De grootste Chinese corona-uitbraak van de afgelopen maanden is vermoedelijk ontstaan in een fabriek waar Oeigoeren te werk worden gesteld. Ruim 180 besmettingen zijn te herleiden tot de fabriek in Xinjiang waar onder meer kleren en gordijnen worden geproduceerd, meldt The Guardian.
De Chinese autoriteiten proberen om de corona-uitbraak snel onder controle te krijgen. Zo is de fabriek afgesloten, en zijn er 4,5 miljoen mensen in de omgeving getest.
De betreffende fabriek is in 2018 gebouwd, officieel om de armoede in de regio te bestrijden. In de praktijk dwingen de Chinese autoriteiten Oeigoeren en leden van andere islamitische minderheden om in de fabriek te werken, stellen onderzoekers en mensenrechtenactivisten.
Wie niet wil meedoen aan deze vorm van ‘armoedebestrijding’, loopt het risico om naar een ‘heropvoedingskamp’ te worden gestuurd. Mensenrechtenactivisten zijn al sinds het begin van de epidemie bezorgd dat het coronavirus op een kwade dag zal toeslaan in de dichtbevolkte gevangeniskampen waar meer dan een miljoen Oeigoeren leven.