Logo Joop
De opiniesite van BNNVARA met actueel nieuws en uitgesproken meningen

Hoe het neoliberalisme de voedingsbodem vormde voor het populisme

  •  
21-01-2025
  •  
leestijd 4 minuten
  •  
1676 keer bekeken
  •  
thatcherreagan

Een selecte groep van wetenschappers, politici en beleidsmakers hebben in wisselende samenstelling de grondslag gelegd voor de mantra van marktwerking, die de maatschappij zou verbeteren en ons allemaal rijker zou maken. De marktwerking heeft zich steeds verder uitgebreid, in het aantal sectoren waar het wordt toegepast. Een groot deel van de wereld wordt nu gestuurd door marktwerking, en het heeft zich ook uitgebreid van private naar publieke sector. Voorvechters van de vrije markt zoals Friedman en Hayek zien de overheid als medium om concurrentie en vrijheid van individuen te waarborgen. In de voormalige premier Thatcher vonden zij een vurige pleitbezorgster van dit beleid. Het leidde tot versobering van collectieve voorzieningen, terugdringen van invloed van de vakbonden, marktwerking als motor bij zorg, onderwijs, energievoorziening, woningbouw, openbaar vervoer, enz.

Zowel politiek links als politiek midden waren geschokt over de gevolgen van het neoliberale beleid. Het was een breuk met de strakke regie die na de ontwrichting aangericht door de Tweede Wereldoorlog werd gevoerd door de overheid. Vanaf eind jaren zestig werd de landelijke regie steeds meer losgelaten, en werd gepleit voor minder overheidsinvloed en voor inkrimping van het overheidsapparaat. De kosten van de overheid moesten worden gereduceerd door de stelregel te introduceren dat alles wat de markt kan doen ook door de markt gedaan moet worden. Politici als Pieter Oud van de VVD, Frans Rutten van het CDA, Pim Fortuyn, Bomhoff van de LPF of Hans Wijers van D66 droegen bij aan de privatiseringstendens in de collectieve sector en zorgden ervoor dat ons land daarbij een voortrekkersrol kreeg. Enkel Joop den Uyl gaf in zijn nadagen tegengas tegen de orkaan van werkgroepen, waarin hoog geplaatste ambtenaren Economische Zaken en Financiën in samenspraak met hoogleraren en politici in de luwte ideeën ontwikkelden om de privatisering van de verschillende publieke domeinen vorm te geven. Een selecte groep gelijkgestemden die elkaar steeds de bal toe speelden.

Thans is de overheid voornamelijk nog toezichthouder om te bezien of de concurrentie van marktpartijen eerlijk en transparant is. Inhoudelijke taken zoals aanleg en onderhoud van wegen en infrastructuur, groenvoorziening, ophalen van vuilnis, energievoorziening, waterbeheer, openbaar vervoer, postbezorging, woningbouw zijn grotendeels aan de markt overgedragen. Inhoudelijk deskundige en uitvoerende ambtenaren zijn vervangen door procesbegeleiders, financieel deskundigen en juristen die vooral de regels van aanbesteding en uitvoering moeten uitvoeren en controleren. Er wordt volop ruimte gegeven aan privéklinieken, privé-onderwijsinstellingen, etc. Een goed voorbeeld van hoe dit is verlopen is de woningbouw en het woningbeheer. In de zeventiger jaren was Nederland samen met Zweden koploper in het aanbieden van sociale huurwoningen via de woningcorporaties. Zo’n 60% van de woningen bestond uit gereguleerde huurwoningen, thans is dat nog maar een derde van de woningen.

De samenstelling van de opeenvolgende kabinetten vanaf de tachtiger jaren waren bepalend voor dit liberalisatiebeleid. Met name de VVD drukte daarop zijn stempel. Binnen de sociaaldemocratie zocht men vanaf de negentiger jaren van de vorige eeuw naar een nieuw evenwicht tussen de liberale markteconomie en de verzorgingsstaat, de zogenoemde “derde weg”. Het marktmechanisme werd niet afgezworen, maar de overheid moest wel goede sociale ontwikkelingen stimuleren en zorg dragen voor mensen die in de marktgedreven samenleving niet goed konden functioneren. Helaas is de invloed van het liberalisme steeds verder toegenomen, wat heeft geleid tot allerlei maatschappelijke crises, zoals de energiecrisis, de asielcrisis, wooncrisis, zorgcrisis, stikstofcrisis, enz. De overheid kijkt tamelijk machteloos toe, omdat ze enerzijds weinig invloed heeft op de bepalende marktpartijen en anderzijds omdat ze (Europese) regels en procedures moet volgen. Mede daardoor komt er ruimte voor populistische leiders die met krachtige oneliners verbetering beloven.

Is er een weg terug? Dat zal niet gemakkelijk zijn, want het vraagt om een overheid die de regie over collectieve belangen weer terugpakt.  Een vergelijkbare tegenbeweging zoals bij het uitwerken van neoliberale instrumenten maar dan wel in samenspraak met de boze witte man, die de laatste 30 jaar omlaag viel van de maatschappelijke ladder en de helft van zijn inkomen zag verdampen. Zo zou woningbouw en woningtoewijzing weer een overheidstaak moeten worden, evenals de grondpolitiek. Het aanbestedingscircus in de sociale sector moet een halt worden toegeroepen. De zorg zou weer centraal moeten worden geregeld zodat er een evenwichtige verdeling van aanbod en van specialismen wordt geborgd. De belangen van de samenleving en niet van de meest invloedrijke individuen moeten door de overheid worden gegarandeerd. Geen toeslagen maar structurele voorzieningen.

Om deze ombuiging te bewerkstelligen is verandering van de mindset van veel mensen noodzakelijk. Mensen moeten weer in gaan zien dat ze niet elkaars concurrenten zijn, maar dat een echte samenleving betekent dat je verantwoordelijkheid wilt nemen voor elkaar. Misschien moet zo’n sociale samenleving worden afgedwongen, en dat vereist een krachtige overheid die ook inhoudelijk regie wil en durft te voeren. Geen loze kreten maar daadkrachtig werken aan oplossingen voor iedereen.

Delen:

Praat mee

Onze spelregels.

0/1500 Tekens
Bedankt voor je reactie! De redactie controleert of je bericht voldoet aan de spelregels. Het kan even duren voordat het zichtbaar is.
BNNVARA LogoWij zijn voor