Het Franse ministerie voor Volksgezondheid was van plan januari 2020 uit te roepen tot een alcoholloze maand, 'Janvier sec'. Macron ziet dit niet zitten. Is dat omdat de Franse president in de zak van de alcohollobby zit. Of komt het omdat alcohol is genormaliseerd?
Als kind wist ik al dat je geen carnaval vierde voor het hossen, het feestgedruis of de muziek. Ik aanschouwde de mannen en vrouwen die op deze dagen veelvuldig bier en wijn naar binnen goten.
Enkele jaren later, terwijl ik als eigenzinnige tiener mijn idee van ‘coolness’ op hilarische wijze vormgaf, observeerde ik hoe mannen zich moed indronken om überhaupt dansbewegingen te maken en uiteindelijk praatjes met meisjes aan te knopen. Later op de avond zag ik de roekeloosheid. Trappen tegen spullen, luid gekrakeel, wankelende lichamen. Was het dat allemaal waard? Om als een soort sociaal beperkte dwaas over straat te slenteren?
Een flink aantal jaren later woonde ik gemeenschappelijk. Elk weekend zorgde ik voor de afhandeling van het afval. Het kratje waar glaswerk in verzameld werd, stond iedere week vol met lege wijnflessen. Eén van de medebewoners dronk een fles wijn per dag. Dat vond ik best schokkend.
Afgelopen week: een oud-studiegenoot die ik opzoek leegt twee flesjes bier in het half uur dat ik hem spreek. Wanneer ik mijn achterstallige administratie aan een tafeltje in een lunchroom afhandel, bestelt de dame naast me een witte wijn – het is twee uur ’s middags. Een scherpe alcoholadem is op te merken bij de man met wie ik daags later een afspraak heb.
Vrijdag in de late middag zie ik verschillende personen – mannen vaak – wat eenzaam in de trein zitten. Ze houden een groen blikje bier in hun hand. Aan de draaimolen van de wenskaarten bij mijn aankomststation vind ik kaarten met “Another year, time for alcohol!” erop geprint. Ik ben op een feestje en zie hoe verschillende binnenkomende gasten wijn of bier als geschenk aanbieden aan de gastvrouw. En dan bij mannen onder elkaar, het vreselijke “biertje?”.
Gewoon Je kick is eenvoudig te verkrijgen. Geen tussenpersoon, geen dealer, geen poespas. Het is namelijk overal zonder moeite te koop: mijn Poolse supermarkt op de hoek, de slijterij in elke winkelstraat, elk etablissement. In de grotere supermarkten staan schitterende rijen opgesteld waar je naar hartenlust wijn, bier en sterke drank kunt shoppen.
Geen consumptiemiddel “Al-Kuhl’; van oudsher had drank een rituele betekenis (denk aan het gebruik van saké tot ongeveer 1940). Al 3000 voor Christus had wijn een prominente plek bij feestmalen. Bij de Azteken was het een onmisbaar element bij vele Godsvererende rituelen. Ook in het Westen werd er gedronken bij bijzondere gelegenheden. Bij het ontstaan en groeien van Westerse steden nam alcoholconsumptie toe doordat er geen drinkwater voorhanden was. In het Oosten lag de alcoholconsumptie lager, aangezien men daar de gewoonte had water te koken. De grond van het gebruik van alcohol vervaagde. Het verloor betekenis en was niet enkel onderdeel van een ritueel.
Geen reden nodig? De oorsprong van bijvoorbeeld carnaval ligt in het uitbundig vieren van het leven, alvorens terugtrekking, reflectie en vasten de tijd beheerst, tot Pasen aanbreekt. Maar wat is nog de waarde van uitbundige alcoholconsumptie nu slechts een enkeling nog vast? Concerten gaan gepaard met drank. Is het vertroebelen van je zintuigen werkelijk handig bij het beluisteren van je favoriete artiest? We drinken bier op een verjaardag, omdat het feest is. Een dag later trekken we een blikje bier open omdat de zon schijnt. Drinken kan altijd, zolang je maar een reden verzint.
Cijfers Volgens de cijfers van de Staat van Volksgezondheid & Zorg en het Trimbos Instituut drinkt 9% van Nederland overmatig (21 glazen voor de man, 14 glazen voor de vrouw – per week). 40% van alle volwassenen drinkt een glas per dag. Rond de 20% van de verkeersdoden zijn, volgens het SWOV, drankgerelateerd. Het Nederlands Instituut voor Alcoholbeleid toont aan dat in 1960 een liter per hoofd van de bevolking per jaar werd gedronken. In 2018 is dit 7 liter. Samen met Liechtenstein en Cyprus heeft Nederland de bedenkelijke toppositie voor wat betreft de frequentie van alcoholconsumptie.
Alcohol als middel Uiteraard: er zijn mensen die ‘wegdrinken’, die kopzorgen wegspoelen. Die verantwoordelijkheid – of wat het ook zij – wegduwen met alcohol. Het zijn mensen – altijd de anderen – die niet weerbaar genoeg zijn en grijpen naar middelen om zo niet aan hun uitdagingen te denken. Legio zullen het er zijn. Maar klop aan bij je buren en vraag of ze bier of wijn in huis hebben. Ga op zoek naar een etablissement waar men geen alcohol schenkt. Bezoek een feest verstoken van sterke drank.
Alcohol, een maatschappelijk probleem van proportie, is genormaliseerd. Daarom is wellicht een alcoholloze maand een enorm buitenissig idee.