Door de normalisatiegedachte komen steeds meer ‘kwetsbaren’ in het jeugdstrafrecht terecht
Licht verstandelijk gehandicapte jongeren (LVG) zijn de laatste twee decennia sterk oververtegenwoordigd geraakt in het jeugdstrafrecht. Tegelijkertijd zijn deze kwetsbare jongeren ondervertegenwoordigd in de vrijwillige hulpverlening. Dat blijkt uit onderzoek van de Universiteit van Amsterdam (UvA).
Al eerder werd gedacht dat door de normalisatiegedachte steeds meer zwakbegaafde minderjarige jongeren bij justitie terecht kwamen, maar dit feit wordt nu bekrachtigd door onderzoek van de UvA. Wetenschapper Marigo Teeuwen onderzocht 120 reclasseringsdossiers van licht verstandelijk gehandicapte jongeren en interviewde jeugdreclasseringswerkers, vertegenwoordigers van politie, officieren van justitie en kinderrechters.
Volgens Kees Schuyt, emeritus hoogleraar sociologie, Universiteit van Amsterdam is het onderzoek een signaal voor justitie:
“In deze studie wordt de wereld van licht verstandelijk gehandicapte jongeren ( LVG-ers) op indringende wijze beschreven, aan de hand van hun ervaringen met politie en justitie. Hun beperkte vermogens en inzichten in eigen gedrag roepen vragen op over schuld en straf, die het strafrechtelijke systeem onder ogen zal moeten zien.
Laagbegaafde jongeren zijn sterk oververtegenwoordigd in het onderzoek. Uit de interviews die Teeuwen hield blijkt dat het percentage zwakbegaafde jongeren in de jeugdcriminaliteit momenteel op dertig tot vijftig procent zit. De groep jongeren met een zeer laag IQ, minder dan 85, blijkt voor 16 procent van de groep te gelden.
Op aanvraag van de Amsterdamse burgemeester Eberhard van der Laan zijn de criminele jongeren systematisch in beeld gebracht. De uitkomst bevestigt de eerdere analyse van 600 criminele jongeren in de hoofdstad.