Nederland zit gevangen in een collectieve tunnelvisie op de coronacrisis.
De Nederlandse strategie van het ‘maximaal controleren’ van het coronavirus heeft altijd officieel betekend dat de epidemie wordt uitgesmeerd over een langere periode, om piekbelasting in de zorg te voorkomen. De betekenis daarvan wordt nu, terwijl de tweede piek flink op stoom komt, des te duidelijker: het stijgende aantal infecties blijkt geen reden tot ingrijpen, net zomin als de ontoereikende GGD-capaciteit voor bron- en contactonderzoek (BCO) dat is, of het toenemende aantal landen dat vanuit Nederland inkomende reizigers met een quarantaineverplichting confronteert.
Waar het verschil tussen ‘indammen’ en ‘maximaal controleren’ in voorgaande maanden door kabinet en RIVM veelal tot een ‘semantische kwestie’ werd gereduceerd, tekenen de verschillen tussen de Nederlandse aanpak en de containment-strategie van landen als Duitsland of Zuid-Korea zich nu duidelijk af. Containment betekent dat je het aantal infecties onder controle houdt op een niveau dat de GGD’en het met testen & traceren stabiel kunnen houden – of zelfs telkens kunnen uitdoven. Lukt dat onverhoopt niet, dan wordt regionaal ingegrepen met inperkende maatregelen zodra het aantal besmettingen per 100 duizend mensen per week boven bijvoorbeeld vijftig uitkomt. Ook worden vele maatregelen als mondkapjes in publieke binnenruimten en verplichte quarantaines ingevoerd. In Nederland gebeurt dit alles niet, en wordt bovendien niet ingegrepen zolang de ziekenhuiscapaciteit nog toereikend is.
Waar Containment Nu sinds half maart steevast voor heeft gewaarschuwd wordt nu bewaarheid: Nederland hanteert nog altijd een strategie van gecontroleerde verspreiding. Dat is op zichzelf al problematisch, maar des te ernstiger is het gebrek aan publiek debat hierover.
Nou ja, er is discussie genoeg: over het begrote aantal uren voor BCO, de effectiviteit van mondkapjes, het belang van ventilatie, de besmettelijkheid van kinderen, beschermingsmiddelen voor zorgpersoneel en beschikbare testcapaciteit. Al deze indam-instrumenten blijken te krap ingekocht, te zuinig begroot of met een wel erg kritische blik beoordeeld. Dat laat zich eenvoudig verklaren door de afwezige ambitie om de epidemie duurzaam in te dammen – wanneer je het virus gecontroleerd laat rondgaan en indammen onmogelijk acht, is het opeens niet verwonderlijk dat zelfs Nederlandse thuiszorgmedewerkers of ziekenhuispersoneel zonder bescherming werkt.
Het lijkt alsof we de implicaties van de verspreidingsstrategie niet onder ogen willen zien. Nederland heeft nu al een van de hoogste sterftecijfers (inclusief oversterfte), maar bij een ongewijzigde strategie zullen de verschillen met andere landen nog veel verder oplopen. Want je kunt een pandemisch virus niet een beetje controleren: je moet ofwel indammen en ingedamd houden (en mogelijk zelfs elimineren of uitroeien) zodat maar een beperkt percentage van de bevolking ooit met het virus besmet raakt, ofwel je laat het rondgaan zodat een grote meerderheid van de bevolking besmet raakt. De verschillen zijn gigantisch, en het gebrek aan debat over de coronastrategie is bijna even huiveringwekkend als de strategie zelf.