Logo Joop
De opiniesite van BNNVARA met actueel nieuws en uitgesproken meningen

Het kippenhok van boer Spijkers

  •  
21-06-2022
  •  
leestijd 4 minuten
  •  
6318 keer bekeken
  •  
maispijkers

Ik had jarenlang eieren gegeten zonder mij te bekommeren om de omstandigheden, waarin die eieren werden geproduceerd.

We horen veel over het intimiderende gedrag van Mai Spijkers, maar weinig van de auteurs van Prometheus. Ik ben zo’n auteur. Niet dat ik er geweldig op gebrand was zo iemand te worden. Het was eerder andersom. Mai wilde mij graag uitgeven, maar ik verkoos voor mijn biografie van Hans Max Hirschfeld (Man van het grote geld, Bert Bakker 2007) aanvankelijk een uitgeverij die alle biografieën uitgaf die door het Prins Bernhardfonds werden gesubsidieerd, een indrukwekkende reeks. De betreffende uitgever kende ik al veel langer en hij wilde mijn Hirschfeld-biografie wel uitgeven, zei hij. Maar toen het zover was bleek dat ik 20.000 euro mee moest nemen, want – zo schreef hij mij – hij zou er nog geen 300 exemplaren van kunnen verkopen. De ironie was dat deze uitgever over Mai zei dat die alleen maar uit was op geld. Mai werd onder uitgevers ‘de rat’ genoemd.

In opperste wanhoop belde ik Mai. ‘Wij zullen eens kijken of wij met een scherpe calculatie uitgeverij Balans de loef af kunnen steken’, sprak hij afgemeten door de telefoon. Hij verkocht 1500 exemplaren van mijn Hirschfeld-biografie. Van mijn volgende boek (Nieuwe netwerken. De elite en de ondergang van Nederland, Bert Bakker 2008) werden er veel minder verkocht. Maar ook al was ik beslist geen sterauteur, toch werd ik op de tuinfeesten van Prometheus, die steevast eind augustus plaatsvinden, zeer hartelijk verwelkomd door Mai. En dat gold ook voor mijn vrouw en mijn dochter die toen 6 of 7 was.

Toen moest mijn grote succes nog komen. Mai Spijkers mailde mij in 2009 met de vraag of ik iemand kende die een biografie over Wilders kon schrijven. Na enige bedenktijd schreef ik hem dat ik dat zelf wilde doen. Ik moest op zijn kantoor komen, waarhij hij mij maar één vraag stelde: ‘Kan jij je aan een deadline houden?’ Daar had hij slechte ervaringen mee, vertelde hij me en hij noemde de naam van een collega van mij. Ik kon hem geruststellen. Een jaar later was het boek af (Geert Wilders.Tovenaarsleerling, Bert Bakker 2010). Dankzij de onderhandelingen over het kabinet Rutte I, dat tot stand kwam met gedoogsteun van Wilders werd het boek een commercieel succes. Dat ik het geschreven had, was geheel aan Mai Spijkers te danken. Het boek werd in de de Volkskrant afgefakkeld. De NRC schreef: ‘Tovenaarsleerling levert de lezer never a dull moment op, maar staat wel haaks op de wetenschappelijke distantie die je van een hoogleraar politieke theorie en etnische verhoudingen aan de afdeling Politicologie/Imes van de Universiteit van Amsterdam verwacht.’ Niettemin – of misschien wel juist daardoor – liep het boek als een trein. Mai en ik leefden naar de Friese tegelwijsheid: ‘Doch dyn plicht en lit de lju mar rabje.’

Er waren wel geruchten over het optreden van Mai als baas, maar die kwamen van een oud-redactrice van Prometheus die een verhouding kreeg met een andere uitgever en vervolgens bij hem in dienst trad. Tsja! De twee redactrices waar ik mee te maken had - Marieke van Oostrom en Ronit Palache - wekten absoluut niet de indruk dat die geruchten op veel waarheid berustten.

Na Tovenaarsleerling schreef ik een roman (Het Slachthuis, Prometheus 2013). ‘Een romannn?’, zei Mai toen ik dat aankondigde en trok zijn wenkbrauwen heel hoog op. Ik ken niemand die zijn wenkbrauwen zo hoog op kan trekken. Die roman werd inderdaad geen commercieel succes. Maar Mai bleef mijn boeken uitgeven, ook al wist hij dat hij er niet veel aan zou verdienen. Nu moet ik toegeven dat ik een model-auteur was. Ik verzorgde de publiciteit voor mijn boeken zelf en behoor niet tot de categorie van auteurs die als hun boek niet goed verkoopt de uitgever daarvan de schuld geven.

Het enige nadeel van Mai was, vond ik, dat hij mij soms – gelukkig niet zo vaak – mee nam naar veel te dure restaurants op één van de Amstedamse grachten. Ik had het geld wat hij daar uitgaf liever in de vorm van royalties ontvangen.

U zult begrijpen dat ik niet weinig schrok toen ik het prachtige en indrukwekkende stuk van Ronit Palache in de Volkskrant las. Daarin schetst zij een afschuwelijk beeld van  de angstcultuur die er op het kantoor van mijn uitgever heerst. Ik werd er diep door geraakt, omdat ik Ronit goed had leren kennen en haar graag mag. De Volkskrant publiceerde ook getuigenissen van oud-medewerksters. Ik was er volkomen door van slag.

Terwijl ik niets had gemerkt en de geruchten had afgedaan als afgunst en naijver, bleken die wel degelijk op waarheid te berusten. Ik had jarenlang eieren gegeten zonder mij te bekommeren om de omstandigheden, waarin die eieren werden geproduceerd. De kippen in kwestie waren permanent gestresst en hadden totaal geen uitloopruimte. Ze werden gedwongen om de hele dag op hun nest te zitten en eieren te leggen. Als ze één dag oversloegen dan zwaaide er wat. En ik maar genieten van de spiegeleieren van boer Spijkers die er kennelijk geen been zich zag met zijn grote tractor het erf op te rijden van een collega die het in zijn hoofd haalde één van zijn kippen een beter onderdak te verlenen.

Het bleef maar spoken in mijn hoofd. Waarom zouden de kippen van boer Spijkers zo graag eieren willen leggen? Zij konden toch ook iets anders gaan doen? Al was het maar eieren leggen buiten de Amsterdamse grachtengordel? En wat moet ik nu doen? Weggaan, zoals Prometheus auteur Emy Koopman? Terwijl de kippen van Mai Spijkers bij hem blijven? Ik kom er niet uit. Vertel mij wat ik moet doen.

Delen:

Praat mee

onze spelregels.

avatar
0/1500
Bedankt voor je reactie! De redactie controleert of je bericht voldoet aan de spelregels. Het kan even duren voordat het zichtbaar is.