicht. Het zijn er nu minder dan anders, constateerde ik. Een stuk of 10, 15. Bij de weg wapperden de afzetlinten van de politie in de harde wind. Het geklapper maakte veel lawaai en zorgde voor een vreemde sfeer. Er was eigenlijk niks te zien maar er hing veel in de lucht. Op het gras langs de weg stonden wat mensen, journalisten, belangstellenden en supporters. Het was 11:40.

Blokkade

“De blokkade begint meestal om 12 uur,” vertelde ik. Een groep zet dan eerst het kruispunt aan het begin van de snelweg af, wat makkelijk gaat omdat er stoplichten staan. Bij groen voetgangerslicht kun je op de weg gaan zitten. Dan plaatsen verkeersregelaars hekken. Pas als de weg leeg is wordt het asfalt ingenomen door de klimaatrebellen. Daarom zie je bijvoorbeeld nooit wachtende auto’s bij de blokkade.

Althans zo gaat het meestal. De vorige keer dat ik er was reed er nog wel wat verkeer door en dan ontstaan er meteen gevaarlijke situaties. De activisten zijn er overigens niet op uit individuele auto’s tegen te houden. Ze blokkeren alleen een stuk asfalt, het verkeer neemt vervolgens een omweg. Je kunt namelijk even verderop gewoon de A12 oprijden. Er is ondanks wat de burgemeester beweert ook niks ‘ontwrichtends’ aan de blokkade. De weg wordt wel vaker afgesloten, vorig jaar nog een paar maanden achtereen wegens werkzaamheden.

Dat vertelde ik allemaal en nog meer. Als ik verlegen ben, en dat ben ik vaak als ik mensen ontmoet die ik niet ken, ga ik veel praten. Voeg daarbij dat dit een bijzondere missie was waar ik natuurlijk ook wel zenuwachtig over was. Wat als Alfred het helemaal niks zou vinden? Ik bedoel, hij had er een verre treinreis voor gemaakt. Dus je begrijpt, ik ging nog meer praten.

“Sorry dat ik zoveel praat,” zei ik tegen Alfred. “Nee, dat is prima,” reageerde hij vriendelijk. Ook toen ik het voor de tiende keer zei. Al had ik het idee dat hij aan het einde van onze ontmoeting wel een paracetamolletje kon gebruiken. Ik schaamde me natuurlijk dat ik zoveel sprak, waardoor ik me ongemakkelijk voelde en je raadt het, ik vervolgens nog meer ging praten.

De stevige wind beukte tegen ons aan. De bomen ruisten hard als voorbij zoevende treinen. Aan de andere kant van het veld zagen we in de verte nog een groep van tientallen rebellen staan. Ik vertelde Alfred dat er ook op andere plekken groepjes verzameld kunnen zijn. De activisten stellen zich verspreid op om te kunnen verrassen. Daarom kan de politie hen ook niet tegenhouden. Het zijn er ook gewoonweg te veel.

Cijfers

De eerste blokkades werden vorig jaar uitgevoerd door enkele tientallen activisten, inmiddels is de actiegroep gegroeid tot duizenden deelnemers. “Morgen komen we weer en dan nog met veel meer,” zingen de activisten iedere dag als de politie de blokkade beëindigt. Dat is ook een kenmerk van de blokkades, ze worden van tevoren aangekondigd. Dat maakt ze anders dan de overvalacties van andere groeperingen waarbij deelnemers zich bijvoorbeeld vastlijmen aan kunstwerken.

Alfred keek om zich heen. De activisten in de verte. De tientallen politieagenten langs de weg. Het voorbij razende verkeer op de A12 de stad uit en de lange rij wachtende auto’s voor de stoplichten de stad in. Hij maakte foto’s.

“De cijfers komen wel naar boven hè? Dat krijgen ze toch wel voor elkaar. 46 miljard,” zei hij en schudde zijn hoofd in ongeloof. Ik was blij verrast door die opmerking. “Ja, en de mensen snappen daardoor waar het om gaat.” We spraken over wat je met 46 miljard zou kunnen. “Het is meer dan dat er aan onderwijs wordt besteed. En daar komen we nu pas achter.”

Ineens zetten de twee groepen van inmiddels honderden rebellen zich in beweging en kwamen onze richting uitlopen terwijl ze zich samenvoegden. De vlaggen en protestborden omhoog. Er klonken strijdliederen en leuzen. Steeds dichterbij, steeds luider. Ik zag het gezicht van Alfred oplichten, zijn ogen begonnen te glinsteren. “Zo, wat een tafereel is dit. Het lijkt wel theater.”

Daar had hij gelijk in. De acties worden goed geregisseerd, tot en met de vormgeving aan toe. Denk aan de vlaggen met het logo van XR, ze zouden zo uit een film kunnen komen. Het bijzondere is dat XR tegelijkertijd een heel losse organisatie is zonder hiërarchie of bevelstructuur. Ze zijn ook in dat opzicht precies het tegenovergestelde van de politie maar functioneren toch net zo goed.

De A12 bleef inmiddels leeg, het verkeer was verdwenen. De politie stelde zich in linie op langs de snelweg maar de rebellen liepen gewoon door de rij heen en namen bezit van het asfalt. “What do we want? Climate justice! When do we want it? Now!” De van klimaatacties over de hele wereld bekende strijdkreet klonk uit honderden kelen. Een groot deel van de groep ging op het asfalt zitten, anderen bleven staan. Enkelen lijmden hun handen aan het asfalt vast, een daad die me iedere keer weer rillingen bezorgt, alleen al de gedachte.

Wat ik zo indrukwekkend vind aan deze activisten is hun vastberadenheid, zei ik tegen Alfred. Ze gaan niet opgeven, dat is overduidelijk. Dat is ook het idee achter Extinction Rebellion, dat je de klimaatcrisis ziet als een noodsituatie die onvermoeibaar handelen vereist. Bij een andere rampen geven hulpverleners ook niet op. Dit is hulpverlening aan het klimaat.

We bleven keurig achter het lint staan. Op andere dagen ga ik nog wel eens de weg op maar ik wilde met Alfred geen risico’s nemen. Zelf kan ik me nog wel snel uit de voeten maken bij onverwacht politieoptreden maar ik moest er niet aan denken dat hem iets zou overkomen.

Om ons heen stonden de supporters. Ze staan er alleen om de activisten moreel te steunen. Ze klappen, zingen, roepen en kijken. Het is een zeer uiteenlopend gezelschap. Keurige gepensioneerde leraren Duits, weetgrage studenten. En alles wat daar tussenin zit. Bij eerdere klimaatprotesten was me opgevallen dat de feestgeneratie Gen X, die geïndoctrineerd is met het idee dat links en rechts niet bestaan, vaak ondervertegenwoordigd is maar hier niet.

Hesjes

Ik wees Alfred op mensen met hesjes. De groene hesjes zijn van de support. Dat is in de praktijk ook een soort relaxte ordedienst. Zij gaan bijvoorbeeld in gesprek met mensen die dingen doen die niet de bedoeling zijn. Zo zag ik een keer een man met een bord waarop stond ‘er komen tribunalen’. Het was een boomer met een ‘wie doet me wat’-blik. De twee Gen Z-ers van de supportdienst gingen vriendelijk en geduldig met hem in gesprek. De boomer steunde de blokkade zei hij “maar ik wil provoceren. En kijk, het werkt.” Hij keek enigszins zelfvoldaan. De supportmensen legden uit dat de kreet associaties oproept met de Nurnbergprocessen, met extreemrechts. Of nee, door hun bijna therapeutische wijze van het gesprek aangaan vertelde de man dat allemaal zelf. Ik hoorde in zijn stem gaandeweg de twijfel groeien. Natuurlijk bleef hij ter plekke bij zijn standpunt maar op andere dagen heb ik het bord niet meer teruggezien.

Dat is ook zo bijzonder aan XR, legde ik aan Alfred uit, hoe ze de acties weten te beschermen. Normaal gesproken worden acties die veel aandacht krijgen al snel gekaapt, door individuen op zoek naar aandacht, door andere clubs die hun eigen agenda willen opdringen, door politieke partijen. Er zijn wel individuele politici die steun komen betuigen maar partijvlaggen of -borden zie je amper of niet.

Diezelfde discipline zie je terug in de bewaking van het doel. Er is maar één eis: stop fossiele subsidies. Bij andere acties zie je vaak dat die hoofdeis aangevuld wordt, er worden nieuwe eisen toegevoegd, de doelen worden verbreed, dat lijkt allemaal eerlijk en oprecht maar juist dan haken mensen af. Omdat er discussie over van alles en nog wat ontstaat, er onenigheid groeit.

Er stonden wat activisten in paarse hesjes met agenten te praten. “Dat zijn de contactpersonen voor de politie, kijk het staat ook op de hesjes: politie liaison.”

Alfred keek me verbaasd aan. “Ze overleggen met de politie?” Ja. Soms is dat handiger voor beide partijen. Het is ook om te voorkomen dat de zaak escaleert. Daar heeft niemand wat aan.

“Zo,” zei Alfred. “Daar ben ik wel van onder de indruk. Dat had ik niet verwacht.”

Hinderlljk

Politiebusjes zetten zich langzaam in beweging en parkeerden dicht op elkaar, ze vormden zo een soort muur tussen de activisten op het asfalt en de supporters op het gras. Die kunnen elkaar zo nog amper zien. Waarom doen ze dat, vroeg Alfred. Ik antwoordde dat ik geen idee heb.

Er was nog geen waterkanon te bespeuren, geen stadsbussen ook om de opgepakte demonstranten af te voeren. Nu is het een kwestie van wachten, zei ik tegen Alfred.

Dit is het dus. De klimaatrebellen gaan zitten en de politie haalt hen weg. Iedere dag weer. Er zijn mensen die zeggen je moet op het Malieveld gaan demonstreren maar dan gebeurt er niks. Er zijn 2000 demonstraties per jaar in Den Haag. Hoor je nooit wat van. Dit is iedere dag nieuws, legde ik ongevraagd uit.

“Ja, je moet hinderlijk zijn,” zei Alfred. “Dat snap ik.” Bovendien klinkt het natuurlijk goed dat A12, stelde ik. “Beter dan we gaan de Reagan-Gorbatsjovlaan blokkeren. Het stuk weg is de A12 maar het is tegelijkertijd geen echte snelweg maar gewoon een stuk doorgaande weg. Met wel daarboven de snelwegborden. Een betere setting kun je amper bedenken.”

Om 17 over 12 stootte ik Alfred aan. “Daar komt het waterkanon.” Een grote blauwe vrachtwagen met zwaailichten kwam langzaam aanrijden. “Er staat Polizei op,” reageerde hij met enigszins ontzette verbazing. Ja, ze worden gehuurd van de Duitse politie. “Polizei. In Den Haag…” Hij schudde zijn hoofd terwijl we langs de muur van politiebusjes liepen. Aan het einde daarvan kregen we misschien beter zicht op wat zich op het asfalt af zou gaan spelen. Uit een luidspreker klonk een waarschuwing dat de demonstranten zich moesten verwijderen “of geweld kan worden gebruikt”. Niemand verroerde zich.

Het waterkanon werd vlak voor de demonstranten op het asfalt in stelling gebracht. De chauffeur richtte het wapen en de waterstraal barstte los, recht op de hoofden en lichamen van de demonstranten. Sommigen vallen bijna om, anderen ondergaan het als een soort doop. “Het is geen pretje daar te zitten,” zei ik. “Dat zie ik,” antwoordde Alfred. Een agent gebaarde dat we van het asfalt moesten. We stapten terug. “Volgens de demonstranten wordt de straal iedere dag iets harder gezet,” vertelde ik.

Het waterkanon stopte en de agenten begonnen een rij demonstranten weg te halen. Sommigen stonden op en liepen zelf naar de inmiddels gereedstaande stadsbussen. Anderen laten zich wegdragen. “Extinction Rebellion heeft gezegd dat als de politie harder ingrijpt, zij het verzet zullen opvoeren. Dan werken ze niet meer mee en houden ze zich bijvoorbeeld zo slap mogelijk. Dat is lastiger afvoeren. Maar beslist niet makkelijk omdat er dan door de politie nog meer druk uitgeoefend wordt.”

Politie

Een jonge vrouw in het publiek riep dat ze zich niet kon voorstellen dat agenten zich hiervoor laten lenen. “Zij hebben toch ook kinderen?” Ze was emotioneel omdat haar vriend op de weg zat. “Ze doen die mensen echt pijn he? Met bokkenpootjes. Dat kun je gewoon zien gebeuren.” Een bokkenpootje is een zeer pijnlijke methode waarbij de duim van de arrestant achterover richting de pols wordt gedrukt. Het is een techniek die bedoeld is om bij agressieve arrestanten het verzet te breken. Niet alle agenten doen dat. Sommigen treden de arrestanten begripvol tegemoet maar er zijn ook sadisten die geen kans onbenut laten om zich uit te leven. Als demonstrant weet je nooit welke je gaat treffen.

Alfred zag dan weer juist dat de politie zeer beheerst optrad. “Ze gedragen zich echt keurig. Misschien zijn ze in hun hart ook wel voor.”

Het waterkanon ging weer aan. “Dit blijft zich zo herhalen.”

“Het is absurd,” zei Alfred.

We spraken over wat er nu eigenlijk gebeurt. Dat de politiek zich stilhoudt en hoopt dat de politie het gaat oplossen. Dat de politie er geen zin in heeft en zich gebruik voelt. “Het is een soort kat-en-muisspel,” constateerde Alfred. “Ja,” beaamde ik. “En een voorzichtig spel. Als de politie meer geweld gebruikt zal de sympathie voor de demonstranten groeien. Maar als de demonstranten zich misdragen gebeurt het omgekeerde. Het is een bizarre evenwichtsoefening.”

“Hoe lang gaat dit door,” vroeg Alfred zich hardop af. “Langer dan je denkt,” antwoordde ik. “Ik heb begrepen dat de aanmeldingen van de demonstranten nu al tot ver in oktober lopen. Er zitten ook iedere dag andere mensen. Dat moet wel want anders zouden ze allemaal opgepakt en vastgehouden kunnen worden.”

Alfred wreef over z’n kin. “Het is veel beter georganiseerd dan ik dacht.”

De truc is dat niemand weet hoe lang het gaat duren, zei ik. Extinction Rebellion zal denk ik wel een exitstrategie hebben, een politieke stap of toezegging die acceptabel is bijvoorbeeld. Maar ze kunnen natuurlijk niet zeggen welke dat is. En tot nu toe reageert de politiek niet. Dat is heel ongebruikelijk. Misschien omdat er verkiezingen aan komen en iedereen vreest als eerste met de ogen te knipperen.

Koffie

De laatste demonstranten werden verwijderd en de politie richtte zich tot de supportdemo waar wij tussen stonden. We moesten ons verwijderen. Kom we gaan, zei ik en we liepen net als de anderen terug naar CS. In de Huiskamer op het station dronken we nog een koffie. Ik vroeg Alfred wat hij er van vond. “Indrukwekkend, heel anders dan ik me had voorgesteld.”

“Maar ik vind nog wel dat je zelf niet moet vliegen als je wat aan het klimaat wilt doen.”

“Ja, maar dat zet geen zoden aan de dijk,” wierp ik tegen en stak mijn zoveelste betoog af. “Daar ga je nooit mee winnen. Je kunt dergelijke grote noodzakelijke veranderingen niet op het bordje van individuen leggen.”

Ik gaf het voorbeeld van de ruimte waar we zaten. “15 jaar geleden werd op een horecaplek als deze nog volop gerookt. Dat zou nu niemand meer willen maar je had het nooit voor elkaar gekregen als je dat aan individuen had overgelaten. Individuen staan gewoon te zwak tegenover de tabaksindustrie of de fossiele industrie. Daarom moet de overheid dat regelen.”

Alfred knikte. “O, jij ziet dat zo.”

Politieke verandering bereik je via discussie maar ik werd nu ook zelf moe van mijn eigen gepraat. “Ik ben blij dat ik gekomen en je me dit hebt laten zien,” zei Alfred en stond op. Ik had bewondering voor hoe geduldig hij dit allemaal had ondergaan. We schudden handen zoals aan het begin. “Ik ga er wat over schrijven.”

“Mooi, dan doe ik dat ook.”

Delen:

Praat mee

Onze spelregels.

0/1500 Tekens
Bedankt voor je reactie! De redactie controleert of je bericht voldoet aan de spelregels. Het kan even duren voordat het zichtbaar is.