Het Internationale Gerechtshof (ICJ) in Den Haag heeft bepaald dat Israël meer moet doen om te voorkomen dat in de oorlog tegen Hamas onschuldige Palestijnen geweld wordt ongedaan. Het hof stelt ook dat Israël maatregelen moet nemen om te garanderen dat militairen geen genocide plegen. De rechters hebben nog niet bepaald of er sprake is van genocide, zoals Zuid-Afrika stelt. Wel constateert het hof dat Zuid-Afrika voldoende gronden heeft om de zaak tegen Israël aan te spannen.
Verder draag het hof Israël op humanitaire hulp toe te laten in Gaza en geen bewijsmateriaal van de oorlogshandelingen en eventuele genocidale misdaden te vernietigen. Binnen een maand moet de Israëlische regering verslag uitbrengen van de vorderingen.
Het Gerechtshof beveelt de Palestijnse militair-politieke organisatie Hamas alle gijzelaars die ze naar Gaza ontvoerd hebben tijdens de aanval op 7 oktober onmiddellijk vrij te laten, meldt de NOS.
Het Internationaal Gerechtshof beveelt geen staakt-het-vuren.
De VRT meldt dat de het uiteindelijke vonnis over de vraag op Israël genocide pleegt nog jaren op zich zal laten wachten maar dat dit tussenvonnis internationaal al consequenties kan hebben:
Anderzijds zou de uitspraak over tijdelijke maatregelen van het ICJ wel een aanleiding kunnen geven voor internationale sancties tegen Israël. Alle landen die partij zijn bij het genocideverdrag, zijn verplicht om actie te ondernemen om genocide te voorkomen en te bestraffen. Door de tijdelijke maatregelen van het ICJ worden landen meer onder druk gezet om bijvoorbeeld wapenleveringen aan Israël te herzien.
De Israëlische minister van Nationale Veiligheid Itamar Ben-Gvir in het ultrarechtse kabinet reageert via X met de smalende opmerking dat het hof irrelevant is.