De armoedeproblematiek gaat niet alleen om de bekende kwetsbare groepen, er is ook een nieuwe vorm van armoede ontstaan. Een forse toename van werkloosheid, zzp’ers die te weinig opdrachten krijgen en het aantal scheidingen zijn hiervan de oorzaak. In veel gevallen gaat het om gezinnen met kinderen. 500.000 Nederlandse kinderen zitten in de knel, waarvan er 118.000 ver onder de armoedegrens moeten leven. Dat betekent dat 1 op de 9 kinderen in Nederland onder de armoedegrens leeft. In onze gemeente Barendrecht gaat het om 1200 kinderen.
Wat betekent armoede voor deze kinderen? Het begint eigenlijk bij de basis: een tekort aan eten en kleding. Het komt te vaak voor dat kinderen zonder ontbijt naar school gaan en vaak lange periode dezelfde kleding aan hebben: ‘zelfs in de winter liep zij in haar zomerjurkje’
En dan hebben wij niet eens over de traktaties op school of de schoolreisjes die onmogelijk zijn, waardoor arme kinderen zich bij die gelegenheden vaak ziek melden. Kinderen schamen zich ervoor en leven in een isolement. “Dit vertel je niet aan je beste vriendjes en je nodigt vrienden zeker niet thuis uit.”
Alles draait om geldgebrek en angst. Angst dat ouders ruzie krijgen, angst om uit huis gezet te worden en ga zo maar door. Deze kinderen dromen niet van een toekomst, zij kijken noodgedwongen slechts één week vooruit. Door deze vreselijke omstandigheden presteren zij slecht op school en hangt hun opleidingskeuze altijd af van de prijs, het moet de goedkoopste zijn. En nu juist die startkwalificatie is bepalend voor de toekomst van kinderen. Voeg daarbij dat een derde van deze kinderen ook lichamelijke klachten heeft.
De meeste gemeenten, ook Barendrecht, hebben sport- en cultuurfondsen gericht op kinderen. Helaas wordt daar ontzettend weinig gebruik van gemaakt. Bovendien zijn de gemeenteregelingen ingewikkeld, waardoor mensen die er voor in aanmerking komen, geen gebruik van deze regelingen maken. Een ander probleem is dat als er gebruik gemaakt worden van dergelijke regelingen, de steun niet of nauwelijks terecht komt bij deze kinderen.
Tijdens de Armoedeconferentie heeft de Nationale Kinderombudsman, Marc Dullaert, een aantal aanbevelingen gedaan. Hij adviseert de gemeente Barendrecht armoedebeleid speciaal gericht op kinderen te ontwikkelen. Daarnaast benadrukt hij dat het van groot belang is dat de aangeboden diensten niet in geld worden aangeboden, maar juist in natura, bijvoorbeeld in de vorm van een kindpakket. Dit pakket kan gevuld zijn met vouchers waarmee gratis schoolzwemmen, lokaal vervoer, muziekles, kleding en bijvoorbeeld een kappersbezoek wordt aangeboden. Het moet een duidelijk en toegankelijk aanbod zijn. Zo weet je dan ook dat deze vorm van hulp ook rechtstreeks naar het kind gaat.
Al meer dan 38 gemeenten zijn op dit moment bezig met het ontwikkelen van armoedebeleid gericht op kinderen. Het is daarbij belangrijk dat er een publiek-private samenwerking wordt aangegaan. In Utrecht is onlangs een armoedepact gesloten. Dat is een armoedenetwerk van alle maatschappelijke instellingen, in dit geval 32 organisaties. De heer Dullaert heeft ook benadrukt dat het ontzettend belangrijk is om te luisteren naar kinderen en jongeren “om goed te begrijpen wat nodig is.”
In juli 2013 heeft de PvdA de motie ‘onderzoek beschikbaarstelling kindpakket rechtstreeks aan het kind’ ingediend. Wethouder Versendaal heeft de gemeenteraad destijds geadviseerd de motie te ontraden. Volgens het CDA waren het huidige minimabeleid, bijzondere bijstand, sport en cultuurfonds en de kwijtschelding, meer dan voldoende. Een kindpakket zou overbodig zijn. De motie werd verworpen.
Er is tijdens de goed bezochte Armoedeconferentie door maatschappelijke organisaties en bedrijven gepleit voor een praktische aanpak, waarbij informatie en kennis over mogelijkheden en regelingen snel kan worden gedeeld en toegepast. Het lokale bestuuur moet samen met die organisaties een armoedenetwerk en kindpakket ontwikkelen. Liever vandaag dan morgen.