Duidelijker dan ooit kreeg Natacha Harlequin inzichtelijk dat Johan Derksen tot de categorie Nederlanders behoort die onbewust moeite heeft met de gelijkwaardige positie in onze samenleving van biculturele Nederlanders
Een gedistingeerde zwarte vrouw sprak Johan Derksen aan op zijn houding en uitspraken. Het ongemak daarover was zó groot, dat de voetbalanalyticus de handdoek in de ring dreigt te gooien. Mijn advies: stop niet, maar geef de superdiversiteit van de voetbalvelden een plek aan de gesprekstafel.
In de jaren na de Tweede Wereldoorlog leverden arbeidskrachten uit landen rond de Middellandse Zee en de voormalige koloniën een belangrijke bijdrage aan de spectaculaire economische groei van ons land. Ook de vluchtelingen die vanaf de jaren zeventig naar hier kwamen, drukken in toenemende mate hun stempel op de Nederlandse identiteit. Tot slot heeft de Europese eenwording de bevolkingssamenstelling van ons land fors beïnvloed.
In 1975 hadden ruim 1,3 miljoen landgenoten een migratieachtergrond van de eerste of tweede generatie. Vijfenveertig jaar later is hun aantal gestegen naar 4,3 miljoen. Tellen we de snelgroeiende derde generatie mee, dan telt ons land ruim vijf miljoen biculturele Nederlanders van de eerste, tweede of derde generatie.
Hoewel immigratie van alle tijden is, is een verviervoudiging in een periode van vijfenveertig jaar ongekend. Kijken we alleen naar de groep die het CBS nog steeds omschrijft als ‘niet westers’, dan is er zelfs sprake van een vertienvoudiging: van een kwart miljoen in 1975 naar zo’n twee en een half miljoen vandaag.
Van dankbaarheid naar gelijkwaardigheid Dat deze veranderingen voor de generatie van Johan Derksen erg snel zijn gegaan, is daarom alleszins te begrijpen. Bovendien hadden biculturele Nederlanders tijdens de jonge jaren van Derksen weinig in de melk te brokkelen. Kritiek op het land dat je nieuwe kansen gaf, was not done. Dat gold zelfs voor het merendeel van de nazaten van de slachtoffers van het slavernijverleden. Ook zij hielden zich publiekelijk stil. Philomena Essed was met haar publicatie ‘Alledaags racisme’ een van de weinigen die dat stilzwijgen doorbrak.
Ook vandaag zien we een groot verschil tussen recente migranten en de kinderen en kleinkinderen van migranten uit de jaren zestig, zeventig en tachtig. Veel van de vluchtelingen uit landen als Syrië, Irak, Iran en Afghanistan zijn vooral dankbaar. Een dankbaarheid die een ieder kenmerkt die het leven in een door oorlog of dictatoriaal regime geteisterd land ontvlucht om elders een nieuw bestaan op te bouwen.
Maar voor de generatie die is geboren en getogen in Nederland ligt dat anders. Terecht verwachten zij dat hún stem evenveel gewicht in de schaal legt als die van autochtone Nederlanders. Een verwachting die helaas met regelmaat verschilt van de praktijk.
Zolang biculturele landgenoten een dienende rol vervullen, vinden veel Nederlanders hen nog lief en aardig. Maar zodra biculturele professionals ons witte Nederlanders aanspreken op ons vakgebied, en gelijkwaardige of zelfs hogere posities ambiëren, kunnen sommige van ons daar moeilijk mee overweg. De mondigheid van nieuwe generaties biculturele Nederlanders wordt te vaak – en veelal onbewust – gevoeld als een bedreiging.
Gedenkwaardige uitzending Veronica Inside In het licht van bovenstaande, was de Veronica Inside uitzending van afgelopen maandag een gedenkwaardige. De uiterst genuanceerde en gedistingeerde wijze waarop advocaat Natacha Harlequin het gesprek met Johan Derksen voerde, was bewonderenswaardig. Het deed me enigszins denken aan het befaamde BBC Newsnight interview met Chimamanda Ngozi Adichie en journalist R. Emmet Tyrell op de avond na de verkiezing van Donald Trump tot president van de Verenigde Staten: “I can’t even open my mouth here because I’m a white male” , roept de hoofdredacteur van The American Spectator op enig moment vertwijfeld uit.
Zo ver ging het in Veronica Inside niet. Daar waar Chimamanda Ngozi Adichie nog een licht arrogante houding aannam, was daarvan bij Natacha Harlequin in het geheel geen sprake. Maar dat een gedistingeerde zwarte vrouw Johan Derksen op gelijkwaardig niveau aansprak op zijn houding en uitspraken, leidde bij de voetbalanalyticus wel tot een vergelijkbaar ongemak. Dat ongerief blijkt inmiddels zó groot, dat Derksen de handdoek in de ring dreigt te gooien.
Ik heb veel respect voor hetgeen Natacha Harlequin naar de oppervlakte wist te halen. Duidelijker dan ooit kreeg zij inzichtelijk dat Johan Derksen tot de categorie Nederlanders behoort die onbewust moeite heeft met de gelijkwaardige positie in onze samenleving van biculturele Nederlanders. Surinaamse, Marokkaanse of Turkse Nederlanders die een eigen mening verkondigen en zelfstandig keuzes maken, Johan Derksen kan er moeilijk mee overweg.
Natuurlijk kwam dat niet als een verrassing. Wie Derksen een beetje volgt, ziet dat veel biculturele sporters bij Johan geen naam hebben. Praat hij over voetballers met een Afrikaanse, Turkse of andere achtergrond, dan zijn termen als ‘die zwarte jongen’, ‘die Marokkaan’, ‘die Turkse jongen’ of eenvoudigweg ’die jongens’ en ‘die mensen’ aan de orde van de dag. Zijn uitspraken voelen maar al te vaak aan als een dehumanisering van biculturele voetballers.
Begrip maar geen goedkeuring Toch ben ik in staat Johan Derksen te begrijpen. De snelheid waarmee de Nederlandse samenleving de afgelopen decennia is veranderd, vergt immers veel van je mentale veerkracht. Maar begrip hebben voor, is iets anders dan goedkeuren.
Ik ken talloze mensen met de leeftijd van Johan of zelfs ouder, die wél hun visie op onze samenleving hebben bijgesteld. Zoals mijn ouders, die mijn stad Rotterdam nog in de oorlogsjaren hebben meegemaakt. Neem mijn vader, die is opgegroeid op en rondom de Rotterdamse West-Kruiskade, en deze huidige ‘zwarte’ winkelstraat weer bijna net zo tof vindt als de ‘witte’ West-Kruiskade uit zijn jeugd.
Veel generatiegenoten van Derksen hebben de snelle demografische veranderingen van onze samenleving, en de gelijkwaardige positie die nieuwe generaties biculturele Nederlanders daarin terecht opeisen, wél op natuurlijke wijze een plek kunnen geven.
Niet de mond snoeren, wel van repliek dienen Twee heren van Veronica Inside bleken in de inmiddels laatste uitzending van dit seizoen, niet in staat met open vizier het gesprek aan te gaan. Volgens recente mediaberichten overwegen Johan Derksen en tafelgenoot René van der Gijp daarom zelfs met het programma te stoppen.
Toch hoop ik dat de uitzending van jongstleden maandag het duo alsnog aan het denken zet. Opdat de heren zich daadwerkelijk gaan realiseren wát de effecten van hun uitspraken zijn op de alledaagse gedragingen van sommige van hun kijkers. Zoals VI-fans die Afro-Surinaamse jongens voor Zwarte Piet uitmaken nadat Johan Derksen hen dat voorbeeld gaf. En kijkers die de verbale agressie jegens Marokkaans-elftal-voetballers van Derksen overnemen.
Al in de tijd van Ayaan Hirsi Ali heb ik de grote effecten van haar uitspraken op de samenleving kunnen optekenen. Neem de Iraans-Nederlandse vrouw die van haar collega’s bij een financiële dienstverlener de vraag kreeg of ze óók was besneden; een dag eerder had de toenmalige VVD-politicus de leugen verspreid dat vrouwenbesnijdenis een islamitische traditie is. Of biculturele Nederlanders die als direct gevolg van de dagelijkse ‘grappen’ over hun afkomst, huidskleur of religie hun baan verloren; weggepest, omdat het aanzien van ‘de Johan Derksens’ van deze wereld onder hun collega’s onevenredig groot bleek.
Verantwoordelijkheid voor de schadelijke effecten van hun uitspraken op de Nederlandse samenleving, hebben de heren van Veronica Inside nooit willen nemen. Desondanks zou ik hen willen adviseren niet met het programma te stoppen, maar juist in gewijzigde vorm verder te gaan. Met een gemengde gesprekstafel en een gemengde redactie, zodat de superdiversiteit van de voetbalvelden eindelijk een plek aan de gesprekstafel krijgt. Niet om Derksen en Van der Gijp de mond te snoeren, maar wel om hen waar nodig meteen van repliek te kunnen dienen.
Zodat ook elders in de samenleving het voorbeeld van Veronica Inside kan worden opgevolgd: niet meer zwijgen over kut-opmerkingen in je omgeving, maar op respectvolle wijze tegengas geven.