Onderwijs hoort het verschil in levensloop te verminderen, maar dit blijkt in de praktijk werkt het lang niet altijd zo, blijkt uit de eerste aflevering van het programma Scheefgroei van Jeroen Pauw en Sander Heijne. Zo krijgen kinderen van praktisch opgeleide ouders vaker een schooladvies dat onder hun niveau ligt dan kinderen van theoretisch opgeleide ouders: de scheefgroei wordt vergroot. NRC Handelsblad spreekt van een “voortreffelijke eerste aflevering”.
"Statistisch bij de hand genomen door journalist Sander Heijne slaagde Jeroen Pauw erin om de complexiteit van de onderwijscrisis in een klein uur inzichtelijk te maken. Heijne toonde kaartjes die pijnlijk duidelijk maakten hoe klein de kans is om rijk te worden als je afkomstig bent uit een arm gezin (vooral buiten de Randstad en vooral als je een meisje bent). Of hoe de leesvaardigheid van Nederlandse leerlingen snel daalt. Vergeleken met andere landen investeert Nederland behoorlijk in het middelbaar onderwijs, maar heel weinig in de basis. Zo wordt het onderwijs een reproductiemachine van maatschappelijke ongelijkheid."
" Ik weet van iemand die bij de voedselbank loopt, en alle groenten in het pakket ruilt voor chips en red bull."
Behoort iemand die dat soort uitspraken doet nu het uiterste linkse deel van het politieke spectrum, het midden op de uiterst rechtse kant?
Een ding is zeker: ze zijn buitengewoon voorspelbaar.
Ze kennen altijd wel iemand
Ik ken mensen die nog nooit, prive of beroepshalve, bij de voedselbank zijn geweest, maar daar wel allerlei meningen of ideeen over hebben. Binnen de gemeente Amsterdam houdt de voedselbank altijd rekening met de Schijf van Vijf. n Zak chips kan er als traktatie af en toe bijzitten zoals dat voor iemand met geld ook een traktatie is. Red Bull heeft echt nog nooit in het pakket van de voedselbank gezeten. Ook ken ik veel mensen die nog nooit buiten hun bubbel van rijk en gearriveerd zijn geweest, maar wel allerlei vreemde dingen denken over mensen aan de (financiele) onderkant van dit land.
Wat voortbordurend op wat ik bijvoorbeeld Max Tomas lees, wil ik een iets bredere stelling voorleggen.
Moeten leerling A en leerling B hetzelfde schoolniveau-advies krijgen bij een gelijke evaluatie-score, ook al is bekend en/of het vermoeden dat de ene leerling een beter vangnet heeft(ondersteunende ouders indien de leerling vastloop) dan de andere leerling (mogelijk geen goed vangnet als dingen tegen zitten) ?
Ik besef dat discriminatie op de loer ligt, maar ik kan heel goed begrijpen dat een docent dit meeneemt in zijn/haar advies, waarbij de leerling met het vermeende slechtere vangnet eerder een advies krijgt wat op 'safe' is ingesteld (lager schooladvies) dan de leerling met het vermeende betere vangnet (waar ouders nog een tandje bij kunnen schakelen).
In het programma ging men er vrijwel volledig van uit dat dit een teken van onderwaardering is voor de leerlingen uit een 'zwakker milieu'. Dit werd kracht bijgezet door de groep stapelaars die zich toch omhoog wisten te werken. Het kan nog steeds een gegronde inschatting zijn geweest. Stel dat als die persoon direct op het hogere niveau was neergezet, dat dit zou uitlopen op een moeizaam leerpad, wat gepaard kan gaan met een jaar extra zitten-blijven, of erger, schooluitval. Was dit het risico dan waard ?
In die zin beschouw ik een stapelaar daarom ook niet zo zeer als een teken dat het schoolsysteem niet functioneert Het ontbreken van doorstroom/stapel-mogelijkheden zie ik als een groter probleem.
"Moeten leerling A en leerling B hetzelfde schoolniveau-advies krijgen bij een gelijke evaluatie-score"
Jazeker en dat krijgen ze ook in tegenstelling van wat verschillenden beweren dat onderwijzers en docenten kinderen discrimineren op achtergrond (lager/hoger opgeleid, etniciteit, huidskleur).
"ook al is bekend en/of het vermoeden dat de ene leerling een beter vangnet heeft(ondersteunende ouders indien de leerling vastloop) dan de andere leerling (mogelijk geen goed vangnet als dingen tegen zitten) ?"
Dat speelt dus bij de onderwijzers en docenten geen rol in hun beoordeling bij een Cito-toets, geven van een schooladvies, of toetsing in het voortgezet onderwijs.
Wel heeft die achtergrond van de thuissituatie, zoals lager/hoger opgeleid, alleenstaande ouder of niet, m.b.t. een zelf kunnen ondersteunen en controleren op inzet, financiële middelen om ondersteuning te betalen, maar soms ook gewoon bereidheid daartoe, invloed op de prestaties van kinderen met in principe gelijke potentie.
Het is m.i. daarom zeer gewenst dat er een structurele, voor alle kinderen toegankelijke, en waar nodig voor hen verplichte, naschoolse ondersteuning wordt opgezet met gekwalificeerde onderwijzers en docenten. Er zijn al goede voorbeelden van landen waar dat zo is.
Waarop baseert u uw keuze welke ouders wel of geen ondersteuning kunnen geven aan hun kinderen? Is het slechts op basis van het beroep of financiele status waarop die mening wordt gebaseerd? Waarom denkt u dat de rijkere ouders tijd wensen te investeren in het begeleiden van hun kinderen los van het betalen van de huiswerkbegeleiding? En zou die ondersteuning voor alle kinderen niet veel meer op school zelf moeten liggen? In de tijd dat ik het basis- en middelbaar onderwijs volgende was ondersteuning door ouders (los van motivatie) toch ook niet nodig?
Even ter informatie, zelf ben ik niet gewend dat al op de basisschool het "grote beslismoment" valt over welk niveau de leerling op zal gaan. Dat ken ik meer aan het eind van de (1- of soms 2-jarige) brugklas. Het verschil daarin zit hem dat op de middelbare school een hele lerarengroep elk een oordeel geven wat uiteindelijk door een mentor gebundeld wordt tot een samenhangend advies.
Hierbij ken ik de brugklas als typisch 2 niveaus te beslaan (MAVO (VMBO-TL) - HAVO of HAVO - VWO).
Tegelijkertijd was bij elke rapportenvergadering een evaluatie (ook na de brugklas) over eventuele niveau-aanpassingen, ook al werd dit moeilijker om te bewerkstelligen na de invoering van het VMBO en het Studiehuis / Tweede Fase.
Nu weet ik ook dat er brugklassen bestaan die maar 1 niveau beslaan, maar ik was altijd in de veronderstelling dat dit meer uitzondering dan regel was. En ook dan geldt dat bij elke rapportenvergadering een evaluatie plaats vindt voor het omhoog of het omlaag plaatsen van leerlingen.
Over hoe een docent/mentor (of zelfs wel eens rector meegemaakt) weet van de achtergrond van een leerling ? Simpel, door eens een afspraak met de ouders tot een gesprek te komen, al dan niet met wat aandringen. Of als de ouders daar niet van gediend zijn, toch met de leerling daarover praten.
Let op, dat iemand met een bepaalde achterstand komt, hoeft niet per se te leiden tot een lager advies. Het kan zelfs leiden tot een hoger advies (doordat dan bepaalde eerder behaalde 'lage resultaten' dan in een ander voetlicht komen te staan). Als je weet dat bijvoorbeeld een (v)echtscheiding in een bepaald jaar plaats vond, dan kun je gegrond ook tot een hoger advies komen, omdat je kan aannemen dat de prestaties weer zullen verbeteren zodra de leerling weer in rustiger vaarwater komt.
Maar als een leerling op het randje zit en nog niet een bepaalde motivatie toont, kan het wel zijn dat je naar de thuissituatie kijkt om erachter te komen hoe daar de support/motivatie is. Als vanuit die hoek ook geen support/aansporing te verwachten is, zal een mentor dan toch kunnen kiezen voor het 'lagere advies'. Zeker als de mentor eruit van kan gaan dat als de leerling later toch gemotiveerder raakt om een hoger niveau te doen, hij/zij kan doorstromen/stapelen naar dat niveau.
Max
Ronkende retoriek van uw hand: "Jazeker en dat krijgen ze ook in tegenstelling van wat verschillenden beweren dat onderwijzers en docenten kinderen discrimineren op achtergrond (lager/hoger opgeleid, etniciteit, huidskleur)."
Dat zaken als lager of hoger opgeleid, etniciteit en huidskleur een rol spelen, dat maakt onderzoek duidelijk. Dat betekent niet automatisch dat onderwijzers en docenten er maar een beetje op los discrimineren, in die 'verboden zin' die u hier zo vals suggereert.
Nog even een terzijde: straffen.
U herinnert u vast wel de bekende straffen die op de (lagere) school werden uitgedeeld: strafwerk, op de gang/in de hoek staan, in het openbaar kwetsen, zelfs lijfstraffen of erger komen voor. Het grote manco daarvan kwam nauwelijks aan bod.
Een (klein) kind straffen, behalve dan corrigerend toespreken, heeft een onderliggende reden. Te vaak is die reden het pedagogisch tekortschieten van de leerkracht. Ja, natuurlijk, er zijn diverse oorzaken die leiden tot gedrag dat sociaal gezien niet kan of tot zelfbeschadiging van dat kind. Ga dan, alsjeblieft, de oorzaak daarvan achterhalen en aan verandering werken, maar laat het kind niet de dupe zijn van falende ouder(s), omgeving, negatieve ervaringen of schoolse omstandigheden.
En toch zal dat allemaal door blijven gaan, helaas. Want het kind heeft zich maar aan te passen....
Ik groeide op in de jaren '80 in een Brabants dorpje, als kind van hoogopgeleide ouders. Onder mijn klasgenootjes was de regel: papa is middenstander en/of doet iets in de bouw, mama is huisvrouw en zorgt voor de kinderen. Mijn moeder was dan ook letterlijk de enige vrouw met een baan. Menig moeder sprak er schande van: "Agge zo nodig kindere wil, dan motte ok thuisblijve". Voor hun eigen kinderen koesterden ze zelden hoge ambities. "Gewon snel oe school afmoake, en dan kende goan werreke". De meerderheid van mijn lasgenootjes ging na de lagere school dan ook naar een dichtbijgelegen scholengemeenschap met mavo en havo. Over vwo en met name gymnasium werd behoorlijk schamper gedaan. Da's iets vur d'n elite en vur professors en daar hebben we niks mee te moake. Daarnaast zag je ook zelden boeken bij die gezinnen thuis. Misschien de leesmap en een encyclopedie voor de sier. De TV stond de hele dag op voetbal of Ted de Braak, en vakantie vierde men het liefst op de camping in Zeeland. Dit alles gaf weinig aanzet tot academische ambities. Nu lees ik zo nu en dan dat die hoogopgeleide, witte ouders hun kinderen een oneerlijke voorsprong geven door ze voor te lezen en mee te nemen naar musea, en dat is zo oneerlijk. Onzin natuurlijk. Niemand belet je om je kinderen kennis aan te bieden. En de goedkoopste seizoenskaart van NAC is nog altijd drie keer zo duur als de museumjaarkaart.
Zandb, Ik heb het niet over rijk worden, maar over de wil tot het vergaren van intellectuele kennis. Verder een beetje rare retoriek van je. Als boeken lezen een keuze is, waarom leest niet iedereen boeken? Antwoord: Omdat mensen niet altijd verstandige keuzes maken. Terzijde: dit geldt ook voor gezonde voeding. Ik weet van iemand die bij de voedselbank loopt, en alle groenten in het pakket ruilt voor chips en red bull.
Mijn pa heeft diverse banen gehad, het eerste wat ik weet was op een strokarton fabriek. Later is hij nog in Amsterdam gaan werken toen de IJ-tunnel gebouwd ging worden. Ik was 6 jaar en we zagen hem soms 3 weken niet.
Moe werkte voor haar trouwen op een knopen fabriek en had 3 jaar school gehad toen de oorlog uitbrak.
Na mijn lagere school moest ik ook gaan werken.
Toen onze zoon ongeveer vier jaar was, heb ik hem in laten schrijven bij de bibliotheek. Hij mocht zelf zijn boekjes uitzoeken. We namen hem overal mee naar toe. Ook naar een plaatselijke mosterd fabriekje..
Maar vooral mee spelen en naar een camping om ook met andere kinderen te laten spelen.
Hij geeft nu taalles als vrijwilliger bij Het Taalhuis. Wat dat betreft hoeft het niet zo te zijn dat als je uit een arbeiders gezin komt, je ook meteen minder cultureel gedrag hoeft te hebben.
Vunzing
U wilt dus beweren, dat mensen die geen boeken lezen, slechte keuzes maken?
Hoe gaat dat kiezen bij u dan precies in z'n werk dan? Een heel druk kind bijvoorbeeld, maakt dat dan slechte keuzes en is dat daarom zo druk?
En dat verhaal van die persoon van die voedselbank. Daar kun je willekeurig wat uit afleiden. Dat iemand slim is, dom, verslaafd, zich opoffert voor anderen enz. enz.
Dat wil niet zeggen, dàt ik waarde hecht aan wat u van iemand meent te weten. Alleen dat al, is mij veel te vaag, om daar gevolgen aan te verbinden.
WillemdeGroot benoemt het echte probleem: kinderen worden niet opgeleid met het oog op hun eigen interesses en welzijn, maar om te voldoen aan de vereisten van de markt.
Dat was ook in mijn tijd al zo. Vaak ging dat verpakt in een beroepskeuzeadvies. Dat kwam dan weliswaar tot stand door kinderen ook te vragen wat ze leuk zou vinden, maar op een leeftijd dat ze allemaal nog dierendokter wilden worden of treinmachinist. Geoloog was zelden het resultaat.
Daarna was de enige vraag: "Heb je je huiswerk al gemaakt?"
Dat was de grootste sta in de weg om te ontdekken wat je echt leuk vond.]
Ook "schoolse activiteiten" zoals redacteur van de schoolkrant, sportcommissaris of lid van de debatingclub kwamen in de rangorde duidelijk achteraan en werden zelfs geschrapt als aan andere eisen niet werd voldaan, -als straf.
Laat staan "buitenschoolse activiteiten". Ouders hebben vaak geen idee hoeveel kansen en levensvreugde ze daarmee hun kinderen ontnemen.
"Go to work, get married, have some kids, pay your taxes, obey the law and REPEAT AFTER ME: I AM FREE"
Eind jaren '60 kwam daar de klad in, toen een deel van de jeugd weigerde nog langer aan de "ratrace" deel te nemen, "born to be wild".
WillemdeGroot heeft in zoverre gelijk dat eind jaren ’70, jaren ’80 al het denkbare -en ondenkbare- in het werk werd gesteld om dat weer onder controle te brengen.
En nu zitten we met de brokken.
De hoofdmeester op mijn school kwam voor een gesprek bij ons thuis over mijn schoolprestatie. Dat was niet te best. Hij vertelde mijn ouders dat ik wel naar de Huishoudschool kon gaan maar dat ik het met de hakken over de sloot zou kunnen halen. Lood om oud ijzer hoorde ik ook nog zeggen.
Het was koren op de molen van mijn moeder.. Huishoudelijk werk kon ik thuis ook wel leren.. Ja, dan hoefde zij niet veel meer te doen. Een jaar later moest ik naar een fabriek. 15 jaar en net zo hard werken als de 30 jarigen. Maar wel veel slechter betaald..
Pas toen ik getrouwd was maakte ik gebruik van het geld pakketje waarmee toenmalige klasgenoten naar de Ulo en andere scholen gingen. Daar was ik wel blij mee. Heb de Mavo met glans behaald. Ik ben toen ook met mijn diploma's naar de hoofdmeester gestapt en het laten zien.
Hij wilde indertijd ook onze zoon naar een school sturen die lager lag dan wat hij kon.. Maar die vlieger ging niet op.. Doordat ik ook ging leren kon ik mijn zoon ook beter bijstaan en motiveren.
Oja, ook nog een groot deel MBO gedaan. met assurantiën in het pakket. Daar ben ik van afgestapt. Want men vond mij voor bejaardenzorg/ hulp te zacht.. .. En voor verzekeringen verkopen blijkbaar niet..
@Een mening
'Het is logisch dat ouders het beste voor hun kinderen zoeken, anders zijn het waardeloze ouders'
Het is inderdaad voor sommige ouders logica geworden om vooral met zichzelf, of hun eigen kinderen bezig te zijn. Enige zelfreflectie over hun gedrag of enig sociaal gevoel is hun vaak vreemd.
Daardoor wordt de sfeer ook zo ongezellig..................
Met verbazing lees ik de reacties hier.
De tendens: leren is noodzakelijk om later veel te verdienen.
Dus, wanneer je maar presteren en leerstof centraal stelt, voldoe je aan de eisen van de huidige maatschappij: kennis is macht en meten is weten. Dat laatste adagium kwam op eind jaren '70, jaren '80. Leren moest controleerbare kennis zijn, getoetst kunnen worden en iets concreets opleveren: geld, aanzien, invloed.. Juist, zie parallellen met het opkomende neoliberalisme.
Die ontwikkeling werd richtinggevend op scholen, en die scholen werden in de loop der tijd ook op afstand gezet: groter, fusies, rekenmodellen, rendabel, bestuur op grote afstand, de ondernemersgeest derhalve. ...
Kortom, het kind moest zich aanpassen aan deze politiek-maatschappelijke ontwikkelingen door het ondergaan van kennisoverdracht, aanpassingen aan de leerstof, toetsen en nog eens toetsen, etc.
Ik weet het: er bleven scholen bestaan die niet de leerstof, maar het kind centraal stelden.
Even van afstand beschouwd, het gaat er toch om dat een kind, naast gezond, gelukkig is?
Ja, aanpassen aan de heersende pedagogisch-didactische stroming is veel makkelijker dan kiezen voor een school die daarvan afwijkt?
Het maakt natuurlijk een flink verschil hoe oud het kind is, welke opvoeding daarbij hoort, het milieu, eventueel godsdienstige overtuiging, de visie en mogelijkheden van de ouders, enzo.
Om dit even kort af te sluiten: uitgaan van de mogelijkheden van het kind levert uiteindelijk meer op dan de stof vanaf groep 1 centraal stellen.
Deze aanpak stimuleert de ontwikkeling van het kind, en dus de uiteindelijke studeermogelijkheden veel meer dan, nogmaals, de robotachtige manier waarop het kind te vaak wordt behandeld.
Pauw is een kei in zijn vak maar toch spijtig dat hij hier heeft geaccepteerd, al dan niet gewild, om een paar kernproblemen in het onderwijs onbesproken te laten.
De tweedeling openbaar- versus bijzonder onderwijs.
Pauw kwam niet verder dan het opvoeren van een dame die haar kind niet op de katholieke school van haar voorkeur kreeg en nu op een protestante school is aangewezen.
Allebei dezelfde god volgens Pauw maar daarmee kom je natuurlijk niet tot de kern van het probleem.
En dan beginnen we nog maar niet over de tweedeling witte/zwarte scholen die hier ook aan verbonden is,
Teveel parttimers in het onderwijs.
Teveel onderwijzers kiezen voor deeltijd. Dat is inefficiënt, draagt bij aan lerarentekort, hoge werkdruk en onrust voor kinderen. Ongelijke beloning ook omdat parttimers netto per uur veel meer verdienen dan fulltimers. Ontmoedigen dus, streef naar minimaal 80% voltijd en 20% deeltijd in plaats van andersom.
Teveel vrouwen in het onderwijs.
Groot taboe natuurlijk maar waarom worden vrouwen niet aangemoedigd om kinderen dit niet langer aan te doen. En elders een parttime baantje te zoeken.
Een van de redenen dat er veel parttimers in het onderwijs zijn, is omdat veel leerkrachten hun werk bij een fulltime baan niet in die vijf dagen afkrijgen en vaak ook in het weekeinden en 's avonds aan het werk zijn.
Een andere reden is dat veel stellen ervoor kiezen dat één van de twee fulltime werkt en de ander parttime om de boel thuis te kunnen runnen. Als degene die buiten het onderwijs een duidelijk beter salaris heeft, dan is de keuze snel gemaakt wie er parttime gaat werken.
Zo ingewikkeld is het allemaal niet Rakker. Snap trouwens niet wat het voordeel is om ervoor te pleiten dat iedereen fulltime moet gaan werken. Je leeft niet om te werken, maar je werkt om te leven.
@Rakker
Wat beschouwt u als "kernprobleem" bij "de tweedeling openbaar- versus bijzonder onderwijs" ? In mijn regio golden de christelijke scholen in het algemeen als beter dan de openbare scholen. Dit had vaak 2 redenen :
1) Financieel : Ouders en leerlingen waren vaker als gemeenschap meer betrokken bij de (christelijke) school. Hierdoor kreeg je bijvoorbeeld dat personen die later een succesvol eigen bedrijf hadden, later ook eerder geneigd waren om allerlei zaken te regelen en/of sponsoren voor hun school waar ze vroeger opzaten.
2) Organisatorisch : omdat veel christelijke scholen al oude roots hadden, betekent dit vaak dat zij hun zaakjes al langere tijd in orde hadden. Tenslotte, hadden ze dat niet,dan hadden ze zich niet zo lang weten te handhaven of dan werden ze tot orde geroepen vanuit de gemeenschap (en daarmee vaak het bestuur).
Dit was in mijn regio en ik weet dat in andere regionen dit niet of minder opgaat. Maar daarom zou ik het niet zomaar als een universeel "kernprobleem" willen bestempelen. Want als ik bij dit onderwerp de toon van de meeste mensen hoor, zien zij het bijzonder onderwijs als probleem.
@Welp
Ongeveer 70 % van de kinderen gaat naar het bijzonder onderwijs. Dat zegt wel iets over het openbaar onderwijs. Zou het niet kunnen zijn dat leerkrachten op bijzondere scholen gemotiveerder zijn?
Artikel 23 GW is een groot goed, waarop we zeer zuinig moeten zijn.
@EenMening
Dat kan zijn, maar oorzaak en gevolg kunnen flink door elkaar hun lopen.
Een school die zijn zaakjes goed op orde heeft, zal ook voor leerkrachten aantrekkelijker zijn om op te solliciteren. Daarmee kan het weer zijn dat een school op zijn beurt meer keuze heeft in aanbod van nieuwe leraren en daaruit de 'meest gemotiveerde' leraren kan kiezen.
Zoiets kan een zichzelf versterkende werking hebben. Daarmee is het ook moeilijk om echt een oorzaak aan te wijzen. Soms heeft zo'n systeem slechts een kiem nodig om in een opwaartse spiraal te geraken. Het maakt vaak dan niet uit wat die kiem oorspronkelijk was, zolang er maar zo'n kiem was (wat niet een garantie hoeft te zijn dat zo'n systeem altijd succesvol blijft.)
Tegelijkertijd is het omgekeerde natuurlijk ook mogelijk. Eenmaal in een neergaande spiraal, is het vaak moeilijk om dit te doorbreken.
Onderadvisering is vrijwel alleen aan de orde op de basisschool bij het maken van de inschatting welk niveau van middelbaar onderwijs het beste bij een kind past. Toen mijn kroost [20 jaar geleden] een schooladvies kreeg was de Cito-score leidend. De decennia hierna is, mede onder druk van linkse partijen en D66, de rol van de leerkracht in groep 8 steeds dominanter geworden.
Ik vraag mij oprecht af of dit uit het oogpunt van het stimuleren van kansengelijkheid een juiste keuze was, veel leerkrachten zullen toch onbewust biased zijn.
Ik werk al 25 jaar in het onderwijs. Heb nooit groep 8 gedraaid, dus ook nooit adviezen gegeven. Wat wel zo is dat ik bij 60/70 procent van de leerlingen geen idee heb wat voor werk hun ouders doen. Misschien dat mijn collega's daar wel eerst naar informeren, voordat ze het advies geven, maar eigenlijk denk ik dat ze toch echt naar de prestaties van het kind kijken en dat beoordelen.
Dat je überhaupt op je 12e al een keuze voor 't leven moet maken is ronduit belachelijk, en is in andere landen ook niet aan de orde. Minstens de 1e twee jaar van de middelbare school zou veel breder moeten zijn, beter nog 4 jaar
@NouJaKijk
"De decennia hierna is, mede onder druk van linkse partijen en D66, de rol van de leerkracht in groep 8 steeds dominanter geworden."
Is dat zo? Heb je daar een linkje.
Het staat mij anders voor de geest: dat juist deze partijen voor de objectiveerbare eindtoets als centrale plaats zijn en de bias van de onderwijzer willen uitschakelen omdat dat bewijsbaar tot verkeerde inschattingen heeft geleid.
Wel is het zo dat in de loop der jaren sowieso ook op jongere leeftijden steeds meer objectiveerbare testen worden 'afgenomen' waardoor al in een vroeger stadium de leerkracht meer terugkoppeling krijgt wat betreft zijn eigen inschatting.
@Peter
Ik denk dat de centrale rol van de onderwijzer een niet zo sterke is. Natuurlijk kijken ze echt naar de prestaties van het kind en beoordelen maar ervaring heeft ons geleerd dat ze daar behoorlijk vaak in misschieten omdat de leerkracht ook alleen maar zich zelf met als zijn beperkingen, voor- en oordelen heeft.
@Karingin
Het concept wat je beschrijft (lange brede brugklas/onderbouw) is een idee geboren uit wensdenken en is het meest bekend onder de naam 'middenschool'. De intentie is misschien goed, maar praktisch is het niet. Een leraar moet dan op meer niveaus tegelijk les geven aan 1 klas en/of moet een niveau kiezen dat uiteindelijk meer gericht zal zijn op het lagere niveau, waar de hogere niveaus grotendeels terzijde gelegd worden
In een homogene klas (qua niveau) zal ook relatief de meeste aandacht naar de zwakkere leerlingen van die klas gaan, maar dit zal wel op een niveau zijn waar de sterkere leerlingen ook iets aan hebben.
Op zich hoeft een 1-jarige brugklas op de middelbare school die 2 niveaus beslaat geen probleem te zijn. De truc zit er in dat je veel kan bereiken als er goede doorstroom- mogelijkheden zijn. (bijvoorbeeld 4-MAVO naar 4-HAVO of 5-HAVO naar 5-VWO).
Het probleem wat ik zie, kent zijn oorsprong eind jaren '90. Toen is er op de middelbare school een harde tweedeling ingesteld met de invoering van het VMBO (samenvoeging VBO en de MAVO) en het 'Studiehuis' (HAVO en VWO). Die systemen waren zeer verschillend van aard, waardoor doorstroming van de 'oude MAVO' naar de HAVO zeer bemoeilijkt werd. Hierdoor werd de initiële keuze tussen de MAVO (VMBO-TL) en de HAVO gelijk een grote kloof.
"veel leerkrachten zullen toch onbewust biased zijn"
Dat is een even kwalijk discriminerende aanname uit je onderbuik die anderen te verwijten is vanwege een andere huidskleur of etniciteit.
De Cito-toets (voorheen Amsterdamse Schooltoets) was nu juist bedoeld om een onafhankelijk middel te hebben naast het advies van de leerkracht. Dat docenten de macht weer hebben gegrepen bij de advisering is geen verbetering.
[Wat wel zo is dat ik bij 60/70 procent van de leerlingen geen idee heb wat voor werk hun ouders doen.]
Grote kans dat die ouders het zelf dan ook niet weten.
@Max
"Dat is een even kwalijk discriminerende aanname uit je onderbuik die anderen te verwijten is vanwege een andere huidskleur of etniciteit."
Kom op zeg. Dat is allang bewezen. Vandaar ook die objectiveerbare toetsen.
@Karingin
Ik zou die keus liever niet laten bepalen door ideologische motieven. Het is nog maar de vraag of alle leerlingen met de brede middenschool gebaat zijn.
@Peterr : Ik ben het met je eens. Zelf heb ik 42 jaar les gegeven op de basisschool, van groep 2 t/m 8, maar meestal in de middenbouw. Het beroep van de ouders speelt echt geen enkele rol bij het schooladvies. Het leerlingvolgsysteem wel. Vanaf groep 2 worden de leerlingen systematisch getoetst en vanaf groep 6 tellen de resultaten mee bij het uiteindelijke advies, samen met de toets, die meestal in april wordt afgenomen. Vaak CITO, maar er zijn ook andere (IEP bijv.). Bij het voortgezet onderwijs is men beducht voor een te hoog schooladvies, want als je dan een leerling met bijv. VWO-advies uiteindelijk de school ziet verlaten met een HAVO-diploma, krijg je vragen van de inspectie. Niet alles is maakbaar en ook de schoolcarrière van een willekeurige leerling kan mee- of tegenvallen. Wat meer zou helpen : het moet gemakkelijker worden om van schooltype te switchen. Na kun je VMBO-T nog HAVO doen, maar dat is een moeilijke weg en hangt af van het vakkenpakket. En ja : kinderen uit een hoger milieu hebben vaak een voorsprong.
@Griezel, wat wil je eigenlijk duidelijk maken met die opmerking? Ter info, ik ben er als leerkracht voor de kinderen en niet voor hun ouders. Als kinderen vertellen over het werk van hun ouders prima, maar ik vraag er verder niet naar.
@korheiden, dank voor je aanvulling. Knap trouwens dat je zowel in groep 2 als in groep 8 les hebt gegeven en alles er tussenin. Dan weet je als geen ander hoe het er aan toegaat in het onderwijs. Grappig dat anderen - buitenstaanders - denken het veel beter te weten.
Dat schooladvies probleem contstateren we al jaren, en dat ligt eerlijk gezegd niet alleen aan het onderwijs, maar ook vaak aan het niet-stimuleren vanuit de ouders: Te vaak vinden ouders uit lagere inkomens dat hun kinderen maar naar het vmbo moeten, ipv die chique hogere opleidingen, laat staan universiteit.
Het maakt wel wat uit of ouders veel doen met hun kinderen of niet. Lees je voor, ga je wel eens met je kind naar een museum, stimuleer je ze om dingen te ontdekken enz.
Kinderen van ouders die dat stimuleren zullen op jonge leeftijd een voorsprong hebben. Andere kinderen halen dat op de middelbare school soms in en ja, dan wordt er door sommigen al snel gezegd dat dat kind een te laag advies heeft gekregen.
Dat is ook een kwestie van cultuur. In de uitzending hoorde je een aantal stapelaars melden hoe ze ontmoedigd werden omdat mensen blijkbaar vinden dat als je op een lager niveau begint, je te stom bent om hoger op te klimmen. Ook sluit bijv. het HBO helemaal niet aan op het MBO, qua manier van leren - dat is gewoon raar.
Tot slot blijkt dus met name het primaire onderwijs bizar slecht, en dus begin je al met een achterstand
@Karingin, waarom zou je je laten ontmoedigen vanwege de mening van anderen? Daar heb je toch niets mee te maken. Dat MBO en HBO niet op elkaar aansluiten, zoals jij zegt, dat zou wel een probleem zijn.
Dat het PO bizar slecht is, dat is een opmerking die ik niet deel. Natuurlijk is het zo dat de klassen veel te groot zijn, dat leerlingen die vroeger naar het SO gingen nu op reguliere scholen moeten blijven, zonder de zorg die ze nodig hebben, klopt ook. Er zijn nog wel wat andere dingen die verbeterd kunnen worden. Maar zeggen dat het PO bizar slecht is, dat wijzen de resultaten niet uit.
Dat de lees-, taal-, reken-, spreek- en schrijfvaardigheid drastisch zijn afgenomen merk ik iedere dag. Wat mij betreft verdwijnen alle digitale leermiddelen dan ook liever vandaag dan morgen nog. Gewoon weer ouderwets stampen, hoofdrekenen en met een pen schrijven dat is 1.000 maal beter dan het huidige in mijn ogen zeer slechte voortgezet en basisonderwijs.
Inderdaad, en stoppen met nieuwerwetse leermanier of hoe je dat ook schrijft. Gewoon dus bijvoorbeeld met delen, staartdeling gebruiken. Dat nieuwerwetse werkt voor geen meter en is onduidelijk.
Ik werk dit jaar toevallig op een school waar geen computers gebruikt worden. Dat is heerlijk werken.
Wat ouderen wel vaak vergeten dat ze niet beseffen dat ze zich na hun schooltijd nog flink ontwikkeld hebben en ze zichzelf vergelijken met jongeren die die ontwikkeling nog mee gaan maken.
Ja en dan ook weer de kroontjespen terug dat is beter voor het handschrift . En dat ook alleen maar omdat ganzenveren op die schaal niet haalbaar meer zijn wegens gebrek aan ganzenverenganzenfokkers, maar ik dwaal af.
Ook het telraam als enige hulpmiddel bij wiskunde lijkt me ook een goede. En het schoolbord met echt krijt opdat de leerkrachten hun emotie weer kunnen laten blijken bij het bewerken van dit schoolbord met een stuk krijt. En bij zo'n schoolbord hoort dan ook weer de stok, daarmee wijst men dingen op dit bord aan en tevens geeft het de leraar weer zijn autoriteit terug.
En bij aanvang van elke lesdag moet uit volle borst het volledige Wilhelmus gezongen worden - en wee je gebeente als je dan ook maar een nootje uit de maat zingt!
@Griezel, wat een onzin reactie. Niet elke technologische vooruitgang is een verbetering als het gaat om onderwijs. Onbegrijpelijk dat jij het meteen koppelt aan extreem rechts. Volgens mij heb jij geen idee wat lesgeven inhoudt!
lesgeven is het kinderen dwangarbeid laten verrichten zonder dat ze enige kans hebben op verlossing
Het is een enorme misdaad die kinderen aangedaan wordt ,
Zelfs al krijgt een kind van praktisch opgeleide ouders het juiste schooladvies, dan zijn er toch nog genoeg barrieres op de weg naar het eindexamen van HAVO of VWO. De omgeving van het kind is vaak praktisch opgeleid en daardoor minder geïnteresseerd in een theoretische opleiding. Bovendien is de culturele bagage van het kind vaak anders dan wat nodig is om VWO of HAVO af te ronden.
De ouders zijn meestal niet in staat hun kind te helpen als het vastloopt. Bovendien ontbreken de financiële middelen om, mocht het kind vastlopen, externe hulp zoals huiswerkbegeleiding en bijles te regelen.
Van 1950 tot 1980 was het onderwijs dé manier om sociaal te stijgen. Voor de (klein)kinderen van degenen die toen achter zijn gebleven is het veel moeilijker geworden om vooruit te komen in de maatschappij.
De manier om sociaal te stijgen. Ik verbaas me altijd, dat een hogere opleiding gelukzaliger zou zijn. We hebben in onze maatschappij zowel hoge opgeleiden al anders opgeleiden heel hard nodig. En dan denk ik aan loodgieters ( zie maar eens een goede loodgieter te krijgen) smeden, bakkers, timmerlieden, bouwvakkers en ga maar door. Misschien wel veel meer dan hoger opgeleiden. En toch wordt er steeds maar op gewezen dat hoger onderwijs een betere kans is om een goede boterham te verdienen. Volgens mij ligt het er ook aan, welked bepaalde kwaliteiten een kind heeft en dat is niet altijd voor een hogere opleiding. Ik had indertijd eenb\ loodgieter met een zoon, die onwillig was om te leren. Tot hij in de gaten kreeg, dat een goede loodgieter meer verdient dan b,v,. een leraar. Hij ging bij zijn vader werken en ik had nu 2 zeer goede vakmensen.
Belachelijk fenomeen dat rijkere ouders hun ( niet altijd zo slimme) kinderen met geld aan een papiertje kunnen helpen terwijl de anderen het nakijken hebben.
Lijkt me ook een raar idee als je tegenwoordig als kind op school zit dat Pietje na schooltijd door dezelfde meester of juf tegen extra betaling meer lessen krijgt als jij, en daardoor hogere cijfers haalt.
De obsessie met opleidingsniveau is zowiezo erg onfris aan het worden in dit land, en mij bekruipt steeds vaker het gevoel dat oa de sociale intelligentie van veel mensen, wel op een bedroevend laag niveau is beland.
Tevens valt me op dat er nooit meer gesproken wordt over middelbaar opgeleidde mensen, maar er bewust een tweedeling wordt gemaakt tussen alleen hoog ( winners) en laag opgeleidde (de losers).
Als het dan zo belangrijk wordt dat je bij de juiste groep hoort , dan kun je natuurlijk wachten op fraude en oneerlijk gedrag eigenlijk is bijles al een begin van de onrechtvaardigheid.
"Lijkt me ook een raar idee als je tegenwoordig als kind op school zit dat Pietje na schooltijd door dezelfde meester of juf tegen extra betaling meer lessen krijgt als jij, en daardoor hogere cijfers haalt."
Ik denk niet dat er veel meesters of juffen zijn die na schooltijd bijbeunen door privéles te geven. Wel zijn er bedrijven waar je bijles kan inkopen, maar daar werkt juf of meester echt niet hoor.
"eigenlijk is bijles al een begin van de onrechtvaardigheid."
Het is logisch dat ouders het beste voor hun kinderen zoeken, anders zijn het waardeloze ouders. Dat geldt zowel voor de schoolkeuze als voor het regelen van huiswerkbegeleiding en/of bijles.
Kunnen we de termen “lager” en “hoger” aub overboord gooien. Is echt niet meer van deze tijd. “Praktisch” Vs “theoretisch” dekt de lading echt veel beter en is niet zo vernederend.
Het is niet dat kinderen van lager opgeleide ouders een lager schooladvies krijgen omdat ze kwalijk gediscrimineerd worden door onderwijzers, wat slecht geïnformeerden ons nog wel eens willen doen geloven en een even ernstige als kwaadaardige aanname is, maar gevolg ervan dat hoger opgeleide ouders hun kinderen zelf beter kunnen ondersteunen, inclusief controleren, en de lat ook hoger leggen door minder snel tevreden te zijn.
Lager opgeleide ouders zijn niet alleen eerder tevreden met een behaald resultaat of beweerde inspanning van hun kind omdat ze zelf lager scoorden vroeger, maar ook omdat het ze ontbreekt aan inzicht en vermogen e.e.a. te controleren.
En daarnaast geldt vooral voor het voortgezet onderwijs dat hoger opgeleide ouders, naast vaak een eigen vermogen tot ondersteuning, wanneer gewenst ook financieel vermogen hebben om huiswerkbegeleiding te betalen.
Er van uit gaan dat lager opgeleide ouders niet in staat zouden zijn om hun kinderen te ondersteunen is al discriminerend genoeg. Daarnaast, het is een gotspe dat je uberhaupt steun vanuit huis nodig hebt om het onderwijs te kunnen volgen. Die 'steun' hoor je op school te krijgen, van je leraren. Ouders helpen je door je te motiveren. Naast alle eerder genoemde problemen is het onderwijs al jaren losgezongen van de basis. De basis is het goed leren lezen, schrijven en rekenen van kinderen. Uit Pisa onderzoek blijkt al jaren, dat dat niet meer zo goed gaat.
Mijn kennis en ervaring als docent en mentor bij wat van wat van invloed is meespeelt op leerlingen met een verschil in achtergrond van hoger of lager opgeleide ouders, wordt aangevuld met mijn kennis en ervaring dat mij eigen ouders lager opgeleid waren.
Ondanks dat ik met een uiteindelijke atheneum-opleiding eindigde met een zwaar beta-pakket begon ik op de MAVO (nu TL) na een advies die mij daartoe niet in staat achtte van de lagere school, en bleef ik twee keer zitten, te weten in MAVO3, en HAVO4.
Ondanks mijn besliste potentie legde ik de lat laag omdat ik veel met mijn vrienden omgaan in de arbeiderswijk waar ik woonde boven alles stelde. Dat was al zo op de lagere school die in die wijk stond.
Op de MAVO ging het vanaf klas 3 van kwaad tot erger en wisten mijn ouders niet te beoordelen of ik serieus mijn best deed naast dat ze mij niet konden ondersteunen.
Ik kon ze gemakkelijk wijsmaken dat ik mijn best deed en met hun eigen vroegere opleiding vonden ze die MAVO al heel wat.
Het waren geweldige ouders en ik respecteer ze met een terugblik zeer. Maar met mijn wilde haren wist ik mij aan iedere serieuze controle te onttrekken.
Alleen door eigen toenemend inzicht ontdekte ik mijn grotere potentie en nam daarvan de uitdagingen aan.
@Max Tomas: Klopt helemaal wat je hier schrijft. Ik had ook laag opgeleide ouders maar dat kwam meer door het verleden. Ik had echter het geluk dat wij als kind (7 kinderen totaal) mochten studeren wat we maar wilden en uiteindelijk zijn er 4 van de 7 hoogopgeleid. Mijn vader heeft als boekhouder altijd overgewerkt om ons te ondersteunen. We zijn wel allemaal thuis blijven wonen en ernaast blijven werken in de avonduren zodat we niet onnodig hoefden te lenen voor op kamers te gaan. Niemand had dus en hoge studieschuld toen wij klaar waren met studeren. Ik werk nu overigens niet meer in mijn vak maar ben Technisch Onderwijs Assistent op een school, dat is 100x maal leuker dan op een ziekenhuis-laboratorium werken.
Beste JoepJos Discrimineren betekent onderscheid maken en daar hoeft niet per se iets mis mee te zijn. Zo ook in dit geval.
Het is een eenvoudig feit dat de meeste lager opgeleide ouders niet de ondersteuning aan kinderen kunnen bieden als hoger opgeleide ouders als die kinderen misschien wel de potentie hebben.
Dat is geen onvermogen uit te weinig betrokkenheid.
Die hoger opgeleide ouders kunnen eenvoudig vaker wel ondersteuning bieden, bovendien kunnen ze beter controleren wanneer hun kinderen in de puberteit beweren heus hun huiswerk naar behoren gemaakt te hebben.
@ JoepJos Steun vanuit huis is niet alleen bijles inkopen, maar veel meer stimuleren, motiveren en dingen ondernemen met je kinderen. Ik geef voornamelijk les in de middenbouw en lees best vaak voor. Dan merk je echt dat sommige kinderen nooit zijn voorgelezen toen ze klein waren. Dat is echt een gemis en kun je niet afwentelen op de school of het kapot bezuinigde onderwijssysteem.
Het is kort gezegd geen verwijt wat ik die vele lager opgeleide ouders maak waar hoger opgeleide ouders wel de steun, nodige controle, en eventueel ingekochte begeleiding kunnen bieden.
Het is een droog vaststellen van oorzaken die maken dat veel meer kinderen van lager opgeleide ouders ondanks hun potentie minder scoren.
En zeker van belang is dan hardwerkende onderwijzers en docenten geen kwalijke verwijten uit boosaardigheid gemiddeld lagere beoordelingen te geven.