Elke multinational en financiële instelling waarvan de tentakels reiken tot de Nederlandse bodem zou om de zoveel jaar een verkiezing moeten houden voor de Nederlandse werknemers
Twee jaar terug kwam de WRR met de conclusie dat Nederlanders zich onvoldoende gerepresenteerd voelen door de politieke elite. Ze “hebben weinig vertrouwen in hun eigen vermogen om de politiek te beïnvloeden, geloven niet dat de politiek opkomt voor hun belangen, of denken dat hun maatschappelijke doelen beter zonder beleidsmakers zijn te realiseren”. Het algemene vertrouwen in de democratie als zodanig is daarentegen erg sterk, het door de WRR geïdentificeerde probleem ligt daarom bij de ontwrichting tussen democratie en een politieke elite die steeds meer afwijkt van de burgerlijke perceptie omtrent de werking van de democratie.
Publiek en privaat Sinds begin jaren 80 wordt door het welbekende proces van privatisering steeds meer van het publieke domein opgesnoept en zijn het private instellingen die beslag leggen op de publieke activa. Opvallend is dat evenredig aan de in gang gezette privatiseringen de inkomens – en nog sterker de vermogensongelijkheid in Nederland drastisch is toegenomen. Het nog jonge onderzoek van de WRR over economische ongelijkheid concludeert namelijk dat “de drie rijkste Nederlanders meer bezit hebben dan ruim de helft van alle Nederlandse huishoudens bij elkaar”. Daarbovenop heeft een studie gebaseerd op een CBS-panelonderzoek geconstateerd dat het Nederlands belastingstelsel niet meer op een progressieve leest is geschoeid maar evenredig is geworden. Procentueel gezien betalen de superrijken dus net zo veel belasting als de armste Nederlanders.
Deze ontwikkelingen zijn zeer relevant voor ontwrichting van politiek en democratie vanwege de simpele rede dat de mensen boven in de top van het bedrijfsleven en de financiële sector zeer sterk verweven zijn met de politieke besluitvormingsprocessen in Den Haag en Brussel. Trude Maas-de Brouwer (eerst PvdA daarna ABN Amro), Onno Ruding (eerst CDA daarna City Bank), Jan-Peter Balkenende (eerst premier daarna Ernst & Young), Gerrit Zalm (eerst minister van Financiën nu CEO van ABN Amro), Wim Kok (eerst premier daarna in verschillende commissariaten van o.a. ING, Shell en KLM) en Wouter Bos (eerst Shell toen minister, daarna KPMG) zijn enkele voorbeelden die aantonen hoe nauw de belangen van de private sector verweven zijn met de (voormalig) politieke elite.
Elite feestjes Mijn voormalig college docent Meindert Fennema toonde eerder in een studie aan dat de voorheen zeer sterke netwerken en verstrengelde belangen van politiek en private bestuurders binnen de Nederlandse grenzen aan het verwateren zijn maar zich op het niveau van de EU aan het herschikken en versterken zijn. Dit overgangsproces slaat natuurlijk nog meer de ruiten van Nederlandse democratie in omdat zelfs de Haagse politici linksom of rechtsom toegeven dat de EU een sterk democratisch tekort kent. Desalniettemin ontstaat er een situatie waarin een politieke en private elite in dezelfde kringen komen, elkaar de hand schudden, wijntjes drinken, feestjes vieren en tussendoor elkaars belangen tegemoetkomen.
Terugwinnen van de democratie Al deze ontwikkelingen monden uit op de vraag waarom we de publieke en private sector nog steeds scheiden als het gaat om democratie? Heeft niet iedere medewerker, van schoonmaker, accountant, consultant, bewaker, administratief medewerker tot CEO het gelijkwaardige recht om de besluitvormingsprocessen van de multinational of van de financiële instelling te beïnvloeden? Wanneer men in het achterhoofd houdt dat de raad van commissarissen van onder andere Shell, ING, ABN Amro, KLM en Ahold dichter bij onze regering staat dan de gemiddelde burger en multinationals steeds meer zeggenschap krijgen over besluitvorming doordat zij Nederlandse gebouwen, grond, wegen en instellingen eigen maken en daarbij de top van het bedrijfsleven ook nog eens steeds rijker wordt, dan is het niet eens zo’n slecht idee om deze elite te onderwerpen aan de beginselen van de democratie.
Een private democratie Elke multinational en financiële instelling waarvan de tentakels rijken tot de Nederlandse bodem dient daarom om de zoveel jaar een verkiezing te houden voor de Nederlandse werknemers. Het ingewikkelde is echter dat de tentakels ook in andere landen rijken en de CEO’s uit andere landen kunnen komen. Het is daarom zaak om de onderlinge afhankelijkheden en vervlechtingen van staten en multinationals te isoleren en niet alle werknemers uit Azië, Amerika, Europa en Afrika te laten stemmen op een bestuur. Dit is misschien mooi voor de toekomst aangezien men ook in ondemocratische landen via het bedrijfsleven democratische instituties verspreidt, maar momenteel te hoog gegrepen. Om te beginnen is het beter om enkel die multinationals en financiële instellingen waarvan het hoofdkantoor zetelt binnen de Nederlandse staatsgrenzen, zoals KLM, Shell, ING, Ahold, Heineken, Unilever, Philips en ABN Amro en de medewerkers die binnen deze staatsgrenzen actief zijn voor de organisatie, te onderwerpen aan een democratische bedrijfsstructuur.
Deze bedrijfsstructuur is vergelijkbaar met het stemmen op onze volksvertegenwoordigers alleen zonder politieke partijen maar met twee kampen de conservatieven en de progressieven die over de bedrijfsstructuur heen vallen en bestaan uit alle werknemers binnen de staatsgrenzen. Uit deze pool worden om de zoveel jaar verkiezingen gehouden waaruit een raad van commissarissen en raad van bestuur wordt opgemaakt. Met deze dynamiek worden de huidige private elites meer op de proef gesteld omdat nu ook het algemeen belang van de werknemers gediend moet worden, wil men niet worden weggestemd.
Bovendien krijgt de democratie een nieuwe opleving omdat de in slaap gesuste burger de makke en gehoorzame kudde kan ontsnappen en het gevoel terug kan winnen dat hij of zij iets in het besluitvormingsproces kan veranderen. Deze afzonderlijke democratische delen maken de democratie dus completer door niet alleen de publieke elite in Den Haag ter verantwoording te roepen maar ook de steeds rijker wordende private elite.